De sportzomer heeft nu ook zijn meteorologisch einde gevonden en de beroerde avonturen van Oranje in Oekraïne lijken begraven en vergeten. Onze jongens gunden het elkaar niet. Van een collectief was geen sprake en nergens leek het Nederlands Elftal op de in 2010 getoonde leeuwenmoed te kunnen hervinden. Het zat niet goed in het koppie. Een kwestie van mentaliteit.
Olympiërs
Gelukkig hadden we de Olympiërs nog. De dappere hemelbestormers die (al dan niet in een rolstoel) al het mogelijke deden om in de buurt van een medaille te komen. Jaren aan een stuk keihard trainen. Vallen, opstaan en weer doorgaan. Epke, Marianne, Ranomi en Esther hielpen ons stuk voor stuk over de deceptie van het jaar heen. De sportzomer gered.
De herfst is nauwelijks een week oud als de Eredivisie vanavond aan een zevende speelronde begint. En het seizoen mag dan veranderd zijn, het sleutelwoord is nog steeds ‘mentaliteit’. Of het nu een gebrek aan wedstrijdinstelling of een uitsyndroom is. De moderne, Nederlandse profvoetballer is blijkbaar gespeend van enig doorzettingsvermogen.
Bikkels
Waar komt dat gebrek eigenlijk vandaan? Ik (1989) ben opgegroeid in een tijd waarin brekers als Jaap Stam, tactici als Cocu en Frank de Boer en slimme spitsen als Bergkamp en Van Nistelrooy heersten op de Nederlandse velden. Echte sportmannen. Bikkels. Waren die lui er in de jaren ’90 te over, nog geen twintig jaar later is het een zeldzaamheid om twee van dergelijke voetballers op één veld te zien staan.
Maar als het niet met de sport is, waar zijn de profs van nu dan wel mee bezig? Een kijkje op Instagram (de fotodienst met die filters) suggereert dat een deel mijn profvoetballende generatiegenoten (lees: jochies die de puberteit nauwelijks te boven zijn en maandelijks hysterische ladingen geld bijgetekend zien worden op hun bankrekening) vooral bezig is met, je verwacht het niet: zichzelf.
Rich Kids of Instagram
De kersverse linksbuiten van Benfica, Ola John, toont zijn Twittergevolg dat zijn peperdure horloge ongeveer even groot is als de kilometerteller van zijn Bentley. Dé belofte van PSV, Memphis Depay, is toevalligerwijs ook een linksbuiten, maar bovenal een fashionista, gamer en ‘zelfverwenner’. Moskoviet Demy de Zeeuw laat ons zien dat er voor een miljoen dollar aan diamanten op een van die hippe Dr. Dre koptelefoons past. Eljero Elia maakt tussen de clichématige levenswijsheden door duidelijk dat hij de rode bekleding van zijn nieuwe auto #ohmygado vindt en Ryan Babel blijkt een voorliefde voor Ducati, Bentley en Armani te hebben. Dat de mannen erg gecharmeerd zijn van de nieuwe iPhone spreekt voor zich.
Neerlands voetbalhoop in bange dagen wordt gepamperd. Achttienjarige talenten die het verdienstelijk doen bij een tweede elftal krijgen van Nederlandse topclubs een salaris van tien keer modaal aangeboden, omdat het er altijd wel een rijke club uit het buitenland op de loer ligt. Begeleiders, clubs en zaakwaarnemers strijken de plooien glad en nemen spelers zoveel mogelijk uit handen om zo de weg naar de top van de Eredivisie te plaveien. Anders dan bij andere sporten worden veel voetballers enkel beperkt door de grenzen van hun talent. Zodra die grens bereikt is (in Europa bijvoorbeeld) moet er keihard gewerkt worden om een volgende stap te kunnen zetten. En het is de vraag of die jongens nog wel weten hoe dat moet.
CC Foto: Paul Blank