Opinie

Sid Lukkassen – Waarom ik mijn VVD-partijlidmaatschap in 2020 niet heb verlengd

02-02-2020 15:29

VVD-leider Mark Rutte leest in het Torentje een boek van Dr. Sid Lukkassen. (Foto: Privécollectie Dr. Sid Lukkassen)

Op onderstaande gronden, en beginnend met dit artikel, heb ik besloten mijn VVD-partijlidmaatschap, lopend sinds juni 2003, voor dit jaar niet te verlengen. Ik voel de behoefte om mij hierover te verantwoorden naar mijn achterban – ik was bijvoorbeeld acht jaar gemeenteraadslid, deed mee aan de Provinciale Statenverkiezingen, en dacht mee met het Europese verkiezingsprogramma van zes jaar geleden. Dit, plus het feit dat de VVD nu ook vuurpijlen en knalvuurwerk wil verbieden – wat weer opmaat is voor meer reguleren en verbieden – is voor mij gegronde reden om mijn lidmaatschap niet te verlengen. Enerzijds wegkijken en niet handhaven terwijl tegelijk de regelzucht in het partij-DNA is gekomen. Zie de klimaat-gerelateerde regeldruk en heffingen.

‘Krachten die eenzijdig profiteren van de globalisering hebben het roer van de partij stevig beet’

Wat me verder tegenstaat is dat er vanuit de partijtop geen reactie is geweest op mijn visiestuk, gepubliceerd in Liberale Reflecties, dat constructief-kritisch ingaat op Dijkhoffs VVD-discussiestuk. Hoewel ik dit tevoren verwachtte, tekent het wel een gebrek aan inhoudelijk debat binnen de partij. Er wordt weinig geluisterd naar middenstand en ZZP’ers – in mijn ervaring is de VVD meer een partij geworden voor lobbyisten en grootbedrijf.

Krachten die eenzijdig profiteren van de globalisering hebben het roer van de partij stevig beet. Al meerdere jaren bespeur ik onvoldoende ontvankelijkheid voor argumenten die de zaak van een andere kant belichten. Terwijl de middenstand, kleine ondernemers en het MKB de ruggengraat van de samenleving zijn: slechts een minderheid werkt bij multinationals.

‘De ruwe kanten van het leven in een door multiculturaliteit versnipperd landschap dringen niet door tot de partijtop’

Tot mijn conclusie ben ik gekomen na een diepgravend interview met Willem Joustra en Gert Brommer. Joustra is lid-af en Brommer blijft hoogstwaarschijnlijk lid. Voor beide beslissingen heb ik veel begrip – ik zie ook de pragmatische redenen om toch lid te blijven (het netwerk, de toegang tot bestuurders, morele steun aan mijn lokale fractie). Maar gewetensvol vind ik dit niet langer. Omdat het niet bijdraait, waarop ik lang hoopte, maar jaarlijks gekker wordt. Wat weer samenhangt met de sociologische opbouw van het huidige topkader en hun economische verwevenheid met winnaars van de globalisering.

Dan heb je dus vier wezenlijke punten. Dat er, wat betreft migratie, onvoldoende gehandhaafd wordt, terwijl er anderzijds wel wordt toegegeven aan regelzucht. Dat de middenstand uit beeld verdwijnt en er ook nog eens geen platform is binnen de partij voor inhoudelijk debat. De ruwe kanten van het leven in een door multiculturaliteit versnipperd landschap dringen zodoende niet door tot de partijtop. Dan kun je zeggen: ik heb met veel partijgenoten fijn samengewerkt, ik blijf lid. Maar het is toch weer jaarlijks 177 euro lidmaatschapsgeld waarmee je de partij beloont voor een koers die je afwijst.

Mijn lokale fractie wil ik een hart onder de riem steken: we hebben meer dan tien jaar samengewerkt met ups en downs, zoals iedere samenwerking altijd met ups en downs is. Voor mijn gevoel kon ik hier altijd mezelf zijn en discussiëren met open vizier. Aan deze loopbaan denk ik terug met positieve gevoelens. De reden van de niet-verlenging is dus puur het gevoerde beleid, van de partij en van het land, en niet van persoonlijke of relationele aard.

