Interview

Peter Vonk: ‘Het waterschap is voor nette mensen’

12-03-2015 15:13

Waterschapsbestuurders kun je overal in Nederland vinden. Aan de Studentenhuisartsenpraktijk van de Universiteit van Amsterdam werkt huisarts Peter Vonk, de waterschapsbestuurder die naar aanleiding van mijn oproep met grote voorsprong het meest werd genomineerd voor een interview. Hij richtte enkele jaren geleden de Algemene Waterschapspartij op en is algemeen bestuurder in het waterschap Hollands Noorderkwartier. Hij is ook lijsttrekker. Een gesprek over het nut van het waterschap, het nut van waterschapspartijen en de gewone politiek: ‘Het waterschap is voor nette mensen’.

Het is geen bruisende bestuurslaag waarvoor je je verkiesbaar stelt.

“Ik heb ooit de stadsdeelraad in Amsterdam Noord van nabij meegemaakt. Daar wilde je toen niet dood gevonden worden. Het was daar een polemische, laag bij de grondse, onbeleefde, afschuwelijke toestand. Mensen lieten elkaar niet uitpraten, het fatsoen was weg, het was een ramp. Zo’n stadsdeelraad past mij niet. Als je dan toch nog wat in het bestuur wilt doen, kom je bij het waterschap. Het is geen arena waar we onvriendelijk tegen elkaar doen. Het waterschap is, om het zo te zeggen, voor nette mensen.”

“Politiek wordt vaak pas interessant gevonden als het over de waan van de dag gaat, maar die heeft mijn aandacht niet. Het gaat bij de waan van de dag vaak niet om essentiële dingen. Als je je ergens meer in verdiept, dat is bij veel onderwerpen zo, dan wordt het steeds interessanter. Ik kan inmiddels een boek schrijven over het water. Hoe meer je ervan weet, hoe leuker het wordt. Dat is niet onbelangrijk als je in zo’n bestuur zit.”

Toch zijn dit rare verkiezingen waar burgers weinig van begrijpen. Hoe komt dat?

“Vroeger mochten alleen landeigenaren en woningbezitters stemmen voor het waterschap. De rest mocht alleen betalen. Sinds 1994 mag iedereen stemmen. Toen was er een personenstelsel. Je kon je verkiesbaar stellen voor meerdere waterschappen. Ik heb toen in twee waterschappen gezeten. Daarna bedacht Tineke Huizinga (toenmalig staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, CA]) dat belangenorganisaties mee moesten gaan doen aan de waterschapsverkiezingen in plaats van personen. Niemand kende immers die personen.”

“Tineke ging haar verhaal vertellen in de Tweede Kamer en toen werd de vraag gesteld: mogen politieke partijen ook meedoen? Tineke vond dat dat niet de bedoeling was. Het moesten belangengroeperingen zijn. Toen maakte ze een fout: ze zei dat ze het niet kon tegenhouden. Toen gingen de meeste politieke partijen meedoen met de waterschapsverkiezingen. D66 en GroenLinks hebben toen Water Natuurlijk (specifieke partij voor de waterschappen, CA) opgericht. Wij hebben de Algemene Waterschapspartij opgericht. We zijn meteen landelijk gegaan.”

Waarom werd de Algemene Waterschapspartij opgericht?

“De toekomst van de waterschappen werd serieus bedreigd. Er waren twee argumenten om de waterschappen af te schaffen: de bestuurlijke drukte en de democratische legitimatie. De SP en de PVV wilden altijd al van de waterschappen af. D66 wil bovendien van de bestuurlijke drukte af: waterschappen zijn ook bestuur. De reden om dan te kijken naar de waterschappen is omdat de opkomst bij de verkiezingen laag is. Er zou geen democratische legitimatie zijn omdat maar een kwart van de bevolking gaat stemmen. Eigenlijk heeft niemand een probleem want de waterschappen functioneren goed. Een belangrijke reden om de Algemene Waterschapspartij op te richten is dat de waan van de dag regeert in Den Haag. De korte termijn is vaak belangrijker dan de lange termijn. In een land dat voor de helft onder de zeespiegel ligt moet je wel heel goed nadenken of je het waterbeheer in handen wilt geven van de korte termijn. Je hebt een bestuur nodig dat daar speciaal voor is, daar zelf belasting voor kan heffen en hopelijk zo min mogelijk kijkt naar de waan van de dag maar juist naar de lange termijn.”

Geef eens een voorbeeld van het belang van het waterschap.

“Als je het geld voor dijken uit Den Haag moet halen, maar we moeten ook naar Afghanistan of de staatssecretaris heeft een moeder die slechte zorg krijgt, dan krijg je concurrentie. Dijken zijn geduldig en dus worden die dan minder belangrijk gevonden. Dat is een patroon: lange tijd voldeden veel zeedijken niet aan de eisen uit de wet. Dat laat precies zien waarom je waterschappen nodig hebt.”

“Ik durf de stelling aan dat als de Algemene Waterschapspartij en Water Natuurlijk niet hadden meegedaan aan de waterschapsverkiezingen, er nu geen verkiezingen meer waren geweest. Dan was het waterschap ondergebracht bij de provincie. Daar kun je voor of tegen zijn, maar het water gaat dan concurreren met allerlei andere zaken. Dan weet je wat er gebeurt als er een schandaal in de jeugdzorg is. Daarom zijn wij opgericht. In Den Haag kan men niet meer doen alsof de provincies en de waterschappen één pot nat zijn. Bij de waterschappen doen hele andere partijen mee.”

Als er partijen zijn, moeten er ook verschillen zijn. Wat zijn die verschillen?

“Van huis uit hebben de boeren een forse stem in het waterschap. Zij hebben een existentieel belang. Zij zijn er actiever in dan anderen. Zij zijn erin geslaagd om alles geregeld te krijgen maar de kosten bij anderen neer te leggen. Burgers betalen relatief veel in vergelijking met boeren. Die tegenstelling is nog steeds aanwezig. Als je CDA of VVD stemt, dan blijft dat zo en dan betalen burgers te veel. Boeren gooien dan de kosten over de schutting. Daar zijn wij tegen. Wij willen bovendien niet dat het waterschap schulden maakt en dat die worden doorgeschoven naar volgende generaties. Dat zijn hele belangrijke verschillen.”

“Andere verschillen zijn hoe om te gaan met recreatie, of mensen op het sociaal minimum vrijstelling van de waterschapsbelasting kunnen krijgen, of het waterschap mag investeren om energie en grondstoffen terug te winnen uit afvalwater, of er woningen op of parkeergarages in dijken geplaatst mogen worden, of er geïnvesteerd wordt in vispassages, of daar visfuiken bij mogen staan, of er (kano)aanlegplaatsen kunnen komen en hoe we omgaan met bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater. Er zijn echt voldoende zaken die verschillend liggen bij de partijen die meedoen.”

Dit interview vond plaats op 4 maart in Amsterdam. Dit interview is geautoriseerd.