In het hart van havenstad Valparaiso vindt, onzichtbaar voor de massa, een hongerstaking plaats. Onwetende toeristen maken foto’s van het trotse gebouw van de marine, terwijl in het gebouw ernaast vijf mannen en een vrouw hun gevangenschap tijdens de dictatuur van Pinochet herbeleven. “Het is net als toen, alleen is dit een vrijwillige gevangenschap.”
In totaal zijn er 130 ex-gevangenen in 15 verschillende Chileense steden in hongerstaking. Zij eisen compensatie, maar vooral erkenning voor het feit dat ze zijn gemarteld tijdens de dictatuur (1973-1990). Op 11 september 1973 maakte de militairen onder leiding van Augusto Pinochet op gewelddadige wijze een einde aan de regering van de linkse politicus Salvador Allende. Mensen die een familielid of geliefde verloren tijdens de terreur zijn gecompenseerd. De ongeveer 5800 mensen die de martelingen overleefden niet.
De toeristen kijken naar het spandoek dat boven aan het moderne cultuurcentrum hangt. “Hongerstaking van voormalige politieke gevangenen van de dictatuur, 25 dagen,” staat er op. Het getal klopt niet. Inmiddels is de staking al 28 dagen bezig. Misschien zijn de stakers te vermoeid om zich naar het dakterras van het cultuurcentrum te begeven, het spandoek op te hijsen en de cijfers aan te passen. Met een gemiddelde leeftijd die boven de 60 ligt, valt het staken ze zwaar. “Er zijn veel mensen die last van hun gezondheid hebben, zo heb ik iets met mijn bloed en een ander diabetes,” vertelt Oscar Silva. Hij spreekt het beste Engels van de groep, omdat hij na zijn vierjarige gevangenschap naar de Verenigde Staten is gegaan.
Vanwege internationale druk wil de regering wel dat er iets aan de situatie verandert. Volgens Oscar Silva zijn landen als Duitsland, Spanje, Frankrijk en Canada bezorgd over de situatie in Chili. “Het gaat niet om het aantal mensen dat meedoet aan de hongerstaking, maar om de impact die we creëeren in de internationale gemeenschap,” zegt Silva. Het gesprek wordt onderbroken doordat gouverneur Omar Jara Aravena binnenkomt. Hij wil met de protestanten praten. Ze trekken zich terug in hun multifunctionele ruimte en sluiten de deur.
Wanneer het gesprek met de gouverneur afgelopen is komt Silva opgetogen naar buiten. Hij heeft het gevoel dat het einde van de staking in zicht is. “Ik ben heel blij, want ik ben moe van het staken, wij zijn moe.” Hij vertelt dat ze graag willen stoppen met de hongerstaking, maar dat kan pas als iedereen zijn handtekening onder het akkoord zet. Tot die tijd gaat hun strijd door. “We kunnen niet stoppen. Sommigen hebben hun baan verloren. Sommigen zijn ziek. We hebben alles opgeofferd, maar we kunnen niet stoppen.” Zijn stem is vastberaden, maar hij oogt vermoeid. “We hebben de dictatuur overleefd en we proberen nu te overleven. Het is een herhaling van toen.”