‘Centimeter voor centimeter schuiven we op naar totalitarisme, verhuld achter de blijmoedige lach van premier Rutte’

Consequent zal ik mijn niet-verlenging doorvoeren voor ALDE-Associates, waarvan ik lid nummer 20 ben en eind 2016 nog werd gekozen als vertegenwoordiger bij het partijcongres. Dat zal zijn met pijn in het hart: bij de oprichting hoopte ik dat het een groep zou worden voor Europese samenwerking op klassiek liberale leest. Ook hier zag ik het cultuurmarxisme jaarlijks verder oprukken; ook hier dank ik iedereen voor de prettige samenwerking.

Renew Europe (voorheen ALDE) gaat nu tóch meewerken aan het opstarten van een EU-commissie gewijd aan ‘Fake News’. Dit ondanks dat er door de Tweede Kamer een motie is aangenomen van Dilan Yeşilgöz (VVD) die opdraagt dat de EU zich daar helemaal niet mee bezig moet houden. Wanneer stopt dit two-faced gedrag van de VVD? Centimeter voor centimeter schuiven we op naar totalitarisme, verhuld achter de blijmoedige lach van premier Rutte. Onder zijn bewind werden zelfs cijfers over misdrijven en potentiële terroristen binnen asielzoekerscentra buiten beeld gehouden – het wegmoffelen zou samenhangen met aankomende verkiezingen, onthullen klokkenluiders nu.

‘Voortdurend roept de VVD-partijtop “tsjakka!” en “aanpakken!”, maar diep vanbinnen hebben ze een psychologie van onderdanigheid verinnerlijkt’

Deze brief zou onbevredigend zijn zonder een kritische noot over Rutte als partijleider. De partij had hem al lang moeten terugfluiten – er is immers niets liberaal aan zijn beleid. Waar Rutte eerst nog “voelde tot in zijn vezels” dat de dividendbelasting en oh ja ook de vennootschapsbelasting moest worden afgeschaft, wil hij nu het grootkapitaal aanpakken met draconische belastingen. Er bestonden zogezegd geen nota’s van die gesprekken en toen toch wel. Tijdens de crisis werd er bezuinigd en nu gedurende de hoogconjunctuur kondigt hij plots megalomane investeringen aan. Eerst wilde de premier daders “persoonlijk in elkaar slaan” en sprak hij van “pleur op naar Turkije” – laatst was hij dan gepikeerd omdat een Kamerlid het “seksistische” woord “theekransje” gebruikte.

Bizar is ook dat de VVD als grootste partij zou moeten initiëren. Dit wil zeggen: zélf beleid in gang zetten om tot minder bureaucratie te komen en de lastendruk te verlagen. Minder kansloze massa-immigratie en minder klimaatmegalomanie. Maar dat gebeurt niet: het verhaal komt niet verder dan “we kunnen maar beter meebuigen en meewerken want zonder ons was het nog erger”. Voortdurend roept de VVD-partijtop “tsjakka!” en “aanpakken!”, maar diep vanbinnen hebben ze een psychologie van onderdanigheid verinnerlijkt. Jesse Klaver (GL) en zijn Trojaanse paarden binnen de instituties geven de maat aan – voor de bühne doet de VVD nog een halfslachtige poging om op te rem te trappen.

‘Dit is een liberalisme dat in de praktijk uitpakt als schijnvrijheid en schijnkeuzes: repressieve tolerantie in de puurste vorm. Daar pas ik voor.’

Hypocriet was wat ik hoorde toen ik het opstappen van Joustra besprak met een VVD-Kamerlid. Die zei: “Vroeg je Joustra ook waarom hij als wethouder zijn handtekening zette onder een coalitieakkoord met ambitieuze klimaatdoelen?” Die vraag legt in één klap de gehele ziekte bloot. Want vanuit Den Haag krijgen statenleden (zoals Brommer), gemeenteraadsleden en wethouders op het lijf gedrukt dat zij de klimaatdoelen van de regering moeten uitvoeren “zodat zij ten minste nog invloed hebben” – bij tegenwerking worden hun bestuurslichamen gepasseerd. Dit is een liberalisme dat in de praktijk uitpakt als schijnvrijheid en schijnkeuzes: repressieve tolerantie in de puurste vorm. Daar pas ik voor.

Wat hierboven is aangestipt zijn feitelijk decadentieverschijnselen – anti-decadentie is van blijvend belang in een politieke partij: zo niet dan raakt men besmet met de arrogantie van de macht. Toen de Romeinse generaal Scipio de overwinning behaalde op Carthago, stond hij er in zijn overwinningsrede bij stil dat Rome op een dag zelf decadent kon worden. Anti-decadentie moet daarom niet iets zijn wat je af en toe doet – zoals bij de VVD Arno Brok zo nu en dan rondgaat met een ‘opfriscursus integriteit’ als het weer eens uit de hand gelopen is.

