Business

Weekendinterview: Yves Gijrath

21-07-2013 12:27

Yves Gijrath (46) was lange tijd doodongelukkig. Maar nu hij weer voor zichzelf werkt, na het faillissement van zijn mediabedrijf, lonkt het perspectief. Binnenkort gaat hij tv-maken bij RTL. De oude Yves is dood. Over mooie vrouwen, Ruttes niksigheid, geld verdienen en weer stukslaan. “Ik hou van veel, veel is lekker.”

Yves Gijrath heeft zin in een drankje en “iets erbij”.”Hapjes ofzo”, zegt hij. De gevallen mediaondernemer denkt vooral aan visspijzen: “Oesters?” De serveerster in Nevy prijst de sauvignon aan en presenteert de kaart. Gijrath leest: viskoekjes, sashimi, garnalenkroketten. “Ja, viskoekjes, dat lijkt me lekker, wat sashimi d’r bij.” “Wat wil jij?”, vraagt hij. “Zal ik gewoon een mooi plateau maken?”, schat de blonde serveerster het gezelschap juist in. “Ja, doen we”, zegt hij.

We gaan verder alsof het nooit is gestopt, Yves.

“Ik hou van veel. Veel is lekker. Maar ik ben wel anders, hoor. Het lontje vat minder snel vlam. Ik dook er altijd meteen op. Zelfs mijn vrouw zegt: ‘Je bent veranderd.”

Waarom heeft je vrouw je niet verlaten toen je zo hyper was?

“Ik was zelf diep, diep ongelukkig. Ik was niet meer Yves. Ik ben heel speels eigenlijk. Ik hoop dat ik tot mijn 80ste een jonge geest blijf houden. Tamara zag ook een man die ongelukkig is. Ik kan me geen gavere vrouw voorstellen.”

Statistisch gezien had je een midlifecrisis moeten krijgen en vreselijk vreemd moeten gaan.

“Ik heb natuurlijk heel veel vrouwen om me heen.”

De lekkerste wijven, zeg maar.

“Mijn liefde voor Tamara is gigantisch groot. Je kunt mij voor honderd Cameron Diazen zetten, en dan nog niks.”

Vind je Diaz lekker?

“Ja, die vind ik lekker, ja.”

Ik dacht misschien val je op donker.

“Ja, ik hou ook van Adriana Lima, of Kate Upton… ken je die?”

Jazeker.

“Poeh, zeg.”

Waarom is Kate Upton fantastisch?

“Ja, die is romig. Je kunt ook honderd Kate Uptons op me afsturen, maar voor mij is er maar een vrouw, en dat is Tamara. Natuurlijk: ik ben een flirt, maar Tamara is de enige. Ik hou van trouw. En ik hou van powervrouwen.”

Ik vind je eigenlijk meer een Christine Lagarde-type, de Franse bazin van het IMF.

“Ik vind Christine Lagarde een powerbitch, niet normaal. Maar ik denk dat ze heel slecht is. Ze heeft een deal gemaakt met Sarkozy (over het afkopen van een strafzaak, red.). Ze heeft geen double
digit agenda, maar een triple digit agenda. Dat kan niet anders. Macht vernietigt. Dat hele IMF deugt niet. Net als dat het hele Brussel niet deugt.”

Ze regelt wel de mondiale geldstromen.

“Geld is gewoon voorraad, meer is het niet. Het is een instrument om dingen te doen. Als je geen geld hebt, kun je niks doen. Dat is gewoon kut.”

Hoeveel voorraad heb je nu?

“Ik ben weer aardig op weg.”

Getallen graag.

De uitgever pakt de laatste editie van glimblad Lxry, waarmee hij een doorstart maakte na het faillissement. Hij houdt de advertentie van Gucci omhoog.

“Hoeveel denk je?”

7000 euro max.

“Ja, nou, tel maar door.”

De ondernemer opent de volgende pagina: Guess.

En weer 7000?

“Exact.”

