ThePostOnline

Kruistocht der veragtelijke arische antizionisten

18-12-2009 12:56

Oud-premier Dries van Agt heeft een nieuwe rechtspersoon opgericht om de Joodse staat te bestrijden. Stichting The Rights Forum beoogt ‘het internationale recht’ in te zetten om de Joden uit hun eigen land te verwijderen en in een onverdedigbare kuststrook terug te dringen. Hoppen en shoppen in de jihad tegen Israël. Wim Kortenoeven schreef in 2005 het volgende artikel over de duistere drijfveren van Dries van Agt en andere pro-Palestijnse activisten. Het stuk heeft nog niets aan actualiteit ingeboet.

In het forum zitten nog andere verdwaasde geesten, waaronder minister van Staat Hans van den Broek, dezelfde Van den Broek die vorig jaar opriep om de Wildersfilm ‘Fitna’ te verbieden en die in 1987 hoogstpersoonlijk staatscensuur pleegde om het islamitische regime in Teheran niet tegen de haren in te strijken, dezelfde Van den Broek die op 10 december in Pauw & Witteman de TV-kijkers probeerde wijs te maken dat Israël in 1967 een agressieoorlog tegen de Arabische buurlanden zou zijn begonnen.

Zeg mij wie uw vrienden zijn, dan zal ik zeggen wie u bent. De afgelopen jaren heeft van Agt zich met verschillende andere anti-Joodse rechtspersonen ingelaten, die het beoogde terminale doel m.b.t. de Joodse staat echter geen stap dichterbij gebracht hebben. Zo sloot hij zich aan bij de stichting Stop de Bezetting van Gretta Duisenberg en zocht hij in het kader van de in Hoevelaken gevestigde Stichting International Forum for Justice and Peace’ zonder schaamte het gezelschap van de beruchte Zweedse antisemiet Jöran Jermas.

Kruistocht der veragtelijke ariërs
Op 22 augustus 2005 begon een nieuwe Europese kruistocht, die het onverbloemde doel heeft Jeruzalem en andere delen van het Heilige Land uit handen van de Joden te helpen bevrijden. Aangevoerd door de Rome-getrouwe CDA-coryfee Dries van Agt, sloeg de voorhoede van het Europese leger zijn kamp op in het vlakbij Jeruzalem gelegen Ramallah.

In die naar de islamitische god vernoemde stad lispelde Van Agt ten overstaan van de Nederlandse media vrome woorden over gerechtigheid voor de door het boosaardige Israël vertrapte Palestijnse Arabieren en deed hij een gepassioneerde oproep aan de lidstaten van de Europese Unie de Joodse staat met een boycot te treffen. Kauft nicht bei Juden. Daar is geen woord Frans bij. Het aanzetten daartoe wordt naar eigen zeggen de nieuwe levensopdracht van de in Heilig Land-stichting woonachtige oud-premier en minister van Justitie. Justitie, gerechtigheid.

Pensionado Van Agt heeft zich ontpopt als passende slippendrager van ‘zwarte weduwe’ Gretta Duisenberg, die haar eigen anti-Joodse kruistocht heeft moeten onderbreken, na het plotselinge verscheiden van haar beroemde eega en kruiwagen. In een commentaar op de publieke steun voor haar activiteiten stak Gretta de draak met de ‘zes miljoen’ Joodse slachtoffers van Hitlers Arische bewind en bij andere gelegenheden deed zij met hysterische beschuldigingen een beroep, niet onsuccesvol, op de latente antisemitische onderbuikgevoelens des volkes.

Dolle Dries
En Dolle Dries, zoals Van Agt in politiek Den Haag ook wel werd genoemd, typeerde zichzelf en plein publique als ‘Ariër’, toen hij in 1972 voorstelde de ‘Drie van Breda’ in vrijheid te stellen. Voor de goede orde: het ging om Ferdinand aus der Fünten, Franz Fischer en Joseph Kotälla. De eerste twee waren coördinatoren van de genocide op het Nederlandse Jodendom en Kotälla verwierf een vreeswekkende reputatie als beul in het concentratiekamp Amersfoort. Vier jaar later kwam Van Agt opnieuw in politieke moeilijkheden, vanwege de raadselachtige ontsnapping van de Nederlandse oorlogsmisdadiger Pieter Menten, een dag voordat die zou worden gearresteerd.

