Vorige week vrijdag is de film Brammetje Baas van Anna van der Heide door de jury van het Cinekid-festival gekozen tot beste Nederlandse kinderfilm. (NOS) Brammetje Baas is een grappige film voor kinderen: Verhaal, probleem, oplossing. Vrolijk. Vol kinderhumor. Simpel. De zaal zat vol schaterlachende groep drie kinderen van zes tot zeven jaar oud. Ik zat er stilletjes te huilen.
Brammetje Baas is een aangrijpende film voor alle ouders die het drama van hun kind op de lagere school in alle hevigheid doormaken of doorgemaakt hebben. De film gaat over een jongetje dat druk is. Altijd Druk Heel Druk: hij gooit dingen om, struikelt, hinkelt en wipt. Daarnaast is hij oeverloos nieuwsgierig. In de voice-over vertelt Brammetje over het interessante-dingenplakboek dat hij bijhoudt, over zijn uitvindingen, vliegende dingen en zo voorts. Ondertussen stoot hij glazen melk om. Maar thuis is dat geen probleem. Zijn moeder ziet hem en blijft rustig de afwas doen.
Brammetje is een stoorzender
Brammetje Baas kan al lezen en schrijven voor hij met groep drie begint. Volgens de makers van de film is dat vreemd genoeg geen kwestie. Vol verwachting over de “grote school” begint Brammetje met school. En daarmee begint het drama van de lagere school. Brammetje is meteen een stoorzender. Zijn ongedurigheid levert steeds grotere problemen op. Langzamerhand loopt alles en iedereen spaak: ouders, kind, leraar, schooldirecteur. Er is geen oplossing.
En dat is precies de kracht van de film: je ziet hoe alle betrokkenen afzonderlijk reageren op een probleem dat binnen het huidig schoolsysteem al decennia onoplosbaar is, namelijk: wat te doen met een kind dat al wippend uit het raam zit te kijken, omdat het de stof ruimschoots beheerst? De emotionele uitwerking van de personages in de film is uitstekend. Iedereen met een beetje inlevingsvermogen herkent de lijdensweg die Nederlandse kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong doormaken, op het moment dat ze een voet buitenshuis zetten.
Ontluisterend laf en onrealistisch
Het zwakke punt van deze film is het einde: als oplossing voor alle problemen wordt de leraar van Brammetje datzelfde jaar nog vervangen. Voor de doelgroep, namelijk zes tot zeven jarige kinderen, is dit misschien afdoende. Ik vond het echter ontluisterend laf en onrealistisch. Een probleem als dit lost zich namelijk niet op met de vervanging van een leraar. Groep drie is in de regel slechts het begin van een jarenlange hel voor hoogbegaafde kinderen en hun ouders.
Wat mij betreft is deze film een gemiste kans. Het had een standaardwerk kunnen zijn. Verplicht voer voor schoolbesturen en overheden. Instrumenteel in het aankaarten van een structureel probleem in ons onderwijssysteem: namelijk dat er heel veel kinderen doodongelukkig worden van ons reguliere onderwijs, omdat ze zich er niet intellectueel kunnen ontplooien.
De film gaat over hoogbegaafdheid, maar afficheert zich nadrukkelijk niet zo. De relatie tot hoogbegaafdheid wordt bewust niet gelegd. Je kunt niet googlen of zoeken op “Brammetje Baas Hoogbegaafd”. En da’s niet handig! Ik had een kort gesprekje met de maakster hierover, waarin ze me mededeelde dat ze wars is van het stigma “hoogbegaafd”. Dat is haar mening, en daar moet u het mee doen.
Dit is Nederland
Dit is Nederland. Een land met een star onderwijsstramien, een machine die niet altijd even capabel is om talent te ontwikkelen. Een systeem dat mijn zoon, toen hij nog op de lagere school zat, een gevangenis noemde. Er zijn kinderen, op iedere school, die iedere dag, de hele dag wachten tot de schoolbel gaat en ze naar huis mogen. Waar ze wel wat leren. Stilletjes huilend zat ik in de zaal, mijn eigen lijdensweg als ouder nogmaals doormakend, terwijl de kinderen om me heen schaterden om de grapjes.
Dramatische scene: Brammetje Baas ligt op de trampoline en fantaseert dat hij de ruimte in gaat met een zelf uitgevonden raket-bus: wèg van school, wèg van alle sores … Ik ken kinderen van zeven jaar oud die dood willen.