‘Dit leidt vanzelf tot de mengelmoes van slaafse onderdanigheid, hooghartige ongenaakbaarheid en valse glimlachen – een warme handdruk en een mes in de rug – die tekenend zijn voor elke hofcultuur’

Antidecadentie is iets dat je voortdurend doorleeft, is het niet uitstellen tot morgen wat je vandaag kunt doen en reageren op signalen en verbetertips. Zelfs al komen ze van mensen die bestuurlijk irrelevant zijn.

Wie belangrijk wordt, wordt vanzelf druk en dan is het verleidelijk om je alleen nog te richten op mensen waarmee je in een directe machtsrelatie staat. Dan is het de vraag wie toegang heeft tot de inner circle om zijn ideeën op de agenda te krijgen. Dit leidt vanzelf tot de mengelmoes van slaafse onderdanigheid, hooghartige ongenaakbaarheid en valse glimlachen – een warme handdruk en een mes in de rug – die tekenend zijn voor elke hofcultuur. Het woord hof-hermafrodieten vat het perfect samen. Mensen spreken dan niet meer vrijelijk hun gedachten uit en bestuurders horen niet meer wat er écht speelt. Daarmee komt het einde van die dynastie in zicht: Machiavelli omschreef dit in De heerser (1532).

De VVD ging kapot doordat het al snel alleen draaide om de incrowd ring rond Rutte – vanaf daar emaneerde alle aandacht en macht. Hierdoor kwam de niet-Randstedelijke middenstander – waar het de partij ooit om ging – buiten spel te staan. Af en toe werden politici het land ingestuurd om te verbinden met de achterban. Zodra dat echter verhalen opleverde die niet-politiek correct waren, durfden de beroepsbestuurders en carrièrejagers hun handen daar niet aan te branden en stierven die verhalen een stille dood.

‘De VVD noemde zich ooit een volkspartij maar de partij-elite was stervensbang voor de volkse rimpelingen rond Rita Verdonk’

Dit is niet oplosbaar met het herijken van verkiezingsprogramma’s, omdat die mentaliteit hetzelfde blijft – je zou dan de hele ring rond Rutte moeten wegslopen en vervangen door mensen met een totaal ander profiel. Dat zal nooit gebeuren.

De VVD noemde zich ooit een volkspartij maar de partij-elite was stervensbang voor de volkse rimpelingen rond Rita Verdonk. Zij schoven toen Rutte naar voren die zich ontpopte tot manager gefixeerd op quick wins. Alle ideologie, conservatief-liberale ankerpunten en klassiek liberale beginselen, werden geliquideerd om Rutte als ‘uitvoerder’ en ‘hernieuwer’ maximale speelruimte te geven.

‘De ene na de andere Rutte-adjudant werd opgeofferd om Rutte zelf in het zadel te houden’

Deze inwendige liquidatie werd opgevangen met populistische verkiezingsposters aan de buitenrand: “Vandalen gaan betalen”, “Geen cent meer naar de Grieken”, “Meer blauw op straat”, “Geen Nederlands geen uitkering” – u kent het wel. Keihard verkiezingsbedrog dat Rutte steeds wist te overleven met: “Maar het land moet bestuurbaar blijven, onze deugd is polderen en compromissen sluiten…” Compromissen sluiten is onvermijdelijk om één land te blijven. Maar als de VVD meewerkt aan een cordon sanitaire dat betekent dat de compromissen uitsluitend ter linkerzijde en nóóit ter rechterzijde worden gesloten, effent de partijtop zelf het pad naar een volksopstand.

Op den duur wist niemand meer waar het schip naartoe dreef. Het ene moment verkondigt Rutte in EU-verband dat hij niet gelooft in Eurofederalisme en dat het Europees project niet verder kan zolang Zuid-Europa geen economische hervormingen doorvoert; met hetzelfde gemak wordt er dan weer een megalomane Green Deal doorgedrukt. Van Marc Verheyen tot Ivo Opstelten tot Jeanine Hennis en Halbe Zijlstra: de ene na de andere Rutte-adjudant werd opgeofferd om Rutte zelf in het zadel te houden. Je hoort ook nooit meer wat van die mensen en dat bevestigt het beeld dat het de partij is – hoe liberaal – die iemands carrière maakt of breekt en niet de talenten van de persoon zelf. “Niemand is groter dan de VVD”, zo luidt dit adagium binnenskamers.

