ThePostOnline

Waarom De Hond een onbetrouwbaar peiler is

21-02-2012 10:00

Iedere zondagochtend verschijnen ze, de peilingen van Maurice de Hond. Dat moment is zorgvuldig gekozen: zondag is nieuwsluw. Nieuwsluw betekent dat ook kleine berichtjes relatief grote koppen krijgen. Een wekelijkse peiling betekent regelmaat, en regelmaat betekent vaste aandacht van de gevestigde pers. Er gaat geen week voorbij of we zien wie er wint en verliest, hoe het tij zich keert tegen deze en ten faveure van gene. Het wordt een soort nationaal gezelschapsspel: aan de hand van het nieuws voorspellen hoe de peilingen uit zullen pakken en vervolgens voor iedere zetel die gewonnen wordt of verloren gaat precies vaststellen waarom het zou komen en hoe ernstig het euvel is. Als het niet om het landsbestuur zou gaan, zou het best grappig zijn. Maar het is niet grappig. Het is bloedserieus, en die peilingen van De Hond spelen een vreemde rol in ons politieke debat. Een ongezonde rol.

Zetelfetisjisme
Er zijn drie problemen. Ten eerste zijn de peilingen veel te precies: De Hond presenteert iedere week de kleinste verschuivingen. Christenunie gaat al weken op en neer tussen vijf en zes zetels. CDA schommelt tussen twaalf en dertien. Dan lees je zondag in het persbericht dat het CDA een zetel heeft verloren of gewonnen, terwijl de marge over een periode van twee maanden feitelijk nul is. Een paar weken terug meldde het persbericht zelfs dat GroenLinks ‘verder wegzakte’ naar het niveau van 7 zetels waarop de partij al zo ongeveer het hele jaar staat.

Er wordt veel te grote betekenis toegekend aan marginale veranderingen waarvan de waarde feitelijk nihil is. Dat kleurt het debat, en het kleurt de stemming bij partijen. Dat is heel ongezond – zeker gezien de enorme foutmarges die De Hond had bij alle recente verkiezingen.

Nattevingerwerk
Ten tweede wordt in de uitleg van de peilingen vaak een link met gebeurtenissen in het nieuws gelegd die er niet daadwerkelijk is: De Hond peilt stemgedrag, niet de motivatie van mensen voor hun veranderde stemvoorkeur. De verklaringen die De Hond geeft voor verschuivingen komen niet uit de data zelf, maar uit een koppeling die wordt gelegd met wat er verder speelt. Het is deels nattevingerwerk, en soms is de gemaakte koppeling bijzonder merkwaardig.

Zo moest de rel binnen de PvdA deels nog ontbranden toen Maurice de Hond vrijdag zijn peiling van afgelopen weekend afrondde, maar werd het één wel aan het ander gekoppeld. Zonder argumentatie. Ook de verklaring van de winst van de PVV als gevolg van Het Meldpunt is opvallend: de aankondiging van dat meldpunt, en een flink deel van de heisa eromheen dateert van 8 februari – dat is van vóór de peiling van 12 februari – waarin de PVV nota bene een zetel verloor!

De impliciete aanname is dat de kiezer hetzelfde nieuws kijkt als Maurice de Hond, en net zo geïnformeerd is. Dat kun je je oprecht afvragen. Maurice de Hond lijkt mij niet iemand die zijn informatie slechts uit Hart van Nederland en de Telegraaf haalt.

Ondoorzichtig
Probleem drie is nog veel fundamenteler: we weten niet hoe De Hond aan zijn zetelaantallen komt. We kennen de ruwe data niet, noch de correcties die hij toepast. De uitleg is vaak summier. Hoe kan het dat in één peiling (die van afgelopen week) de PvdA drie zetels verliest en de PVV vier zetels wint, terwijl de andere partijen stabiel blijven?

PVV en PvdA zijn al jaren elkaars electorale tegenpolen, en de PvdA-kiezers van 2010 walgen, volgens De Hond zelf, vrij massaal van het meldpunt van de PVV. Welke enorme onderliggende verschuivingen vinden hier plaats, nog geen week nadat De Hond meldde dat de kiezer in rustig vaarwater was beland? Kloppen de peilingen wel?

Objectiviteit
Doordat de peilingen niet transparant zijn staat of valt ons geloof in de peilingen met ons vertrouwen in de objectiviteit van de peiler. En hoe objectief is Maurice de Hond zelf eigenlijk nog, na al die jaren? Ik heb het niet over politieke voorkeur. Wel over beroepseer.

De Hond roept al tijden dat traditionele middenpartijen als PvdA en CDA hun beste tijd gehad hebben, en dat het huidige democratische stelsel onhoudbaar is (46:30). Hij is zo stellig van zijn gelijk overtuigd dat hij Jonge Socialist Rick Jonker in de uitzending bij Pauw en Witteman (20/2/2012, 49:00) zelfs min of meer expliciet opriep om afstand te houden van de Partij van de Arbeid en het zinkende schip te verlaten.

Als je zulke uitspraken doet, en zo in je eigen gelijk bent gaan geloven, hoe onafhankelijk ben je dan nog, als peiler? Hoe groot is de verleiding dan niet om je cijfers een beetje op te Vonken of bijeen te Stapelen? Ik denk niet dat De Hond sjoemelt of onnodig accentueert, maar wie kan dat controleren? Niemand kan dat. Daarom zijn de peilingen van Maurice de Hond onbetrouwbaar – tot het moment dat hij ze nuanceert, zijn onzekerheden in de interpretatie benadrukt en ons alle gegevens toont. God, wat zou dat een zegen zijn voor het politieke debat in Nederland.

Afbeelding: Marcdehond.