Twee dagen feesten op diverse internationale acts tussen de Berliners op een voormalig nazivliegveld met nog steeds een strenge DDR-uitstraling. Met op de poster dikgedrukte headliners als Björk, Blur, Pet Shop Boys en Casper (wie?) kon het afgelopen weekend 6 & 7 september in Berlijn op het terrein van Flughafen Berlin Tempelhof.
In de wijk Tempelhof, vlak naast het hippe Neukölln, ligt tussen de huizen een grootschalig terrein: de plaats waar tussen 1923 en 2008 dagelijks vliegverkeer plaatsvond, Flughafen Berlin Tempelhof. De bouwstijl van het hoofdgebouw is met haar sobere uitstraling overduidelijk nog van vóór de oorlog. Bij binnenkomst blijkt zelfs daar ook amper wat veranderd te zijn. De incheckbalies, de bagagebanden en zelfs de borden met vlieginformatie hangen nog precies op de oorspronkelijke plekken. Op de borden staat in de letters van ‘vroeger’ de programmering van de twee dagen.
De dag wordt afgetrapt bij het hoofdpodium, waar The Sounds op de planken staat. Een nogal discutabel optreden waarbij het bij de zangeres niet duidelijk is of het overbrengen van ‘goede’ muziek het meest belangrijk is, of het constant expres omhoog trekken van haar rokje. Voor iets meer diepgang gaan we naar de Pitchfork Stage, een podium in één van de hangars van het vliegveld. Daar staan de Villagers met hun vertrouwde sound een prima show weg te geven. De akoestiek van zowel de zang van Conor O’Brien als de instrumentale ondersteuning komt perfect uit in de ruimte van de hangar. Het publiek moet echter, ondanks de zonnestralen die naar binnen schijnen, nog wel flink opgewarmd worden. Bij het meer bekende werk, zoals nummers ‘Becoming a Jackal’ en ‘The Meaning of the Ritual’ leven de bezoekers zichtbaar op. Het is een goede keuze van de organisatie geweest om de Villagers in de hangar te programmeren. Niet alleen voor het mooie geluid, maar ook voor de intieme sfeer die de ruimte uitstraalt met het nogal kleine podium.
Om je helemaal op een vliegveld te wanen, staat er midden op het terrein een oud vliegtuig met uitzicht op de grote controletoren. Bij verschillende gates staan kraampjes, zowel met eten en drinken als kunst, kleding en tassen. Opvallend is dat ze bijna allemaal ook eerder dit jaar op het Melt! Festival stonden, een festival vlak onder Berlijn. Helaas zijn de prijzen hier wat hoger. Vijf euro (inclusief een euro pfand die je terug kunt krijgen) voor een halve liter bier is nou niet echt typisch Berlijns.. Wat wel een pluspunt is, is dat één van (misschien zelfs wel dé) beste kraampjes ook hier te vinden is; Handbrotzeit, een ovengebakken ciabattabroodje met heel veel gesmolten kaas en champignons er in en een soort frisse roomsaus er op. Absoluut een hoogtepunt in het aanbod van eten op het festival en perfect bij de electropop van Fenech-Soler in de andere hangar op het terrein, waar zij op de Zippo Encore Stage staan.
Voor het dure bier is al gauw een oplossing gevonden: de Penny Markt aan de overkant van het festival met halve liters voor 50 cent en goedkope rum. Het is dan ook niet zo heel gek dat voor en rondom het terrein groepjes mensen in het gras zitten met een biertje. Opvallend is dat er amper Nederlanders tussen zitten. Waar je op festivals als Melt! en Sziget niet meer ontkomt aan de ‘Nederlandse festivalgangersinvasie’ (soms zelfs tot het irritante toe), zijn hier vooral Duitsers en Engelsen te spotten. Eigenlijk wel prettig, want dan heb je ècht het idee dat je op een festival in een ander land bent. Wanneer de zon onder gaat, is het op het festival op het hoofdpodium tijd voor één van de hoofdacts: de Pet Shop Boys! Een goed glitterpak, springende achtergronddanseressen en een ietwat foute maar heerlijke jaren ’80 sound blijken de ingrediënten te zijn voor een goede festivalact. Vooral de nummers ‘Always on My Mind’ en het aanstekelijke ‘Go West’ zijn knallers en laten het publiek goed mee dansen. Als het geluid niet zo tenenkrommend slecht was geweest, was het feestje compleet geweest. De boxen lijken de swingende electropop van de Pet Shop Boys niet aan te kunnen waardoor het op sommige punten lijkt alsof we naar een haperende cd aan het luisteren zijn. Het wordt op een gegeven moment zo heftig, dat we ons afvragen waarom er niets aan gedaan wordt. Het is enorm storend voor het optreden en neemt een belangrijk element van de show weg. Gelukkig is het een genot om te kijken naar een duo die beiden rond de leeftijd van de mijn vader zitten en toch nog anderhalf uur los kunnen gaan alsof hun leven er van af hangt. Sorry pap, maar dat zie ik bij jou toch echt niet gebeuren.
Als afsluiter van het hoofdpodium staat vanavond rockband Blur, wel even andere koek dan de show van de Pet Shop Boys. Flink rocken wordt het niet, maar hier en daar zitten er best wat aardige pop/rock-nummers tussen waar ook nog eens op te dansen valt. ‘Girls and Boys’ is één van deze nummers, waarbij goed te horen is wat zanger Damon Albarn in huis heeft. Het aangename Londense jaren ’90 geluid is hier en in het nummer ‘Beetlebum’ duidelijk aanwezig, een sound die we vandaag de dag terug horen bij onder andere Franz Ferdinand. Het geluid is -gelukkig- een stuk beter dan bij de Pet Shop Boys. Toch krijgt de show niet helemaal de vorm die de organisatoren misschien hadden gehoopt bij een afsluitende act. Het is na een goed uur overduidelijk dat het publiek aan het wachten is op hitje ‘Song 2’. Wanneer de eerste tonen van dit nummer worden ingezet, gaat het publiek compleet los. Toegegeven; het is een prima festivalnummer, maar om een band als afsluitact te boeken op basis van één megahit lijkt een beetje te gemakkelijk. De Pet Shop Boys hadden de eerste dag van het Berlin Festival beter kunnen afsluiten, mits het geluid tot in de puntjes goed geregeld was.
Omdat het festival op het vliegveld maar door mag gaan tot 0.00 uur, is het om dat tijdstip dan ook meteen stil. Een festival in Berlijn zou echter geen festival zijn met een goede afterparty, dus is er tot 6.00 uur in de ochtend nog een after genaamd ‘Club Xberg’ in de Arena Club in Alt-Treptow. Er gaan pendelbussen heen, maar niet terug, wat voor veel bezoekers een reden zou kunnen zijn om niet te gaan. Vanaf het terrein is het ook nog een aardig stuk fietsen, dus ook dat zou een drempel kunnen zijn om naar een club of een kroeg in Neukölln of ergens anders in de buurt te gaan. Voor het festival zelf zou het beter zijn om een club in de buurt uit te kiezen voor de afterparty, maar wanneer we de Arena Club zien begrijpen we wel direct waarom gekozen is voor deze locatie. Het complex aan de Spree doet anti-kraak aan met prachtige graffiti’s en grote ruimtes. Met maar liefst drie zalen en diverse dj’s als Cvnt, Boys Noize en Strip Steve (en helaas zonder de dj-set van Röyksopp) is het tot 6.00 uur dansen en zweten geblazen.
Foto’s: Jeroen Claus