Niets dat heden ten dage gevaarlijker is dan te betwijfelen of sekse, ras en sociale klasse sociale constructen zijn, dit wil zeggen bepaald door omgevingsfactoren. Alleen nurture, geen nature. Wil je in staat van genade verkeren dan moet je dat geloven. Iets anders denken is doodzonde en de Social Justice Warriors staan als de moderne Inquisitie klaar om je te vervolgen, aan de schandpaal te kluisteren of te verbannen uit de kringen van welopgevoede mensen, met een Berufsverbot tot gevolg.
Wat zeggen de feiten? Om hier een antwoord op te vinden is een absolute aanrader, het in januari verschenen boek Human diversity: The biology of gender, race and class van de Amerikaanse politicoloog en socioloog Charles Murray. Idiote studenten hebben al eens met veel geweld, maar gelukkig tevergeefs, geprobeerd een lezing van hem te verhinderen. Hij zegt waar het op staat, bijvoorbeeld dat ‘de helft van de kinderen een IQ hebben dat lager is dan het gemiddelde’. Dit is een waarheid als een koe, maar verboden te zeggen in de wereld van het politiek correcte denken.
In Human diversity worden honderden onderzoeken van biologen en neurowetenschappers samengevat. Voor de geruststelling van diegenen die in staat van genade verkeren: gender, ras en sociale klasse zijn sociale constructen. Dit is echter slechts gedeeltelijk het geval.
In deze bijdrage wil ik mij beperken tot de verschillen tussen de seksen en wat dit betekent voor de vrouwenemancipatie. Na de Verlichting kunnen we de vrouwenemancipatie beschouwen als de belangrijkste bijdrage van het Westen aan de voortschrijdende beschaving van de wereld. De Verlichting leerde de mens vrij te denken, zonder de slaaf te zijn van vooroordelen en religieuze verzinsels. Dat is weliswaar bij velen nog niet gelukt, maar zolang de blanke beschaving krachtig blijft zullen verstandige lieden onder alle rassen en volkeren geïnspireerd worden door ons voorbeeld.
De vrouwenemancipatie, met als recent hoogtepunt de #Metoo-beweging, maakte een einde aan de oerdomme en beestachtige onderdrukking van vrouwen door mannetjes die meenden hun ingebeelde macht te moeten bewijzen met haantjesgedrag. Hoe meer de vrouwen invloedrijke posities innemen, hoe meer kans dat de mensheid zal leren zich verantwoordelijker en zorgzamer te gedragen. Uiteindelijk zullen het de vrouwen zijn die een einde maken aan de absurde wapenwedloop en het even absurde dogma van eindeloze economische groei die een uitputtingsslag betekent voor de planeet aarde.
Murray formuleert op krachtige wijze zijn stelling: alle mensen zijn gelijk, maar niet alle groepen zijn dezelfde. Dit komt er op neer dat bijvoorbeeld vrouwen en mannen gelijkwaardig zijn (een ethische aanname), maar dat beide groepen van elkaar te onderscheiden zijn (een natuurwetenschappelijk gegeven). Emancipatie betekent dat beide groepen dezelfde kansen moeten hebben om hun specifieke talenten te ontplooien. Hetzelfde onderscheid kan worden toegepast op mensen die verschillen qua intelligentie, qua ras of qua sociale klasse: zij verschillen, maar elk individu moet het recht hebben zijn eigen talenten zo goed mogelijk te kunnen ontplooien.
Dat gender geen sociaal construct is volgt uit het onweerlegbare feit dat sinds de oertijd en in alle culturen vrouwen gemiddeld zorgzamer zijn, empathischer, meer verbaal begaafd, gevoeliger en meer gericht op de anderen. Mannen zijn gemiddeld meer gericht op de dingen, zijn minder sentimenteel, meer solitair en hun ruimtelijk inzicht is beter. Die verschillen zijn vreemd genoeg het sterkst in landen zoals Denemarken waar vrouwen meer als gelijken worden behandeld, dan in landen zoals Oeganda, waar vrouwen een ondergeschikte rol vervullen. Onderzoek levert soms verrassende resultaten op.
Die verschillen hebben tot gevolg dat vrouwen vaker kiezen voor beroepen waar met mensen wordt gewerkt. Mannen kiezen voor beroepen waar met dingen wordt gewerkt. Het openstellen en stimuleren van studierichtingen en typisch mannelijke beroepen voor vrouwen, heeft aan deze tendens weinig veranderd.
De onontkoombare conclusie van al dit onderzoek is dat gender slechts voor een gedeelte een sociaal construct is. De verschillen tussen vrouwen en mannen liggen voor een gedeelte vast in het brein. Aan dat laatste is niets te veranderen, ook niet door een opvoeding waar meisjes en jongens zo gelijk mogelijk worden behandeld. Simone de Beauvoir had dus geen gelijk toen ze zei dat men niet als vrouw wordt geboren. Dat meisjes al bij de geboorte verschillen van jongetjes ligt al sinds miljoenen jaren vast. De Beauvoir heeft wel gelijk in die zin dat meisjes en jongens volgens bepaalde verwachtingen worden opgevoed. Dit laatste leidt tot internalisatie van die rolverwachtingen.
Het succes van onze westerse beschaving ligt juist in de meer rechtvaardige verwachtingen die men heeft over vrouwen. Tweehonderd jaar geleden leefden vrouwen in feite in slavernij. Ze genoten geen onderwijs. Ze hadden nauwelijks rechten en verloren zelfs de aanspraak op hun eigendom op het moment van hun huwelijk. De meeste beroepen waren voor vrouwen onbereikbaar. Westerse vrouwen hebben sinds midden 19de eeuw met succes een strijd gevoerd om hun rechten te veroveren.
Helaas bleef deze evolutie te zeer beperkt tot landen waar blanke mannen het voor het zeggen hebben. In landen met een blanke meerderheid hebben vrouwen het meest rechten, wordt het minst gediscrimineerd en kunnen vrouwen het vaakst politieke en andere leidinggevende functies innemen. De Social Justice Warriors kunnen zich daarom best op andere culturen en landen richten, helaas met gevaar op eigen leven. De emancipatie van vrouwen in het Westen heeft geleid tot een enorme vooruitgang op allerlei gebieden, zoals in de politiek, de economie, de rechtspraak en de wetenschap.
Het belangrijkste is echter dat vrouwenemancipatie in wezen een grote stap vooruit is in ethische zin. De status van vrouwen in de westerse beschaving betekent een hogere morele fase in de ontwikkeling van de mensheid. Willen we andere volkeren en culturen inspireren voor deze hogere moraal dan zullen we eerst en vooral onze westerse beschaving moeten beschermen. Dan alleen kunnen we het voorbeeld blijven geven. De multiculturele samenleving ondermijnt helaas deze ontwikkeling. Als de Europese Unie haar beleid niet radicaal zal veranderen, zullen we in een lagere morele fase terugvallen.