Column

Zinloos: Alphense bekentenissen

13-04-2011 09:00

Laat ik maar eerlijk zijn. Een van de eerste dingen die ik dacht toen ik hoorde over “Alphen” [en vele testosteronjongetjes met mij, geloof me dames] was: eindelijk! En bij God wat een perfecte locatie. Een lelijk winkelcentrum tussen lelijke flatgebouwen vol met lelijke winkels vol lelijke mensen. Hoe vaak heb ik niet gedacht, dwalend door een of ander weerzinwekkend winkelwalhalla vol onbeschoft voordringende rollatorknijpers: weg ermee! De hens erin! Allemaal tegen de muur!

Voor u zeer verbolgen reacties gaat schrijven: na die eerste gedachten kwam meteen de spijt. Precies zoals in Misdaad en straf van Fjodor Dostojevski. Of eigenlijk niet helemaal precies, want ik had niks misdaan, ik had het alleen maar heel even gedacht. Natuurlijk besefte ik direct daarna dat het heel erg is. En direct weer daarna besefte ik dat ik best veel mensen heb gekend, die nu dood zijn. Dat bracht me bij mijn eigen onvermijdelijke einde. En daar bleef het een tijdje bij.

Sendai Miyagi
En voordat u nu denkt “God wat egoïstisch”: die aanloop had ik nodig om me te kunnen verplaatsen in de vele mensen die door dit totaal zinloze drama zijn getroffen. En dat lukte me aardig. Ik leefde enkele lange minuten intens mee. En dat doe ik nog steeds, maar minder intens, zeg maar. Bij de nabestaanden van die 13.000 geplette en verdronken Japanners lukt me dat minder goed. Ik zeg het maar gewoon. Japan is ook zo’n raar land en het is zo’n raar groot getal. Ik kom niet veel verder dan keer op keer die bijna zwarte tsunami die over Sendai Miyagi rolt aan te klikken op Youtube.

Zes doden is beter te behappen. En de gewonden natuurlijk. “Vier heel zwaar gewonden, vijf mensen die middelzwaar gewond zijn en tenminste twee lichtgewonden. Waarschijnlijk meer, maar die zijn rechtstreeks naar de huisartsenpost gegaan,” aldus invalburgemeester Bas Eenhoorn vlak na het incident.

Dinges-al-Assads Allah-Stasi
Nog een bekentenis: ik moest heel eventjes grinniken om die Syrische dichter. Dat je vierduizend kilometer vlucht van dinges-al-Assads Allah-Stasi om tussen een reusachtige frietzak en een bord dat alcoholvrije jenever aanprijst te sterven. In een winkelcentrum dat onlangs nog “een tweede ster op het gebied van veilig winkelen mocht ontvangen” van de stichting Keurmerk Veilig Ondernemen. Let wel, ik grinnikte om de ironie. Niet om de dood van die man. En sorry hoor, nog heel even: wat, in naam van alles dat zinloos is, is een Ridderhof? Heeft iemand ooit op die plek in harnas staan tuinieren?

Maar affijn. Over zinloos gesproken. Wat dacht Bas Eenhoorn precies toen hij tijdens de herdenkingsbijeenkomst zei: “Alphen gaat hier sterker uitkomen”? Is dat het beste dat je als waarnemend burgervader kunt bedenken, als er net doden zijn gevallen? Stel je zit bij de dokter met je vrouw en het is een slecht-nieuwsgesprek. Jij gaat dood. Zeg je dan op de terugweg in de auto tegen haar “Jij gaat hier sterker uitkomen”? En dan dat “Dit mag nooit meer gebeuren.” Of zei hij nou “We gaan er voor zorgen dat dit nooit meer gebeurt”? Daar wil ik vanaf zijn. Hoe kun je dat waarmaken? Wat is dat voor rare taal?

Jip en Janneke-taal
Mocht u nu al die tijd hebben gedacht, waar ken ik die Eenhoorn toch van? Bas Eenhoorn is de man die ons het begrip Jip en Janneke-taal bijbracht door bij zijn partijleider van toen, wijlen de grote Hans Dijkstal, aan te dringen zich in dat soort taal uit te drukken.

Misschien denkt Bas Eenhoorn wel dat je met Jip en Janneke-taal alles op kunt lossen. Ik weet het niet. Feit is dat hij op dit moment naast interim-manager van Alphen ook voorzitter van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie is, en vroeger onder meer president van de Europese vereniging van kabelexploitanten was, als ik Wikipedia even geloof. Een boosaardig stemmetje in mijn achterhoofd zegt nu: “Als je maar goed kunt lullen kun je alles worden”.

Maar dat zegt natuurlijk niet dat je alles kunt oplossen.

Nog een laatste bekentenis. Ik dacht tijdens het typen van dit stukje de hele tijd aan dit Venn-diagram.

Sam Gerrits is journalist en auteur. Hij schrijft regelmatig over gekte, onder andere voor NRC Handelsblad.