Achtergrond

De Slag om de Ardennen: Hitlers laatste wanhoopsoffensief

16-12-2015 23:57

Het verleden kent geen wetten of noodzakelijkheden die zich kunnen onttrekken aan de vloek van de uitzondering, behalve het Duitse tegenoffensief. Woensdag 71 jaar geleden lanceerde nazi-Duitsland nog één keer een groot offensief aan het Westelijke front. Het pakte rampzalig uit voor Duitsland, maar de Geallieerden leden zware verliezen – en die hadden voorkomen kunnen worden, want ze wisten dat dat tegenoffensief zou komen.

Door de lens van de geschiedenis bezien betekent het succes van D-Day dat de oorlog al zo’n beetje gewonnen is. Het nieuwe Westelijke front gooit de nazi’s terug richting Duitsland, natuurlijk onder heroïsche leiding van de Amerikaanse generaal annex prima donna George Patton die met zijn Third Army Frankrijk doorklieft zoals een mes door boter gaat. Maar dat ging iets anders. De Geallieerde opmars was gestaag en nauwelijks omkeerbaar, maar de grote zwakte en het geringe tempo wass te wijten aan de lengte van de aanvoerroutes.

Voordeel voor de Duitsers

Op 16 december 1944 hebben de Geallieerden in Noordwest-Europa maar eigenlijk maar één diepzeehaven: Cherbourg. Antwerpen is wel bevrijd, maar de haven is pas vlak voor het begin van de Slag om de Ardennen operationeel. (Dat was ook een kenmerk van Pattons offensieve instelling, hij had geen zin om al die havensteden aan het Kanaal te belegeren en in te nemen.) De afstand tussen Cherbourg en de Ardennen is een dikke vijfhonderd kilometer. De Duitsers zijn wat dat betreft in het voordeel. Het vreemde geluk (bij een ongeluk) van zo ver teruggedrongen te zijn, is dat de aanvoerroutes tussen het industriële hart van Duitsland en de volgende grote slag drastisch zijn verkort. Bovendien is het front veel smaller dan een jaar eerder. Logistiek hebben de Duitsers de betere kaarten in handen.

Maar ze hebben tijdens de Battle of the Bulge een nog veel belangrijker voordeel. De Luftwaffe bestaat eind 1944 niet echt meer. Tactische luchtsteun, laat staan interdictie (het vernietigen van bijvoorbeeld infrastructuur om de vijand te hinderen) is praktisch onmogelijk. De Geallieerden hebben niet slechts air superiority, ze hebben air supremacy. Dus zal ieder offensief, als het ook maar enige kans op succes wil hebben, bij slecht weer uitgevoerd moeten worden. Als het zicht slecht is, heb je niets aan de luchtmacht. Bij mist lijden de Duitsers niet onder hun zwakke luchtmacht en kunnen de Geallieerden niet profiteren van hun kracht in de lucht. Niet dat de Duitsers dit hadden gepland; Hitler had zowat alle beschikbare vliegtuigen naar het Westen verordonneerd. Dat die niet bruikbaar waren en de Duitsers dus een relatief voordeel hadden, kwam door weersomstandigheden.

Gepantserde kliekjesverzameling

Zowel de Geallieerden als de top van de nazi-defensiestaf dachten dat een Duits offensief niet tot de mogelijkheden behoorde. Het Duitse leger was in een verschrikkelijke staat. Aan beide fronten (in het Oosten de Sovjets) zagen ze zich geconfronteerd met een enorme overmacht. Maar Hitler besliste anders en deed wat zijn eigen generale staf én de Geallieerden voor onmogelijk hielden: hij besloot tot een offensief.

De Geallieerden wisten de facto wat er zou gebeuren. De Amerikanen in Washington en de Britten op Bletchley Park hadden berichten gekraakt waaruit bleek dat Hitler een offensief plande, het was zelfs bekend wanneer de aanval ongeveer zou beginnen. De locatie was onduidelijk, het zou zowel in de buurt van Aken kunnen zijn, als in de Ardennen – en alles daartussen. Onder de neuzen van de Geallieerden werd een compleet nieuwe pantserdivisie geformeerd, het Zesde SS-Panzer, bedoeld om in de Ardennen aan te vallen.

Geallieerde inlichtingen indiceerden dat dit gebeurde, maar de nazi’s slaagden erin hun vijand te doen geloven dat het een soort gepantserde kliekjesverzameling betrof met als enige doel de volgende Geallieerde opmars te vertragen. De Amerikanen en Britten dachten dat deze Panzer-divisie en vele andere eenheden die ze ook hadden gespot, tot een defensieve krijgsgroep behoorden. Ze waren dronken van euforie over hun voorspoedige opmars en wilden eigenlijk een soort winterstop inlassen om de bevoorrading op orde te krijgen. Geen moment dachten ze aan een Duits tegenoffensief. De signalen die wel in die richting wezen, werden keurig genegeerd.

