Verschillende sferen van de samenleving lijken ‘gepopulariseerd’ te worden. Voormalig EO-presentator Arie Boomsma verscheen ontbloot in tijdschrift L’Homo. Het Concertgebouw programmeert popartiesten. Politici spreken op popfestival Lowlands. Religie, klassieke muziek en politiek mengen zich zo moeiteloos met populaire cultuur. Dit zijn slechts een paar voorbeelden van een popvirus dat over Nederland waart. Soms wordt dergelijke popularisering als heilzaam beschouwd, maar soms wordt ook gevreesd dat zo’n virus verziekt.
Dumbing down
Wanneer iets of iemand gepopulariseerd wordt, wordt bedoeld dat een fenomeen aantrekkelijker wordt gemaakt. In het geval van de wetenschap betekent dit het toegankelijker maken ervan. Het gaat daarbij zowel om het verbeteren van het imago van de wetenschap, bijvoorbeeld voor studiekiezers, als om het verspreiden van wetenschappelijke kennis onder een breed publiek. De vereenvoudiging die vereist is voor popularisering van wetenschap lijkt daarmee een positieve ontwikkeling. Wetenschap is immers een goede zaak, of een hoog goed, en het meer aantrekkelijk maken ervan kan alleen maar vruchten afwerpen.
Wanneer we echter spreken van popularisering van de politiek, verandert de positieve bijsmaak in een negatieve. Woorden als videomalaise en dumbing down dringen zich op. De vereenvoudiging die de popularisering van politiek impliceert, wordt synoniem gezien met vervlakking en gebrek aan achtergrond en diepgang. Politiek wordt beschouwd als een serieuze zaak en de popularisering van een dermate serieuze sfeer van de samenleving wordt dan ook voornamelijk als ongewenst gezien.
Democratisering
Popularisering wordt in sommige gevallen als een gunstige ontwikkeling gezien die gestimuleerd moet worden, terwijl deze op andere gebieden of in andere gevallen juist een halt toe geroepen moet worden. In beide gevallen stuiten we op een betekenis van popularisering als een manier van verbreiding of zelfs democratisering. In alle gevallen is er sprake van een vervaging van grenzen tussen genres of sferen, waarbij ‘populaire cultuur’ dan wel als positief dan wel als negatief wordt gezien, maar steeds een cruciale plaats inneemt.
Populaire cultuur is altijd een relationeel object, dat wil zeggen dat wat we op een bepaald historisch moment onder populaire cultuur verstaan, altijd gedefinieerd is in relatie tot een (onzichtbare) ander. Popularisering is daarmee ook een relationeel proces, waarbij dat wat als populair (zowel in de positieve betekenis van geliefd en nastrevenswaardig, als in de negatieve betekenis van vervlakkend) wordt bestempeld onderhevig is aan verandering. Culturele uitingen veranderen en er komen steeds nieuwe uitingen bij, bijvoorbeeld door technologische ontwikkelingen, maar ook omdat groepen en bijbehorende ideologische disposities veranderen.
Onderzoek naar Fitna
Onlangs verscheen de wetenschappelijke bundel Popvirus: popularisering van religie en cultuur. Hierin doet een scala aan wetenschappers verslag van verschillende vormen van popularisering zoals religie in de vorm van de EO-Jongerendag, politiek in de vorm van videoreacties op YouTube op Fitna, en van cultuur in de vorm van design in musea.
Popularisering is zeer divers. Je kunt niet simpelweg stellen dat het altijd een goede zaak is om bepaalde sferen in de samenleving populairder te maken bij een groot publiek, noch dat het hoe dan ook leidt tot vervlakking, verdomming en trivialisering. Het is daarbij opvallend dat de popularisering van cultuur het meest onschuldig lijkt. Pogingen van de publieke omroep om hoge cultuur voor een breed publiek aantrekkelijk te maken, bijvoorbeeld in een programma als Cultuurshake, mislukken vaak. Hierbij lijkt echter te gelden ‘baat het niet dan schaadt het niet’. Lastiger is het bij de popularisering van religie. Het ‘MTV-achtig’ maken van de dogmatische boodschap van de Evangelische Omroep wordt door sommigen als een bedreiging gezien. Popularisering van politiek kan echter rekenen op de meeste kritiek. En dat is onterecht. Politici hebben, net als wetenschappers, een maatschappelijke taak – een plicht zelfs – voor een breed publiek toegankelijk te zijn. Dat is wat democratie inhoudt.
Popvirus: popularisering van religie en cultuur onder redactie van Monique Aerts en Marcel van den Haak is te verkrijgen bij de wetenschappelijke boekhandel of via uitgeverij Aksant.