En zo tellen we lekker door. De crisis heeft geen vat op de omgevallen mediaman.

“Ik ga naar een omzet van boven de miljoen.”

Vind je leuk, he? Advertenties verkopen? Daar was je goed in en toch ging het mis.

“Ja, na de heao begon ik met huis-aanhuisblad Het Amsterdammertje. Gouden tijd. Je ging naar de Albert Cuyp, naar Ron Heruer en dan vroeg ik 3000 gulden en kwam er een tegenbod van 1 rooitje. Kwam we uit op 2 rooitjes. Ik ging naar vistraiteur Roij op de Heemstedestraat. Die had altijd een kwart pagina voor 500 gulden. Kreeg ik een visje mee. Meubelstoffeerderij Arie Piron. Ik ken ze nog allemaal. Deed ik allemaal zelf, tot en met bezorgen. Die kranten waren zo dik dat ik ze niet door brievenbus kreeg.”

En nu ga je ook tv maken, LXRY TV?

“Ja, ik heb een tijdslot ingekocht bij RTL en nu verkopen. Gaat goed hoor.”

Harry Mens-tv?

“Met Harry gaat het goed, toch?”

Dit fijne gevoel was bij jou helemaal weg na de overname van je bedrijf GMG door de familie Schaling in 2009?

“Ik voelde me doodongelukkig. Na een tijd lag ik ’s avonds totaal uitgeput op de bank, omdat ik echt niet meer wist wat ik wilde. De markt zat tegen, we hadden tegenvallers met ons pand, we moesten saneren, zaten in procedures en haalden niet het beste in elkaar naar boven.”

En toen dacht je: ik word manager van Badr Hari.

“Jij denkt de hele tijd dat ik de nieuwe Don King (legendarische Amerikaanse bokspromotor, red.) wilde worden, he , maar het was gewoon verzet. Ik wilde wat anders, maar met Badr Hari ben ik gestopt. Ja, meer is het niet. Echt niet. Ik had er gewoon geen zin meer in. Vond er niks meer aan. Op een zeker moment kwam een meneer van de Belastingdienst en die begon stickertjes te plakken in het pand. Dat was best vernederend, maar ik gaf geen kick. Ik dacht: als jij stickers wilt plakken, ga je gang.”

Het lijkt alsof je blij was dat je failliet ging.

“Jazeker. Voel me beter dan ooit. Ik was blij dat het over was.”

Je gaf te veel uit.

“Nou…”

Onbevestigd verhaal is dat je eens 75.000 euro stuksloeg in het casino na een Miljonair Fair, een groot deel van de opbrengst.

“Onzin. Ten eerste omdat we wel iets meer verdienden met de Miljonair Fair. Ha! Ik weet waar het verhaal vandaan komt. Met die jongen (hij doelt op oudhoofdredacteur Sjoerd van Stokkum
van Quote, red.) heb ik weleens lopen backgammonen samen met Won Yip, een Amsterdamse horecaman. Als je dan steeds verliest en moet pinnen, dan is dat niet leuk. Ik kom niet meer in het casino. Voor mij is dit onderwer al jaren een gesloten boek. Ik raad het iedereen af. Het is niet goed.”

Om wat voor bedragen ging het dan?

“Honderden, misschien een keer 1000 euro. Je moet natuurlijk wel een aantal reeksen in je hoofd kunnen opslaan. Dat kan ik.”

Je had een cashflowprobleempje als we de cijfers teruglezen. Je maakte de laatste jaren grote verliezen. Het was een verlossing.

“Ja, ik kwam een paar miljoen tekort om door te kunnen stoten. De omzet groeide. Het stortte in, maar we hadden potentie. In 2005 draaiden we fantastische omzetten. Ik weet nog goed dat er op de Miljonair Fair in Moskou een of andere idioot op de beurs honderd S- klasse Mercedessen bestelde. Mercedes deed de lancering op onze beurs. In Rusland kreeg ik via een Kremlin-connectie een aanbod van 20 miljoen.”

