ThePostOnline

Het zalige idee van de vleestaks

01-07-2010 16:00

Eens in de zoveel tijd begint iemand er weer over: eten we met z’n allen niet veel te veel vlees? Is dat niet heel schadelijk voor het milieu, dierenwelzijn, en – ook niet onbelangrijk – onze eigen gezondheid? En moet er dus geen vleestaks ingevoerd worden? De jongerenorganisatie van de Partij voor de Dieren, PINK!, deed onlangs de oproep een petitie voor de invoering van zo’n taks te ondertekenen. ‘In de westerse wereld eten we te veel vlees,’ zo stellen zij. En daar moeten we het dan zo’n beetje mee doen.

Gyurka Jansen pleitte 30 juni tegen de vleestaks vanwege verschillende redenen, o.a. het gebrek aan uitwerking van het concept en de resulterende verhoogde druk op de bio-industrie om nog goedkoper te gaan produceren. Als er dan iets moet gebeuren, zegt hij, kies dan voor extra regelgeving over het houden van dieren of directe stimulering van biologische veeteelt. Hij gaat echter voorbij aan het feit dat de vleestaks niet alleen bedoeld is om dierenwelzijn te verbeteren.

De problemen
We eten ontzettend veel vlees. De gemiddelde Amerikaan eet momenteel ongeveer 90 kilo vlees per jaar. Er is een reden waarom we varkensflats bouwen, waarom we kippen maar ongeveer een A4’tje ruimte geven: omdat we graag veel goedkoop vlees willen blijven eten. Dit heeft echter ernstige gevolgen voor zowel dierenwelzijn als het milieu.

Om met dierenwelzijn te beginnen: Google bio-industrie en er verschijnt een overvloed van welbekende plaatjes. Plaatjes van te veel kippen in een te kleine ruimte, varkens in veel te kleine hokken… Hoe verder je doorklikt, hoe meer dierenleed je vanaf het beeldscherm tegemoet komt. Daarnaast bestaan er meer dan genoeg filmpjes als Meet Your Meat waarin de consument geconfronteerd wordt met de wantoestanden in de bio-industrie. Maar zelfs de mensen die deze plaatjes en filmpjes niet bekeken hebben weten dat het dier dat het stukje vlees op hun bord geen prettig leven heeft gehad. Voor wie wil weten waar zijn vlees vandaan komt zijn er zowel online als offline voldoende mogelijkheden om zich hierin te verdiepen.

Daarnaast brengt veeteelt veel vervuiling met zich mee. De VN berekende in het rapport ‘Livestock’s Long Shadow‘ dat de uitstoot van de veehouderij verantwoordelijk is voor de uitstoot van 18% van de broeikasgassen, en dat is exclusief het vervoer van de dieren van de stal tot de supermarkt. Ook wordt jaarlijks 50% van de wereldgraanoogst gebruikt als veevoer, en dat met de huidige scheve wereldvoedselverdeling. Al met al is er heel wat mis met de bio-industrie in zijn huidige vorm.

Vleestaks: de oplossing?
Hoewel biologisch vlees in opkomst is, is het slechts een gedeeltelijke oplossing: de milieuvervuiling verdwijnt niet als de dieren meer ruimte, licht en lucht krijgen, en we hebben überhaupt de ruimte niet om al deze dieren meer ruimte, licht en lucht te geven. Mensen eten aan het begin de 21e eeuw veel meer vlees dan aan het begin van de 20e eeuw, toen de bio-industrie nog niet bestond. Onze vleesconsumptie is vanaf de jaren ’60 verdubbeld, en hij groeit nog steeds. We willen steeds meer (en goedkoper!) vlees, terwijl we in natura de prijs betalen – we verwoesten ons eigen leefmilieu.

De vleestaks kan mensen bewuster maken van de hoeveelheid vlees die ze consumeren. Het kan de vraag reguleren, waardoor het aanbod gedwongen lager zou worden. Als het succesvol blijkt, zouden we een voorbeeld kunnen zijn voor de rest van de wereld. Niet iedereen hoeft vegetariër te worden, maar minder vlees eten is een goede bijdrage aan een betere wereld, zowel voor de mensen als voor de dieren. Want minder vleesconsumptie betekent ook de mogelijkheid tot een beter leven voor ons slachtvee.

Janou Petit is vegetariër en lid van GroenLinks. Ook haar naam staat onder de petitie van PINK!.

CC-foto: Gveret Tered