Nadat Van Agt zich in 2002 met veel publiciteit had aangesloten bij de anti-Israëlische actiegroep van Gretta Duisenberg, typeerde mijn collega Ronny Naftaniel de oud-premier als “een verwarde geest”.. Hoewel onbedoeld, was dat feitelijk een apologie: verwarde geesten kan men bij door hen begane morele ontsporingen immers minder verwijten maken dan scherpe, bewust handelende personen. Maar sommige publieke figuren lijken over een teflonlaag te beschikken: hun onrechtvaardigheden en dubbelhartigheden worden vergeten of niet aangerekend, ze glijden van hen af.

En vervolgens verwerven zij eer en glorie met zelfingenomen uitingen van morele superioriteit, met verheven standpunten over rechtvaardigheid en vrede, met aanklachten tegen anderen, tegen Joden, tegen Israel, tegen Israels bondgenoot de VS. Naast Dries van Agt schaarden o.a. morele gidsen Marcel van Dam, Freek de Jonge en Paul Rosenmöller zich indertijd achter Gretta’s gedachtegoed. Van Dam oogstte roem met het in diskrediet brengen en daarmee failleren van een bonafide frisdrankfabrikant (de Exota-affaire); cabarettier De Jonge werd nationaal onsterfelijk door banaliteit tot artistieke norm te verheffen en Rosenmöller bouwde zijn politieke en journalistieke (IKON) carrière op de verering en promotie van massamoordenaars Pol Pot en Josef Stalin.

Wat beweegt deze lieden toch om zich zo obsessief voor de ‘Palestijnse zaak’ in te zetten? Zouden zij net zo solidair zijn met de Palestijnse Arabieren als die niet in een conflict met een Joodse tegenstander verwikkeld waren? Het voorspelbare antwoord is te illustreren met de totale desinteresse van Van Agt c.s. voor het lot van de Palestijnse Arabieren in Libanon en Syrië (die al sinds 1948 in ellendige condities worden gehospitaliseerd om als politiek wapen tegen Israël te dienen), en met hun ijzingwekkende zwijgen toen Koeweit en Saoedi-Arabië na de Golfoorlog van 1991 zonder enige scrupules honderdduizenden ingeburgerde Palestijnse Arabieren uitwezen.

Nergens in het Midden-Oosten en Noord-Afrika zijn Van Agt c.s. ooit op een humanitaire of een politiek-activistische missie gesignaleerd. Van Agts pathetische J’accuse (letterlijk: ‘Ik klaag aan’, de door hem van Emile Zola gepikte titel van zijn recente anti-Israelische tirade in de Volkskrant) treft niet de Saoedische apartheidsstaat of een van de andere islamitische dictaturen, maar het enige land in de regio waar Dries en Gretta hun brutaliteiten kunnen spuien zonder angst te hoeven hebben daarvoor te worden aan- of opgepakt. Het gaat onze morele gidsen blijkbaar niet om de omstandigheden van de (Palestijnse) Arabieren, maar om het problematische feit dat er een Joodse entiteit bestaat. Dat is antisemitisme.

Ontjoodsing
Ik heb vaker betoogd dat antizionisme niet zomaar een verschijningsvorm van antisemitisme is, maar de oudste en bovendien de meest doeltreffende. In de visie van antisemieten leidt het verdrijven van de Joden uit het Land van Israël onvermijdelijk tot de gewenste vervreemding en ontjoodsing. Voor de vernietiging van het Jodendom – het ultieme doel van het antisemitisme – is het van essentieel belang de geografische basis van de Joodse identiteit weg te nemen, Jeruzalem en het Heilige Land te ontjoodsen.