‘Het bestuurlijke coalitiebelang was dikwijls primair en de liberale instincten secundair’

Je hebt daarentegen mensen nodig die zich vanuit de onderkant van de samenleving omhoog hebben gevochten: mensen die verschillende maatschappelijke lagen en standen hebben geproefd en maling hebben aan sociaal-wenselijk deugen. ‘Een man een man, een woord een woord’ en handen uit de mouwen: dát slag mensen heb je nodig – geen spindoctors die een drol verkopen als een moorkop. Als een politieke partij merkt dat je mensen aantrekt die het borrelen, netwerken en baantjes verdelen belangrijker vinden dan de inhoudelijke bespreking van ideeën en het waarmaken van verkiezingsbeloften, moet er een alarm afgaan!

De VVD heeft de mond vol over marktwerking. Wie de partijtop bestudeert, ziet daar echter figuren die binnen het grootbedrijf opklommen met politieke spelletjes. Dit soort lieden hebben meer affiniteit met overheidsbureaucratieën dan met kleine zelfstandigen. Je ziet het terug in lokale afdelingen. In het jaar 2004 begon ik aan de achterbanvergaderingen van VVD Duiven met daarin onder meer een vlaaienboer en iemand die kogelvrije vesten verkocht. Sinds Rutte aan de macht kwam verdwenen die mensen – de bestuursleden en hun directe familieleden bleven over. Dit beïnvloedde weer de controle op de afdeling: het bestuurlijke coalitiebelang was dikwijls primair en de liberale instincten secundair.

Een lichtend voorbeeld is Remco Valkman die als VVD-campagneleider in Dordrecht anti-decadentie in de praktijk bracht. Als een van de weinige plaatsen in de regio won de VVD er zetels in de gemeenteraadsverkiezingen. Vervolgens hield Valkman geen jubelverhaal maar organiseerde juist een partijconferentie over het onbehagen in de samenleving. Partijbonzen stonden perplex dat het ineens over ideeën ging. Ondergetekende perste hier een belangrijk visiestuk uit waarvan ik de partij twee jaar gaf om het op te pakken. Gevolg bleef uit en nu trek ik mijn conclusies.

‘Voortaan gaat de politieke strijd in hoofdlijnen tussen kosmopolieten en patriotten met wortels in de lokale leefomgeving’

Mijn onbehagen over dit alles besprak ik onlangs met een hoge VVD’er. Wij constateerden dat enerzijds de hogere sferen van de maatschappij – van de gerechtshoven tot de topambtenaren – zijn overgenomen door linksdraaiende deugers en cultuurmarxisten die elkaar benoemen en wederzijds in het zadel houden. Anderzijds zijn er groeiende enclaves waar de islam oprukt en de Nederlandse wetten en normen op weinig gezag kunnen rekenen. Het zijn misstanden waarvoor onder meer het Liberaal Manifest in 2005 al waarschuwde, maar waarop geen actie ondernomen werd.

De VVD’er onderschreef dit maar zag niet hoe deze ontwikkelingen met de middelen van de huidige democratie ten goede kunnen worden gekeerd. De enige geweldloze oplossing – een consequente verzuiling – wees hij af. Dit brengt ons op de wijze woorden van Maykel Darricarrere: “De VVD zou moeten meebouwen aan de Nieuwe Zuil maar blijft zwichten voor de progressieve zuil waar zij zich met zichtbare tegenzin aan vastklampen.”

Daarop gaan we niet meer wachten, het is klaar nu. Komt bij dat de bepalende politieke as van de eenentwintigste eeuw niet meer die is van het liberale kapitalisme versus het collectivisme van de sociaaldemocratie – die dichotomie is nu passé. Voortaan gaat de politieke strijd in hoofdlijnen tussen kosmopolieten en patriotten met wortels in de lokale leefomgeving. De ideologie van het OneWorldism – globale versmelting – staat tegenover het streven naar soevereiniteit. In dit nieuwe assenstelsel zal de VVD steeds minder relevant zijn.

Omdat ik mijn lidmaatschap direct na hun pleidooi voor een vuurwerkverbod heb opgezegd, vindt de VVD dat ik alsnog 177 euro voor het hele jaar 2020 moet betalen. Hopelijk wilt u nu over uw gulle hart strijken en mijn goede werken mede mogelijk maken met steun via BackMe. Of schrijf u in voor mijn nieuwsbrief!