ThePostOnline

Het risico van angst als internet-raadgever

17-02-2012 11:00

TOR. Handig.Heeft Nederland net laten bezinken dat het TOR-netwerk ‘een speeltuin voor pedofielen’ is, komt de AIVD met het verontrustende bericht dat het 550 maal grotere onzichtbare internet een ‘kraamkamer is voor jihadisten’. De AIVD baseert het cijfer van 550 maal groter op een onderzoek van de Berkeley University uit (eerlijk waar) 2003. De International Journal for Computer Applications schatte de omvang ten opzichte van het ‘surface’ internet in april 2011 jl. op minimaal 1.000 – 2.000 maal zo groot. Klinkt allemaal heel spannend: ‘deep web’ en ‘onzichtbaar internet’, maar wat houdt het precies in? Heel simpel: het internet wat niet direct zichtbaar is via de standaard zoekmachines. De redenen hiervoor zijn over het algemeen alledaags: het kunnen beveiligde pagina’s betreffen zoals de online inbox van Hotmail of Gmail. Daarnaast is het ook vaak een kwestie van vertaalproblemen: websites die een andere programmeertaal (script)  gebruiken worden niet altijd direct herkend door de zoekmachine-algoritmes. Ook dynamische pagina’s, zoals de zoekresultaten in een database, worden niet altijd herkend. Zoekmachines zoals Infomine, DeepPeep en IncyWincy trachten deze barrières te doorbreken en in de academische wereld wordt hier dankbaar gebruik van gemaakt. Uiteraard zal de AIVD zich om deze gebruikers niet bekommeren. Het is met name te doen om de laatste categorie, namelijk de afgeschermde websites al dan niet bezocht via een anoniem (TOR) netwerk.

Het feit dat de discussie wordt omgeven met angstbeelden is opmerkelijk: pedofielen met tuigjes in de achterbak en jihadisten met ‘aanslagplannen’ vragen natuurlijk om overheidsmaatregelen. Wat voor maatregelen laat zich makkelijk raden. Binnenkort presenteert minister van Defensie Hans Hillen de resultaten van zijn onderzoek in de Tweede Kamer. Hierin worden de uitbreidingsmogelijkheden voor het aftappen van internetverkeer door veiligheidsdiensten verkend. Namelijk, niet alleen het aftappen van verkeer via satellieten maar ook kabelgebonden communicatie. Het gaat hierbij dus niet om hetgeen wat mensen zelf plaatsen op het internet (hierbij heeft men de regie zelf volledig in handen) maar met name om breder internetgedrag zoals het bezoeken van bepaalde sites.

Privacy waarborgt individuele vrijheid
De belangrijkste observatie in deze is het blijkbaar levende idee dat anonimiteit niet langer nodig zou zijn in een vrije democratische samenleving. Indien men niets heeft te verbergen, waarom zou men dan überhaupt gebruik willen maken van anonieme netwerken? Liberaal gezien staat het opgeven van elke vorm van anonimiteit of privacy gelijk aan openbaring aan het collectief zonder hier zelf bewust voor te kiezen. Het plaatsen van een foto op Facebook is een bewuste openbaring, het bezoeken van bepaalde sites niet per se. Het individu is dan niet meer in staat om in een gesloten (lees: veilige, vertrouwelijke) omgeving te opereren. Dit zal onherroepelijk leiden tot zelfcensuur onder het juk van groepsmoraal. Namelijk een moraal die dicteert niets meer te verbergen te hebben en volledige openheid van zaken voorstaat. Afgezien van de gevolgen ten aanzien van oprechtheid (niet alles hangt men immers aan de grote klok) is het nog maar de vraag of met het de-anonimiseren van internet het probleem van pedofilie of jihadisten is opgelost.  Het feit dat anonimiteit wordt misbruikt is nog geen pleidooi voor het opheffen van de mogelijkheid tot anonimiteit of het recht op privacy. Net zoals andere (overigens Europees vastgelegde) vrijheden niet ontnomen worden omdat er misbruik van wordt gemaakt.

Hoewel de Amerikaans publicist John Basil Barnhill in 1914 in een pleidooi tegen socialisme stelde dat “Where the people fear the government you have tyranny. Where the government fears the people you have liberty”, blijkt uit verleden en heden dat op angst gebaseerde besluitvorming in beide gevallen tot de meest laakbare beleidsvoorstellen leidt.

Dieuwertje Kuijpers is wetenschappelijk medewerker van de prof. mr. B.M. Teldersstichting, het wetenschappelijk bureau gelieerd aan de VVD en ten behoeve van het liberalisme.