Als beginnend journalist had ik nooit kunnen bedenken dat ik jaren later zou werken voor een talkshow (De Nieuwe Maan) die, nota bene in Nederland, het doelwit zou worden van intimidatie door regressief linkse vertegenwoordigers van de identiteitspolitiek, (woordvoerders van) de islamitische gemeenschap, media en politici. Ze hadden het op mij gemunt. Ik voldoe niet aan het gevraagde politiek correcte profiel. Deze cultuurrelativisten werpen zich op als verdediger van etnische en religieuze minderheden, pleiten voor verdraagzaamheid, solidariteit, diversiteit, maar zijn bewust blind voor hun eigen intolerantie. Als je je niet achter hun ideologie schaart, leggen ze je het liefst het zwijgen op. Een verontrustende indicatie voor totalitair denken. Een die zich niets gelegen laat liggen aan morele kaders.
‘Ik was ervoor gewaarschuwd. Maar dat het zo heftig zou zijn om voor dit programma te werken, had ik nooit gedacht,’ concludeerde een redacteur al na haar eerste week op de redactie van De Nieuwe Maan. Een talkshow over de ontwikkelingen rond de multiculturele samenleving, weggemoffeld op een beroerd tijdstip bij de publieke omroep, die zegt diversiteit te willen bevorderen. ‘Men zou eens moeten weten wat zich hier achter de schermen afspeelt,’ zei ik regelmatig tegen mijn collega’s. Online en telefonisch gescheld, oproepen om ons programma te boycotten, bedreigingen aan mijn adres, intimidatie van onze gasten en de makers. Toen de eindredacteur, die net was aangesteld, een kijkje nam op onze Facebooksite schrok hij zich kapot: ‘Ik word er onpasselijk van.’ Hij raadde me af de reacties te lezen. Dat deed ik allang niet meer. Het is vermorzelend. Kritiek op een presentator die teveel speelt met zijn (bic)pen is van een heel andere orde dan wat hier gebeurde. Het gescheld begint bij ‘je moeder’ en eindigt met de roep om je te de-platformen.
‘Inhoudelijke’ kritiek kwam voor een groot deel neer op aannames, verdachtmakingen en onversneden antisemitisme. Het was allemaal mijn schuld: ik zou een ‘zionistische agenda’ hebben en een ‘islamhater’ zijn.
Ik vroeg een moslima die kritisch is op De Nieuwe Maan waarom ze sommige thema’s die we bespraken in ons programma niet juist aanmoedigt. Bijvoorbeeld seksuele vrijheid van moslima’s of vrouwenrechten in patriarchale structuren. ‘Jij hebt een trackrecord. Jouw toon bevalt ons niet,’ antwoordde ze. Ze doelde op mijn kritische columns (en uitspraken in andere tv-programma’s) over integratie en de islam. Het was het begin van een eindeloze discussie waar we natuurlijk niet uitkwamen. Want: ‘Met jou valt niet te praten.’
Ik heb moeite met vrouwen uit de islamitische gemeenschap die weigeren solidair te zijn in de vrijheidsstrijd voor moslima’s. Zo schreef ik eerder hier op TPO dat zij problemen bagatelliseren, die verdoezelen. De taboes, de onvrijheid, de schaamte, de maagdelijkheidscultus waarin nog meer generaties meisjes zullen worden grootgebracht, zijn voor hen irrelevant. Ik noemde ze de eigenlijke poortwachters van het patriarchaat. De emancipatie kan wachten, want liever vechten ze eerst de strijd tegen racisme uit.
In onze uitzendingen nodigden wij gasten uit die alle meningen verkondigen: links, rechts, atheïst, afvallig, conservatief, orthodox. Altijd met tegengeluid. Ik verdedigde onze keuzes online door te benoemen wat niet werd ‘gezien’ en besproken. Zeg maar de – zelfs overwegend – ‘politiek correcte’ onderwerpen. Vrolijk multicultureel!
Het duurde dan ook even eer ik besefte dat alle kritiek niet specifiek over de inhoud van de uitzendingen ging, en eigenlijk ook niet per se over mij. Anders had ik dit stuk niet geschreven. Voor mezelf kan ik veel relativeren. Dit gaat over iets groters.
Ik zag een sekte die als een jager in de bosjes ligt te wachten, op de uitkijk voor een prooi, en die schiet op iedereen die uit de (hun) pas loopt. Groepsgewijs en hardnekkig gebruiken ze frames in pogingen om je geloofwaardigheid te ondermijnen. Ze proberen elk kritisch geluid te smoren. Als ze daarvoor karaktermoord moeten plegen dan doen ze dat. Als ze gasten moeten intimideren (‘Je moet dat programma boycotten, het is besmet’) waardoor die niet meer durven te praten, hun verhaal bijstellen (afzwakken) aan tafel of besluiten helemaal niet meer te komen, dan doen ze dat. Als activistische journalisten uit regressief linkse hoek onze redacteuren en de eindredacteur benaderen op zoek naar vermeend racisme op de redactie, dan doen ze dat. Als ze een mail van een vrouwelijke collega met naam op Facebook voor de leeuwen willen gooien (‘Kutwijf!’) dan doen ze dat.
