Maximator’ is een dubbel bockbier, maar ook een spionagegenootschap. In 1979 dronken vertegenwoordigers van de geheime diensten van Duitsland, Zweden, Denemarken en Nederland een biertje in de Bundesnachrichtendienst (BND) in München, om te proosten op de nog naamloze organisatie. Iemand heeft toen naar zijn glas gekeken en ‘Maximator’ bedacht. Frankrijk zou later lid worden. België wilde eveneens toetreden, maar werd afgewezen. Omdat de geheime dienst van België te zwak zou zijn, maar ook omdat dit genootschap zou spioneren bij de EU in Brussel.
‘Five Eyes’ is het spionagegenootschap van de Verenigde Staten, Canada, Australië, Nieuw Zeeland en Groot-Brittannië. Met ‘Maximator’ wilde een aantal Europese landen tegenwicht gaan bieden aan dit Amerikaanse initiatief. ‘Maximator’ was vooral bedoeld om diplomatiek verkeer van andere landen te onderscheppen. Voor ons land zou het Technisch Informatie Verwerkingscentrum (TIVC) deelnemen. Dit TIVC was onderdeel van de MIVD en gevestigd op het marineterrein in Amsterdam. Informatie kwam o.a. van de grote schotelparken in Burum.
‘Maximator’ werd in april onthuld door Bart Jacobs, hoogleraar in Nijmegen, in een artikel dat is gebaseerd op bronnen uit de Nederlandse inlichtingenwereld. TIVC zou politiek gevoelige informatie hebben onderschept uit 75 landen. Nederland speelde een belangrijke rol in de spionage, in het bijzonder die van versleutelde informatie (encryptie). Jacobs laat zien hoe de geheime diensten Philips dwongen om NAVO-partner Turkije ‘encryptiemachines’ te leveren die zo gemanipuleerd waren dat informatie van de Turken gemakkelijk kon worden afgeluisterd.
Jacobs beschrijft het ontstaan van ‘Maximator’ en laat weten dat dit spionagegenootschap nog altijd actief is. Voor mij was dat reden om over deze kwestie vragen te stellen. Deze genootschappen zijn niet meer van deze tijd. Geheime diensten in Europa moeten elkaar niet bespioneren, maar met elkaar samenwerken, om aanslagen te voorkomen en de bevolking te beschermen. Ik heb bovendien vragen over het delen van informatie tussen de MIVD en de AIVD, omdat er aanwijzingen zijn dat de laatste dienst banden heeft met de ‘Five Eyes’, het genootschap van de Britse buren.
De antwoorden op mijn vragen zijn een ware schoffering, de minister van Defensie weigerde elke vraag te beantwoorden. Het enige wat ik kreeg te horen was dat ‘in het openbaar geen uitspraken worden gedaan over het kennisniveau en de werkwijze van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten’. Als Kamerlid heb ik een belangrijke taak in de controle op de geheime diensten. De minister hoeft in één geval geen informatie te geven en dat is als sprake zou zijn van staatsgeheimen. Dat is als het zou gaan om actuele operaties en om operationele kennis.
Mijn vragen stelde ik aan de minister van Binnenlandse Zaken, die gaat over de AIVD, maar ik kreeg ‘antwoord’ van de minister van Defensie, die de baas is van de MIVD. Dat lijkt te bevestigen dat ‘Maximator’ een zaak is van de MIVD (en niet van de AIVD). Minister Ank Bijleveld deed een beroep op het ‘kennisniveau’ en de ‘werkwijze’ van de MIVD. Dit onderschrijft het vermoeden dit genootschap nog altijd actief is. De minister kan zich beroepen op het geheim van de staat, maar ook dan mag zij niet zwijgen. Ook in dat geval moet de minister dat toelichten.
Als een minister mijn vragen negeert roep ik die naar de Kamer. Maar dat kan nu niet, in verband met de coronacrisis. Daarom heb ik Bijleveld gevraagd aan te geven waarom sprake zou zijn van ‘actuele en operationele kennis’. Daarop kwam opnieuw een nietszeggend antwoord. Ik weet niet goed wat de minister beweegt om zich zo op te stellen. Misschien denkt ze: ‘Van Raak neem ik niet serieus’. Maar ík neem mijn werk wél serieus. Dit optreden is niet een schoffering van mij, maar van de Kamer. Zodra het weer kan, zal ik de minister alsnog op het matje roepen.
Ronald van Raak beschreef eerder hoe Nederland Pakistan aan een atoombom hielp.