Auw!

“Maar als je zaken doet op dat niveau ben je wel je hele leven afhankelijk van de regering. Want dan moet je luisteren naar Poetin. Rusland is Poetin en die heeft de buit verdeeld onder de ministers en een aantal oligarchen. Als je je met hen inlaat, ben je meteen een van hen. Moet je luisteren naar de grote baas. Daar heb ik moeite mee.”

Toch ben je een groot fan van het Singapore- model, een licht autocratisch bestuur.

“Ja, het Singapore-model werkt. De president heeft het beste voor met het land. Het is schoon, iedereen weet waar hij aan toe is. Een kleine daadkrachtige overheid.”

Je wordt wel geacht je mening gedoseerd te verspreiden.

“Ja, zo erg als daar, wil ik het ook weer niet. Een mix tussen Singapore en Duitsland zou mooi zijn. Dat Duitsers deugen kostte me wel even moeite, maar in 1988, toen we wonnen, was de haat wel voorbij.”

Toen Koeman zijn kont afveegde met het shirt van Thon.

“Op dat moment was de Tweede Wereldoorlog voorbij.”

Zijn Duitsers de nieuwe Nederlanders?

“Ja, daar lijkt het op, ja. Mooi, positief, vrolijk. Verbaast me gewoon. We zijn zuur. Boos. Overal waar je komt, is iedereen boos. Waar ligt dat aan? Waar is ons plezier? Waar is onze oerkracht? Waar is ons cruijffiaanse gevoel? Dat is een regeringstaak om dat uit te dragen, vind ik. Mensen kunnen echt wel wat. Hou eens op met ons helemaal gek te maken. En Duitsers zijn de beste klanten.
Ze betalen altijd.”

In tegenstelling tot joden. Die betalen niet, schijn je ooit gezegd te hebben, althans Quote beweerde dat.

“Heb ik nooit gezegd. Ik ben naar de Raad voor de Journalistiek gegaan vanwege dat verhaal. Dat is gewoon bedacht. Ik kreeg gelijk. Daarmee creëer je haat en dan pakken ze je terug. Hebben ze ook gedaan.”

Je moeder werd net voor transport naar Auschwitz uit een trein gehaald.

“Ja. Maar daar werd nooit over gesproken.”

In Amsterdam Buitenveldert liepen na de oorlog wel meer soortgelijke gevallen rond dus…

“Heel veel.”

Maar er werd toch nooit over gepraat?

“Het is niet mijn verhaal, he . Het is niet mijn leed. Ik moet daar niet mee aan de gang gaan. Wat je meedraagt, is de pijn van een ander. Mensen gaan vaak met het verhaal van een ander hun verhaal
maken.”

Leven je ouders nog?

“Ja, in de buurt wonen ze, in Buitenveldert. Aan de andere kant: mijn moeder houdt wel van praten. Dat zijn joodse moeders, he. Als ik Utrecht uitrij en ‘even bel’, kan ik ophangen als ik thuis ben.”

Maar oorlog is taboe.

“Joh, wij weten niet wat teleurstellingen zijn. Jonge mensen hebben geen idee. Teleurstellingen, pijn, verdriet, dat maakt je beter. Waar hebben we het over? In Afghanistan worden mensen zonder proces geliquideerd. In Egypte zijn groepsverkrachtingen aan de orde van de dag. Ik kan honderd landen noemen, waar je zonder tussenkomst van rechters twintig jaar de gevangenis indraait. We zijn alles maar normaal gaan vinden.”

Een majesteitelijk schaal vol hapjes arriveert.

“Ziet er wel gezellig uit,” zegt hij en schenkt nog eens bij. “Lekker.”

Ben jij de Great Gatsby van Nederland?

“Vind je mij een Gatsby? Wat bedoel je?”

Dat je een ongelofelijke dromer bent die groots en meeslepend wilt leven.

