Eigenzinnig, slim en gecamoufleerd premium, dat geldt voor het merk Mazda, dat nu een wondermotor levert in haar nieuwe CX-30. Even in de groep: wat geeft de doorslag bij de aankoop van een nieuwe auto? Het antwoord zal je niet verwachten. De reuk? Neuh. Die raadselachtige geur van succes en voorspoed, die in alle auto’s hangt? Ook niet. Geef toe: ze ruiken allemaal hetzelfde. De proefrit dan? Oké, als de rij -en motorgeluiden rauw en luidruchtig aanwezig zijn, is dat een no-go. Maar doorgaans zijn auto’s met hun moderne krachtbronnen nagenoeg allemaal lekker stil. Dus daar zit het unique selling point evenmin. Zullen het maar verklappen? Je eerste contact met de auto is in de showroom, als de deur open gaat. Dan gaat je handje over het dashboard en de bekleding. Voelt dat onderbewust goed, dan wil je de auto. Welnu, dat is bij de nieuwe Mazda CX-30 meer dan in orde.
Die voelt gewoon premium en strak aan. Het interieur ziet er georganiseerd uit, comfortabel en verzekert je lang mee te gaan. Voorbeeldje? Het head-up display, dat is hier geen glaasje op het dashboard, maar wordt – net als in een F18 Super Hornett op de voorruit geprojecteerd. Een veelzeggend detail. Verder zal dit model de geijkte doelgroep van de zilverharigen zeker aanspreken. Dit is namelijk een SUV, maar ook weer niet al te groot. De CX-30 is gepositioneerd tussen de CX-3 en de CX-5, een poldermodel dus. En die hoge zit is er wel, alleen iets dieper dan normaal, want één van de USP’s van Mazda blijft natuurlijk sportiviteit. Dat straalt de gloednieuwe motor, of beter wondermotor van Mazda ook uit. De Japanners afficheren dit blok als de Skyactiv-X, die 180 PK levert, maar waarmee je toch bijna 1 op 23 kan rijden. Kortom, dieselwaarden met benzine-kwaliteiten. Eureka? U zegt het.
Trouwens, omdat deze Skyactiv-X techniek grofweg dezelfde ontsteking heeft als een dieselmotor, rubriceerde de RDW deze auto als ‘diesel’. Er moest dus een kleine wetsaanpassing komen om het wagenpark met deze motoren iets fiscaal vriendelijker de weg op te krijgen. Hoewel, de X-motor is wel zwaarder dan de reguliere vierpitter, dus is de wegenbelasting ook iets meer. Zo blijft Rutte lachen. Toch is dat deze X-aandrijving waard. Hij is net zo rustig als een benzinemotor, maar heeft wel het koppel van een diesel (en dus dat gememoreerde verbruik). Zo kan je dat gehypte elektrisch rijden nog even fijn uitstellen, zodat je ook met een gerust hart naar Zuid-Frankrijk, of Spanje kan, zonder dat daar halve vakantiedagen moet offeren bij de laadpaal (als je ze daar al kan vinden). Mocht je daar overigens leuke bergweggetjes opzoeken, dan merk je gelijk hoe verbluffend goed de rij-eigenschappen van de CX-30 zijn. Je hebt nergens het gevoel dat je in een SUV zit, overhellen en zo, daar doet deze Japanner niet aan.
Mazda’s zijn allang geen budget-auto’s meer, maar om dat te compenseren zijn de instappers met stickerprijs zeer rijk uitgerust. Eigenlijk zitten alle opties er al op. Standaard krijg je de CX-30 met LED-pitten, DAB Plus-radio (al werkt dat nog niet overal even goed, denk de beginjaren van de GSM) en navigatie. Vrij sociaal is ook de kosteloze batterij aan veiligheidsgoodies, zoals het automatische noodremsysteem, de dodehoek-verklikker en de de radar die obstakels bij het achteruit rijden in de gaten houdt. En dan hebben wij het nog niet eens gehad over de verkeersbordherkenning (100 km!), de adaptive cruise control en heel handig: de grootlicht-assistent. En laat je vooral niet gek maken door de alternatieve brandstoffen-hype. Als iedereen over een paar jaar weer bij zinnen is, blijkt deze CX-30 nog steeds roofgoed.
Vanaf 30.490 euro
