Recensie

Arts & Culture in Times of Conflict – De Balie

23-11-2015 16:53

De eerste snijdende wind van het jaar jaagt rond debatcentrum De Balie. De zaal is stijf uitverkocht. De stoelen worden voornamelijk gevuld door hoofdstedelijke Millenials, die hun vrije vrijdagavond hebben opgegeven om een debat bij te wonen over de rol van kunst en cultuur in tijden van conflict. Met drie internationale gasten is de voertaal Engels. Yoeri Albrecht, directeur van de Balie, geeft een introductie en schetst een mistroostig beeld van het huidige Europa. Volgens Albrecht stevent het continent af op ‘a perfect storm’. De vluchtelingencrisis, de Brexit, de Griekse crisis, en de continue dreiging van aanslagen lijken een periode te doen inleiden die zowel onzeker- als beangstigend is.

Gesammtkunstwerk

De Oekraïense kunstenaar Vasyl Cherepanyn (op wie de titel van de avond het meest van toepassing is) trapt af. Hij spreekt in flarden. Hij hakkelt, stommelt, en schiet zijn ideeën in spervuur op het publiek af. Het spreekt over censuur, onderdrukking, en fysiek geweld tegen kunstenaars in Oekraïne. Cherepanyn stelt dat kunst en politiek hoeven niet samen te gaan, het gaat om wat burgers kunnen betekenen voor verandering. Eigenlijk zijn de inspanningen van burgers ook te zien als een kunstwerk.

De demonstraties op het Maidan plein waren een Gesammtkunstwerk. Degenen eten brachten, barricades bouwden of Molotovcocktails fabriceerden, participeerden in een social sculpture. Wat de rol van dit kunstwerk is in de ontwikkeling van de situatie in Oekraïne, blijft in nevelen gehuld. Hij stelt dat, degene die een vraag stellen, het antwoord al moeten weten. Het wordt het niet duidelijker op.

Geopolitieke vergelding

Maar het publiek zoekt helderheid. De sfeer is drukkend. Wellicht aangewakkerd door Albrecht’s inleiding, wellicht drijvend op de gejaagdheid van Cherepanyn’s woorden; de stemming is er een van naderend onheil. De aanslagen van Parijs zijn een week oud. De aanwezigen in de zaal weten dat deze gebeurtenis anders dan voorgaanden was. Geen imperialistisch handelen of ver-van-mijn-bed-show, geen aanleiding door cartooneske provocatie; geen geopolitieke vergelding kan deze gruweldaad rechtspreken.
De Millenials schuiven nerveus over de zitting van hun stoelen in de Balie; een tot de nok toe gevulde uitgaansgelegenheid in het centrum van een progressieve wereldstad. De toeschouwers zoeken vanavond antwoorden in de voordrachten van de sprekers. Kan kunst en cultuur een bijdrage leveren aan het oplossen van de problemen waarmee het Europese continent wordt geconfronteerd?

Opheldering

Het is de beurt aan Dessy Gavrilova. Zij schetst de contouren van een ‘groeiende angst’ die het Europese continent in haar greep houdt. De aanslagen tonen ‘the ugly face of globalization’. Waar oorlog zich voorheen in het dikke gebladerte van het perifere taki-taki afspeelde, vallen de kogelhulzen nu op de lijn Cimetière Père-Lachaise – Boulevard Beaumarchais. Een waarheid als een koe. In tijden van conflict, zo stelt Gavrilova, sijpelt de politiek op natuurlijke wijze in de kunst. Kunst dient de lens te zijn waardoor de politieke werkelijkheid wordt verduidelijkt. “De solidariteit is opgehouden te bestaan” zegt zij, “de gewone man is vergeten hoe een theater te bezoeken”, geeft zij mee. “Daarom is er een enorme toename in documentaires te zien, die tot toneelstuk worden herschreven”. Geen uitleg, geen opheldering. Heeft er altijd solidariteit bestaan? En waarom zijn juist kunstenaars de aangewezen personen om helderheid te scheppen in tijden van verwarring? Of moet men eerst het antwoord weten, om deze vragen te kunnen stellen? Het duizelt me.

Beurskoers

Griekse kunstenaar Poka-Yio sluit af. Hij stelt dat kunst en politiek elkaar kunnen vinden middels het engagement van het publiek. Kunst moet het platform schapen waarop politiek bedreven kan worden. Zijn Biënnale van 2013 vond plaats in het beursgebouw van Athene. De politieke demonstranten werden uitgenodigd om hun strijd middels debat voort te zetten in de tempel van de Griekse handel. Discussies tussen gedesillusioneerde Grieken, gevoerd onder het flikkerende licht van de schielijk verspringende beurskoersen. Een treffender locatie is nauwelijks mogelijk. Maar biedt de Poka-Yio antwoorden? Hij geeft aan dat de Kunst zich geen “Jezus Christius Syndroom” moet laten aanpraten, waarin Kunst en Cultuur alle oplossingen hebben. Doet kunst ertoe vraagt Poka-Yio? Nee is zijn antwoord. “De artiesten zijn niemand. Wij kunstenaars zijn de kers op de taart”. Een leuke toevoeging.

Heeft deze urenlange verhandeling helderheid gebracht aangaande de verhouding tussen kunst en cultuur enerzijds, en de uitdagingen van conflict anderzijds? Heeft de Millenial gemoedsrust kunnen vinden in de kalmerende woorden van de sprekers? Zijn we een stap dichterbij, een stap verder weg te geraken van het oog van de storm? Bij het stellen van vragen dient men het antwoord te weten naar het schijnt. En deze vragen stellen, is hen beantwoorden. Uw verslaggever vertrekt ijlings in de koude avond van het progressieve Amsterdam.

 

Arts & Culture in Times of Conflict. De Balie, 20 november 2015.