Kritiek op nieuwe media is angst overbodig te zijn

18-01-2012 14:00

Geachte lezer, keert om nu het nog kan. Ga terug naar uw goed gevulde bibliotheken en boeiende rondetafelgesprekken waar de eruditie en kennis u deed duizelen. Ontsnap uit dit labyrinth der luie denkers, voordat ook uw geest ten prooi valt aan “de industriële pendant van het populisme”. Het lezen en uiten van opinie op internet creëert namelijk “een geestesgesteldheid die ingewikkelde maatschappelijke problemen tot soundbites reduceert en waarin het langetermijndenken opgeofferd wordt aan de kortermijnblik.” Aldus publicist en filosoof Hans Schnitzler in de Volkskrant. Een beetje jammer dat we De Jaap nu moeten opdoeken, maar het is goed dat hij als eerste dit belangrijke verschijnsel signaleert. Vooral aangezien de rest van de wereld  “goeddeels blind” lijkt voor “de invloed van informatie- en communicatietechnologieën”. Want misschien had u het nog niet gemerkt, maar de informatierevolutie is dus blijkbaar van invloed op de manier waarop wij communiceren en kennis vergaren. Neemt u gerust een momentje om deze schokkende constatering te verwerken.

De jeugd van tegenwoordig
In zijn artikel betoogt Schnitzler dat het gemak waarmee kennis gevonden kan worden en de prikkelende, toegankelijke manier van presenteren afbreuk doen aan de waarde van de zoektocht en daarmee dus ook aan het resultaat. Hij trekt dit patroon door naar in zijn visie nieuwe gedragingen als lamlendig zappen, wezenloos surfen en neurotisch gamen, die hij “modi van existeren die zorgeloosheid cultiveren” noemt. Al met al een vrij wollige vertaling van ‘nou nou, die jeugd van tegenwoordig’. Het is een bekend verschijnsel dat de gevestigde orde zich afzet tegen vernieuwing. Vooral als men zichzelf jarenlang heeft onder gedompeld in een warm bad van intellectuele verhevenheid ten opzichte van hen die geen toegang hadden tot dezelfde kennis. Het feit dat alles wat er ooit geschreven is nu door elke boerenlul gegoogeld kan worden, maakt de meerwaarde van zelfbenoemd intellectuelen een stuk minder geloofwaardig. Daarom bestempelen zij online kennisgaring als een bedreiging.

Populisme, gemakzucht, intellectuele luiheid en apathie zijn geen van allen nieuwe verschijnselen. Om deze menselijke eigenschappen te presenteren als product van de informatierevolutie is niet alleen onjuist, maar ook een belediging voor de talloze wetenschappers, kunstenaars, schrijvers en grapjurken die het web verkiezen als de plek om zich te presenteren en te discussiëren. De waarde van woorden is niet af te lezen aan het medium waar men ze leest. Net zo min als de waarde van relaties afhankelijk is van fysieke aanwezigheid. De laagdrempeligheid van informatie en contact is juist een verrijking voor zowel het geestelijk als het gevoelsleven van de gebruiker. Moeilijke woorden en gortdroge betogen zeggen niet meer dan een puntig blogje in lekentaal. Het gaat om de boodschap. En zoals Einstein al zei “if you can’t explain it simply, you don’t understand it well enough”.

Joyce Brekelmans heeft een hekel aan gemiemel en uit dat graag online, in de krant of in de kroeg.