Het is daar waar antisemitisme en antizionisme als identieke tweelingen uitwisselbaar zijn. Het is daar waar anti-Israelische acties kunnen worden getoetst, kunnen worden gecategoriseerd als legitiem (de met enorme dilemma’s kampende staat Israël handelt regelmatig onrechtmatig en kan/moet daarop worden aangesproken) of als misdadig (gericht op de ondermijning en/of ontmanteling van de Joodse staat). Dat laatste wordt bijvoorbeeld zichtbaar als politieke acties de demografische verhoudingen dusdanig beogen te veranderen dat Israel ophoudt een Joodse staat te zijn.

Het eerder genoemde in ellende hospitaliseren van de (miljoenen nakomelingen van de) Palestijns-Arabische vluchtelingen, slachtoffers van de door de Arabische staten begonnen anti-Israelische vernietigingsoorlog van 1948, is de eerste component. De tweede bestaat uit het ‘schreeuwen om rechtvaardigheid’ voor die mensen, in de vorm van hun ‘terugkeer’ naar hun oude woongebieden. Volgens Gretta en Dries is dat een recht, volgens mij is dat een garantie voor voortduring van het conflict. Maar daar is het onze morele gidsen blijkbaar juist om te doen.

De kruistocht van Van Agt is geen privé-aangelegenheid, maar wordt georganiseerd en gefinancierd door United Civilians for Peace, een al jaren actief antizionistisch samenwerkingsverband van de medefinancieringsorganisaties voor ontwikkelingshulp NOVIB (algemeen), ICCO (protestants-christelijk) en CORDAID (katholiek), de ‘vredesbewegingen’ IKV (protestants-christelijk) en Pax Christi (katholiek), en de PKN-organisatie KerkinActie. De voortdurende betrokkenheid van christelijke organisaties bij op destructie van de Joodse staat gerichte kruistochten zou toch zo langzamerhand iets meer stampij moeten veroorzaken dan het optrekken van de wenkbrauwen bij maar een klein groepje kerkgangers.

Collaborateurs
De tactiek van het antizionistische kamp is steevast te beweren dat men helemaal niet antisemitisch is, maar voor vrede en samenwerking (waarbij de andere partij bij associatie dus tegen vrede en samenwerking is). Dat wordt ‘bewezen’ door aan boord nemen van Joodse individuen of organisaties. Toen Van Agt c.s. op 22 augustus hun kruistocht begonnen, bevond Hajo Meijer van Een Ander Joods Geluid zich prominent in hun gevolg. Meijer wordt volgens velen door Joodse zelfhaat gedreven en hij koketteert op ongehoorde wijze met zijn Auschwitz-ervaring, die hij misbruikt als legitimatie om voortdurend tegen het Jodendom en Israël aan te schoppen. Een andere Joodse bondgenoot van de kruisvaarders is ‘vredesactivist’ Uri Avnery, vele tientallen jaren – ook tijdens de meest recente door Arafat begonnen terreuroorlog – een dierbare vriend van de PLO-leider. In Nederland hadden wij Mussert.

Ook op organisatorisch niveau worden Joodse collaborateurs aangehaakt, zoals het Israelische ‘Comité tegen de Vernietiging van Huizen’, dat overigens niet van zich heeft laten horen naar aanleiding van de recente deportatie van ruim negenduizend Joden uit de Gazastrook en Noord-Samaria en de verwoesting van hun dorpen. De catastrofale gevolgen van die ‘ontruiming’ zijn in de vorige editie door mij genoemd. Zij zullen de moderne kruisvaarders sterken in hun overtuiging dat een nieuwe bevrijding van Jeruzalem en het Heilige Land voor de deur staat.

(Dit artikel werd eerder gepubliceerd in IsraelActueel, september 2005)

Wim Kortenoeven is Midden-Oostenspecialist en sinds 2000 als researcher/redacteur verbonden aan het Centrum voor Informatie en Documentatie Israel (CIDI).

CC-Foto: Veer0318