“Zie je mij zo? Zo ben ik ook wel, ja. Ja, wie ben ik?”

Weet je het zelf?

“Ik ben 46. Als je dan nog niet weet wie je bent, heb je een probleem. De kortsluiting in mijn hoofd is wel een beetje weg. Minder onrust. Ik ga wel iets strategischer te werk. Meer planmatig.”

In Amerika worden Gatsby’s meer gewaardeerd dan in Europa.

“Ik ben natuurlijk wel een on-Nederlandse man. Bij mij is er altijd onrust. Veel. Alles moet altijd. Een van mijn medewerkers, zei een keer: ‘Je kunt Yves beter niet meenemen, want dan moet hij meteen weer een nieuwe Hearst worden.’ Ik zag kansen en nooit problemen.”

Hij kijkt uit het raam naar het IJ. ‘Terwijl wij hier zitten, zit ik te kijken naar dat schip.’

Dat is gewoon een boot die shit vervoert.

“Ja, zo kijk jij! Ik zie dat lange ding en denk: feest. Dat ze aan het eten zijn. Voor toeristen. Culinair Amsterdam. Met z’n allen door de stad trekken als het heerlijk weer is. Dan stoppen we op tien locaties.”

Je ziet eigenlijk alleen maar feest. Geld verdienen aan zo’n boot vind je zo saai.

“Ja, daar vind ik geen reet aan, maar het moet wel sprankelen. Ik zou ook geen gras kunnen verkopen.”

In een ander leven was je manager geworden over acht van deze boten en hadden ze je aan je kop gezeurd dat de marge te laag was.

“Ja, dat kan ik niet. Was ik doodongelukkig geworden. Ik weet niet of het slim is om zo te denken. Ik denk overigens wel dat ik goed ben in geld verdienen. Daar kwam ik al vroeg achter. Op de heao maakte ik een uittreksel van een managementboek van Philip Kotler voor een tientje. Bij de kopieerafdeling liet ik mijn uittreksel voor 1 gulden drukken, en die heb ik voor een tientje verkocht. Ik had kniehoge stapels neergelegd en een deal gemaakt met de kopieerservice. Daar verdiende ik mijn studiefinanciering mee.”

Je staat weer elke dag om 6 uur op, hoorde ik.

“Ja, dan sluip ik naar beneden in mijn kamerjas. Druk ik op het knopje van mijn Miele-koffiezetapparaat, waar ik de bonen en het water ’s avonds al heb aangevuld. Vervolgens ga ik met koffie, aangelengd met warme melk, en met mijn Telegraafje buiten een sigaretje roken. Ik vind een ochtendsigaret helemaal top.”

Klinkt naar geluk.

“Ja, dat is het mooiste moment van de dag.”

In je blote lul buiten roken?

“Ja, dat is heerlijk.”

En dan moet je daarna de verzuring in van boos Nederland.

“Ja, Nederland is boos. Als je tien sterke, slimme mannen om Wilders zet, dan heb je zo zestig zetels, denk ik. Misschien zou hij zelfs de absolute meerderheid kunnen krijgen als hij het
slim aanpakt, zo boos is Nederland.”

Kijk je uit naar een kabinet-Wilders?

“Nou, dan schiet het tenminste op. En hij heeft gelijk over Brussel. Sneller schakelen. We leven in een ander tijdperk. We moeten vechten tegen landen waar lone wolves de macht hebben. Onze nieuwe concurrent is Rusland en dat is één man. China? Een paar mannetjes. Midden-Oosten? De ene week komt er een delegatie uit Qatar, de week erna vliegt er een kereltje over uit Dubai. We vechten tegen grote eenmanszaken en wij maar procederen. Als wij vinden dat er een nieuwe sneltrein moet komen, gaan we vijf jaar na die beslissing debatteren over de kleur van de treinen. Dat werkt niet. Deze mentaliteit zou het land weleens kunnen vernietigen.”

Dat klinkt somber.

