De Nederlandse staat is voor een klein deel aansprakelijk voor de dood van moslimmannen na de val van de Bosnische moslim-enclave Srebrenica in juli 1995. Nabestaanden hebben recht op 10 procent vergoeding van de schade die ze hebben opgelopen. Dat heeft de Hoge Raad vrijdag bepaald.
Daarmee gaat de hoogste rechter deels mee in het oordeel van het gerechtshof uit 2017, maar wordt een lagere compensatie toegekend. De Hoge Raad gaat ervan uit dat er een overlevingskans was van 10 procent. Daar is de compensatie aan gekoppeld. Het hof ging nog uit van 30 procent.
Het gaat om ongeveer 350 moslims die na de val van de enclave als laatsten zijn weggestuurd van de VN-basis waar Dutchbat verbleef. De Nederlandse troepen begeleidden die mannen terwijl ze wisten dat ze mishandeld of gedood konden worden. Dutchtbat handelde daarmee onrechtmatig, aldus de Raad.