Als ze redacteuren willen uitkafferen, omdat we ze dúrven te bellen, dan doen ze dat: ‘Van welke planeet komt Fidan!’, aldus Mourad Taimounti, fractievoorzitter van Denk Amsterdam. (Hij herhaalde dit openlijk op Facebook). Eerder wilde de partij in gesprek met de NTR over de koers van De Nieuwe Maan. Volgens Denk herkent een groot deel van haar achterban zich niet in de onderwerpen, de redactionele keuzes en de problemen die De Nieuwe Maan aansnijdt. Dit ongenoegen werd ook geuit door de partij op Denk-TV, haar officiële youtube-kanaal.
Natuurlijk was het op de redactie ook op eieren lopen. Niemand had gedacht dat de shitstorm, die begon zodra bekend werd gemaakt dat ik De Nieuwe Maan zou presenteren, zo hevig zou worden. Maar het team hield zijn rug recht. Voor redacteuren die veelal uit de gemeenschap komen vind ik het moedig dat ze – wat hun privé-opvattingen ook zijn – professioneel bleven en zich niks aantrokken van de ons welhaast opgedrongen zelfcensuur. Inderdaad: anders dan men bleef suggereren, maakte ik het programma niét alleen. Dat deed ik samen met de redactie. Redacteuren zagen ook wel dat onderwerpen die voor mijn tijd geen ophef veroorzaakten dat nu ineens wel deden. Ze zagen dat ik (en mensen zoals ik) het mikpunt was. Wij maakten samen gewoon een mooi en belangrijk programma. Waar mensen die lijnrecht tegenover elkaar staan over maatschappelijke kwesties elkaar tegenwoordig online blocken voerden wij die discussie aan tafel. Het was een programma waarin columnisten, zoals de onvolprezen Nazmiye Oral, een geluid laten horen dat juist nu, meer dan ooit, onmisbaar is in onze samenleving.
In tegenspraak tot de geruchten, ben ik niet weggestuurd, vervangen, door de NTR maar zelf vertrokken na mijn laatste uitzending begin december 2019. Het was mijn eigen keuze om iets anders te gaan doen. De NTR, die juist vroeg of ik wilde blijven, heeft steevast zijn vertrouwen in mij gehouden en uitgesproken.
Wat pijn doet is hoe kijkers die wel positief zijn over De Nieuwe Maan, zoals meisjes en ouders die mij schrijven dat het programma een emanciperende werking heeft op hen, door de ‘sekte’ werden genegeerd. En hoe onze gasten die mooie, persoonlijke, openhartige, moedige verhalen kwamen vertellen in de uitzending, tegelijk met mij op de brandstapel werden gegooid. Sommigen schrokken echt van de reacties online, de ad hominems, de reuring die kon ontstaan. Zij verdienen dit niet. Maar deze mensen gaan over lijken.
Onze columnist Abdelkader Benali omschreef het nog beter op Twitter (al was dat naar aanleiding van de afzegging van de Egyptisch-Amerikaanse feministe Mona Eltahawy voor een lezing in de Balie):
“De anti-racisten voelen zich niet veilig in de Balie. Maar ga je met ze in debat, dan storten ze zich op je, schijten je zelfingenomen onder en vierendelen je met een dierlijke wellust opdat jij je nooit meer veilig zult voelen in hun aanwezigheid. Gestoord volk. Ze weten van elke ruimte een mijnenveld te maken, ze maken van een groen weiland Tsjernobyl met hun gedram, gezever en propaganda en dan nemen ze al die andere debatpodia de maat.
De hypocrisie. Waarom doen ze dit? Omdat ze het gevoel van sekte willen handhaven. Het eeuwige gelijk. Het eeuwige wantrouwen. Het absolute geloof in de Waarheid. Ras. Huidskleur. Het is hun terrein, waar iedereen die er naïef op stapt, aan stukken geschoten mag worden. Ze willen geen discussie. Ze willen wraak.”
Ook de Marokkaans-Zwitserse schrijver Kacem El Ghazzali slaat de spijker op zijn kop in De Neue Züricher Zeitung:
“Links doet alsof hij vecht voor minderheden. Een minderheid krijgt alleen aandacht als ze de ‘Juiste onderdrukker’ hebben: rechts, rijk, imperialisten en kapitalisten. Er is geen plaats voor moslimcritici van de islam. Het is de stem van de minderheid in de minderheid. Volgens de linkse definitie kan de linkse definitie de status van een onderdrukte minderheid die het verdedigen waard is, alleen worden gehandhaafd als de onderdrukker de politieke tegenstander is. Als de onderdrukker echter een minderheid is die sommige van zijn leden vervolgt op basis van religieuze of gendermotieven, steken veel linksen hun hoofd in het zand. Helaas verwarren veel linksen kritiek op de islam en haar patriarchale systeem met onverdraagzaamheid jegens de moslim. Zij willen niet de vervolging van religieuze en seksuele minderheden in de islam bestrijden, maar de beschuldiging tegen moslims dat ze religieuze en seksuele minderheden discrimineren.”
