Om de 2 weken zal Justin Samgar willekeurig één van de vijftig vensters van het Amsterdams Canon verbrijzelen door zijn eigen interpretatie hiervan te geven. Een nieuw Amsterdam door de ogen van een jongeman die wenst om hier de nieuwe stadsdichter te worden. Het liefst nog voor dat hij grijs en lelijk is.
De straten mogen schuin staan
tegenover de omringende grachten
Een volksbuurt van begin af aan
met kleine bedrijfjes, vele ambachten
en een roerig, opstandig bestaan
Hier in de oorspronkelijke Jordaan
Het gezicht van heel Amsterdam
omdat ‘t levenslied werd gezongen
door de meest Jordanese longen
Het zijn Johnny, Leen en de jongens
die deze status hebben bedongen,
de rest is er als vanzelf bij verzonnen
Elanden gedoopt in de gracht
worden door passeerders gelooid
Palm en Linden zijn samengebracht,
bruggen met bloemen bestrooid
Jan Klaassen en zijn rechterhand
hebben zich vanuit hier ontplooit
en ook de schilder Rembrandt
woonde hier in zijn laatste ooit,
toen hij volledig was berooid
Bijna niemand wist wat liegen is,
ieders hart lag hier vaak op de lip
Na bijna vier eeuwen geschiedenis
is de Jordaan nu veel rijker en hip
Maar het maakt niet uit wie er is
omdat spontaniteit hier bevliegend is
De open lucht, gedempte sloten
en oproerend volks verleden
en een aantal flinke opstoten
waar pareltjes uit zijn ontsproten
Bijna iedereen was hier besneden
maar toch ‘en je mag mij quoten’
hadden die ouwe Jordanezen..
best wel kloten
Beeld: Shutterstock