Op de vroege ochtend van de zestiende december zijn de Ardennen wederom het toneel van een strijd die ook de Belgen zo langzamerhand het idee moet geven dat hun land is uitgevonden als plek waar Duitsland en de Angelsaksische wereld hun meningsverschillen kunnen uitvechten.

De Geallieerden overrompeld

De Duitsers zijn in staat tweehonderdduizend soldaten bij elkaar te sprokkelen, dik anderhalf keer meer dan de Geallieerde strijdkrachten die ze bij aanvang van hun offensief tegenover zich vinden. Daarnaast beschikken de Duitsers over anderhalf keer zoveel tanks; ze weten uiteindelijk vijf pantserdividivies bijeen te brengen. Hier hadden de Geallieerden niet op gerekend. Ze werden overrompeld.

De vuistregel is dat een krijgsmacht een defensieve positie kan innemen met een overmacht van drie staat tot één. Een kleinere ratio was nu voldoende, vanwege het verrassingseffect en de uiterst gebrekkige versterking van de Geallieerde defensieve posities. De Duitsers stoten diep door de voornamelijk Amerikaanse linies.

Het militair-operationele doel was Antwerpen heroveren en de Geallieerden wederom in logistieke problemen te brengen. Maar de Duitsers komen niet verder dan het uitzicht op Dinant. Dat is echter wel een zodanige penetratie van de Geallieerde defensielijnen, dat, om in termen te blijven, er een spreekwoordelijke bobbel ontstaat in de broek van de linies. Vandaar ‘Battle of the Bulge’.

Nuts!

Maar tijdens de Kerst zijn de Geallieerde troepen al driekwart miljoen manschappen sterk. Het Duitse leger heeft de reserves niet om dit machtsvertoon te pareren. Daarnaast neemt Hitler de catastrofale beslissing om het restant van de Luftwaffe te offeren in Unternehmen Bodenplatte, het bombarderen van vliegvelden in de Benelux. De Duitse overwinningen tijdens de vele veldslagen die samen de Slag om de Ardennen constitueren, zijn indrukwekkend, maar het antwoord van de Amerikaanse generaal MacAuliffe als om zijn overgave wordt gevraagd omdat zijn 101st Airborne Division is omsingeld rond Bastogne was veelzeggend: “Nuts!”. Hitlers plan was gedoemd te mislukken omdat de Geallieerden geen reden – (en niet de zwakte) hadden om zijn wensen in te willigen. Hitler had bovendien niet de benodigde mannen en materieel om de terreinwinsten van de aanvallen te consolideren, laat staan door te breken tot Antwerpen. Er was geen enkele reden waarom de Geallieerden zich zouden overgeven. Hun zege, of het verlies van de nazi’s, was eind 1944 een kwestie van tijd.

Dat is om ten minste één belangrijke reden zo stellig te zeggen: de Battle of the Bulge is misschien wel de eerste (en laatste) keer dat de Duitsers excelleren op een vlak waar de Britten normaliter heer en meester zijn – en waarom ze de oorlog hebben gewonnen – dat van desinformatie of counterintelligence. Onderdeel van de voorbereidingen voor de Battle of the Bulge was ‘Unternehmen Greif’. Dat bestond uit Duitse troepen die gekleed gingen als Amerikanen of Britten, uitstekend Engels spraken en zich achter vijandelijke linies voordeden als Geallieerden, communicatielijnen doorknipten, bewegwijzering de verkeerde kant opdraaiden en troepen opzettelijk verkeerde aanwijzingen gaven. Het klinkt als onbetekend, maar het werkte wel, zeker op het moraal van de Geallieerde troepen, die nu dachten een vijfde colonne onder hun eigen mensen te hebben.

Lege huls

De Battle of the Bulge was Hitlers laatste poging om de Westerse Geallieerden te dwingen tot een voorwaardelijke overgave, of op zijn minst om voor Duitsland een voorwaardelijke overgave veilig te stellen. Het plan faalde, waarmee Hitler strategisch door zijn opties heen was. Hoewel de Geallieerden ongeveer honderdduizend mensen verliezen, is de invasie van Duitsland slechts met anderhalve maand vertraagd. De Luftwaffe was vanaf de Slag niets meer dan een papieren tijger. De landstrijdkrachten waren zodanig uitgeput dat de Westelijke defensie langs Duitsland, de Siegfriedlinie, grotendeels en zoals Patton al speculeerde, een “lege huls” was. Aan het westelijk front had Hitler de oorlog in de laatste dagen van 1944 definitief verloren.