Een belangrijke reden voor de kritiek op mij ligt in dit laatste besloten. Met mijn Turkse afkomst en islamitische achtergrond zou ik me in mijn positie louter positief moeten uitspreken over minderheden en de islam. Ik zou hoofdzakelijk ten strijde moeten trekken tegen racisme en islamofobie. Ik zou me moeten opstellen als model-moslim die ‘mijn gemeenschap’ representeert. Wie zich niet aan deze regels houdt, en ook maar een beetje afwijkt van de gestelde voorwaarden, voorziet radicaal rechts van munitie, is ‘extreem-rechts’ en steekt zijn gemeenschap een dolk in de rug.
Ik heb me wel vaker uitgelaten over deze selectieve strijd voor inclusiviteit. Moslims in Nederland en elders vormen geen monolitisch blok. Het is geen homogene groep die er een eigen waardenpatroon op nahoudt. Kijk naar imam Seyran Ates, initiator en leider van de liberale Ibn Rushd Goethe-moskee in Berlijn, schrijver van het boek Islam heeft een seksuele revolutie nodig en als advocaat gespecialiseerd in het behartigen van de belangen van vrouwen die slachtoffer zijn van een gedwongen huwelijk of bedreigd worden met eerwraak. Deze vrouw wordt zwaar bewaakt. Of zie in eigen land Shirin Musa, die strijdt voor seksuele vrijheid en rechten van migrantenvrouwen en daar (behalve veel lof) felle kritiek mee oogst. Of het nu gaat over het seksualiseren van jonge meisjes door ze verplicht hoofddoeken te laten dragen, of een seksuele revolutie in de islamitische wereld, de schaamtecultuur en de maagdelijkheidscultus, eerwraak, gescheiden zwemmen, salafistische islamscholen, het zijn altijd dezelfde mensen die zich uitspreken. En het waren ook altijd dezelfde mensen die het bespreekbaar maken van deze onderwerpen bij De Nieuwe Maan toejuichten.
Mensen met wie ik ooit heb samengewerkt en van wie ik dacht dat we dezelfde seculier-liberale denkrichting deelden, bleven stil of uitten hun ongenoegen. Terwijl ze, afgaande op hun reacties, hoogstwaarschijnlijk geen uitzending met mij hebben gezien. Of überhaupt geen uitzending. Ze vielen over onderwerpen en gasten die ook voordat ik presenteerde, voorbij kwamen. Maar oh wat misten ze de oude Nieuwe Maan. Meegaan in een frame is toegestaan in een vrij land. Maar wat is het toch hypocriet en woestmakend dat mensen die progressief gedachtegoed zeggen aan te hangen, hun waarden loslaten vanuit politiek correcte dwang om alles van etnische minderheden te verdedigen.
Termen als universele waarden, verlichting, hervorming, emancipatie, pluriformiteit hebben hun oorspronkelijk betekenis verloren. Kijk naar de felle kritiek die de schrijvers van het manifest Vrij Links over zich heen kregen. Het zou een rechts-populistisch en anti-islamitisch pamflet zijn. Terwijl zij juist de polarisatie willen doorbreken. De auteurs willen opkomen voor de vrijheid, ook die van de moslims, tegen het patriarchaat van de conservatieve islam, tegen de politieke islam, en de ‘betutteling’ door ‘regressief’ links, dat kritiekloos op de bres springt voor het multiculturalisme. Als zouden minderheden zielige zwakke wezens zijn.
Ik kreeg door mijn positie bij De Nieuwe Maan een close-up van een kant van dit land, die me beangstigt. Eén van een totalitaire mentaliteit, die door velen niet wordt herkend. Het is de spreekwoordelijke kikker in langzaam kokend water. Zijn tentakels reiken verder dan de media en verspreiden denkbeelden, ook binnen universiteiten. Sociale en geesteswetenschappers spreken zich uit over maatschappelijke kwesties omtrent diversiteit en geven hun ideologische standpunten door aan studenten. Ze voeren actie om ‘politiek incorrecte’ mensen met onwelgevallige meningen geen podium te geven. Tenzij iemand ze van repliek kan dienen. Identiteitsgedreven politiek onder het mom van diversiteit.
Ik krijg weleens mails van bezorgde studenten, die helemaal niet zitten te wachten op de vastgebeitelde wereldbeelden die worden opgedrongen. Van een intellectuele elite zou je een bredere, progressieve, visie verwachten. De linkse homogeniteit binnen de geesteswetenschappen en sociale wetenschappen kan dan wel ontkend worden, maar waarom dan deze autoritaire drang tot opsluiting binnen zogenoemde ‘safe spaces‘? Het is een belediging voor het intellect van jongeren die wel openstaan voor (geconfronteerd durven te worden met) andersdenkenden. Alsof zij niet voor zichzelf kunnen denken.
We dwepen in dit land zo met het vrije woord, maar de realiteit is dat die vrijheid onder druk staat. Treurig deze constatering te moeten doen in een jaar waarin we 75 jaar vrijheid vieren.
Lees meer van Fidan Ekiz.
En neem gelijk een abonnement op TPO+.