“Nee, ik ben optimistisch dat we onze lamlendigheid overwinnen. Maar Rutte krijgt het niet voor elkaar. Die man heeft nog nooit een rol drop verkocht. Kom op, je hebt een baas nodig. Kinderen snappen alles. Die zeggen: ‘Die Rutte, dat is geen baas.’ Een baas regelt het gewoon.”

Balkenende was meer baas.

“Die was slim, een meesterstrateeg. Die snapte de slangenkuil. Poetin is een baas. Ik vind Obama ongelofelijk handig. Een fenomeen. Ik vind Clinton een baas. Ik vind Mao Zedong een baas. Atatürk is een baas. Er zijn heel veel bazen.”

Is Stalin een baas?

“Mmmm, ja.”

Is Hitler een baas?

“Nee, dat vind ik een gefrustreerde man.”

Moeten we niet meer psychologisch kijken naar zaken?

“Psychologie is de sleutel tot alles. Luister: vraag het aan de meisjes op straat. Het is leuk als je een sixpack hebt, maar inzicht in de psyche is de crux. We hebben meer psychologen nodig. Ze moeten ook verbaal sterk zijn. We hebben moed nodig, de angst om naar de kloten te gaan. Dus, wat doen we? Geen beslissing nemen. Niet beslissen, is in de politiek heel goed. Hoelang moeten we dat gezeik nog aanhoren? Is het rood of is het blauw? Krijg je in dit land een antwoord van tien minuten.”

En als je het niet met rood eens bent?

Zegt uit het niets: “Ik heb Den Uyl gekend, die woonde in Buitenveldert. Die had een beetje rare ideeën, maar was wel een baas. Als jongetjes in de buurt haalden we kattenkwaad uit en kregen we altijd op onze sodemieter. We gooiden met stenen. Belletje trekken. We deden alles. Bij Jopie ook. Dan kwam-ie naar buiten en was-ie boos. Hij was heel klein, 1 meter 60. Hij woonde
op de hoek bij de synagoge. We waren heel bang voor hem, en we renden weg. Hij kon briesend naar buiten komen.”

Zou je liever op een baas stemmen dan op iemand met goede ideeën?

“Ja, want politiek is Idols. Ik stem op de persoon. De komende twaalf jaar stem ik sowieso niet meer op de VVD van Rutte. Wat een lul. Er zit geen enkel idee achter. Hij zegt: ‘Koop een auto,’ maar wat is dat? Als je zegt: ‘Koop een auto en dan mag je een jaar gratis tanken zonder btw.’ Dat is een boodschap!”

Vol op stoom: “Mensen denken dat ik een heel rechtse man ben, maar dat ben ik niet. Ik heb een links hart, maar het moet wel een beetje ondernemend zijn. Ik voel me het meest thuis bij D66, al heeft die Pechtold wel last van papegaaigedrag. Ik stem op de volgende baas. Ik vind die Samsom ook een leuke kerel, maar die zet je toch niet aan tafel met Obama, Poetin en Merkel, denk nou even na…Dan lig je toch in een deuk.”

Nederlandse bazen zijn saai, Yves.

“Saai breekt me op. Ik liep eens achttien holes op de KLM Open. Sjokt er zo’n man mee die in de raad van bestuur van Rabo zit. Die gast zegt twee uur helemaal niks. Ik had de grootste lol met Elsemieke Havenga (oud-hockeyinternational, red.). Leuk wijf. Ik zeg na een tijdje: ‘Die vent heeft al twee uur niks gezegd. Zijn wij onkruid of zo?’ Sipko Schat heette hij en hij wordt de nieuwe baas van Rabo. Elitaire mannen, mensen met heel veel macht. Dat vind ik enge mensen. Mensen die op het volk pissen. Zeggen ze niet, maar doen ze wel. Is niet goed. We moeten meer liefde geven. We moeten elkaar meer kussen. Wil je nog wat eten trouwens?”

Dit interview werd eerder gepubliceerd in Nieuwe Revu.