In de Verenigde Staten zijn er 700.000 politieagenten waarvan er zo’n 35.000 racistisch zijn. Elke dag kunnen in de kranten en de sociale media 100 racistische incidenten waarbij politieagenten betrokken zijn, worden beschreven en met een beetje geluk kan er ook een filmopname bij. De overige 665.000 politieagenten zorgen ervoor dat burgers van eender welk ras of eender welke sociale klasse veilig kunnen leven.
In de Verenigde Staten zijn er 40.610.000 zwarten, waarvan er zo’n twee miljoen zware geweldsdelicten plegen. Elke dag kunnen er in de kranten en de sociale media talloze gruwelijkheden worden beschreven die door zwarten werden begaan. De overige 38 miljoen Amerikaanse zwarten zijn eerzame burgers, die net zoals de meeste andere Amerikanen het land groot en welvarend maken.
Bij bovenstaande berekeningen hanteer ik het universeel principe dat vijf procent van de bevolking niet deugt. Lastig om mee samen te leven, maar het is hanteerbaar. Zelf woon ik in een joodse buurt. Iets verderop begint een wijk waar hoofdzakelijke Marokkanen wonen. De grens tussen beiden wijken is vaag, zodat er joden tussen de Marokkanen wonen en Marokkanen tussen de joden. In twintig jaar tijd heb ik slechts over een vijftal incidenten gehoord. Verder is het aangenaam wonen voor al wie al dan niet in Allah, Adonai of God gelooft.
Ik heb begrip voor die voornamelijk jonge mensen die demonstreren tegen racisme. Dat geeft hen een gevoel deugdzaam te zijn, ridders die opkomen voor de vernederden en vertrapten, freules die op de barricades staan met in plaats van een vlag een bord met een slogan en in deze preutse tijden geen blote borst meer. Dat het allemaal geen zoden aan de dijk zet, houd ik voor mij. Ze komen er wel achter en het hoeft ook niet, want zoals gezegd valt het met racisme reuze mee. Als ze zelf zullen solliciteren en ze worden als blanke voorgetrokken, zullen ze daar vrede mee hebben. Idealen moeten idealen blijven.
Er is echter een soort racisme waar we ons wel degelijk zorg moeten over maken. Dat racisme heet anti-racisme. Een simpel voorbeeld kan dit verduidelijken. Stel dat dit najaar in Groningen Sinterklaas zwarte mensen aanwerft om voor zwarte piet te spelen. Dat is bij de recente gemeenteverordening verboden. Tegenover de zwarte kandidaten is dit racisme. Het zou me niet verbazen als de Kick Out Zwarte Piet-actie het racisme onder blanke Nederlander heeft aangewakkerd. Tegenreacties bleven niet uit en kunnen toenemen.
Bij de meeste antiracisme-acties ontstaat een beeldvorming die aanzet tot haat tegen de blanken. Dit lokt racistische tegenreacties uit. De plunderingen, voornamelijk door zwarten, bij demonstraties, dragen ook niet bij tot verbroedering, Ik zou me als zwarte doodschamen en dat doen de meesten ook.
Het kwalijkste bij de antiracismebeweging is het plaatsen van zwarten in een slachtofferrol. Dit is als zodanig racistisch, want dit steunt op de niet uitgesproken gedachte dat zwarten niet in staat zijn voor henzelf op te komen. Ik heb een paar goede Turkse vrienden. Een van hen solliciteerde na zijn afstuderen bij een bedrijf waar hij heel graag wilde werken. Hij werd niet uitgenodigd voor een gesprek. Hij trok zijn stoute schoenen aan, ging zonder uitnodiging naar dat bedrijf en vroeg de directeur te spreken. Dat lukte wonderwel en de volgende week kon hij beginnen. Daar maakte hij ondertussen een mooie carrière.
De slachtofferrol zet aan tot passiviteit. De oplossing wordt van anderen verwacht of men heeft geen hoop op verandering. Gelukkig vallen de meeste zwarten niet in deze valkuil en slagen erin hun plek in de samenleving te vinden.
Mijn hypothese is dat de demonstraties tegen racisme uitingen zijn van een algemene angst voor wat de toekomst zal brengen. Armoede, werkloosheid en de vrees voor mogelijke gevolgen van wereldwijde epidemieën, van de klimaatverandering of van het uitsterven van plant- en diersoorten creëren een apocalyptische sfeer. Een natuurlijke reacties is het zoeken naar een zondebok. Dat zijn in eerste instantie de blanken die de hoofdverantwoordelijken zijn voor wat er met onze planeet is gebeurd. In landen waar de blanken de meerderheid hebben, zal dit omslaan en worden minderheden de zondebok. In multiculturele samenlevingen waar er geen echte meerderheid meer is, zal in barre tijden een permanente burgeroorlog ontstaan.
Als mijn hypothese correct is, dan is het beter acties ’voor iets’ te ondernemen dan ‘tegen iets’. De laatste creëren vijanden. Acties ‘voor iets’ roepen op tot solidariteit. Ik beperk mij hier tot twee voorbeelden. Er zijn zwarte scholen. Dat zal nog lang zo blijven. De burgemeester van Amsterdam heeft destijds ook haar kinderen uit een zwarte school gehaald en mijn kinderen gingen naar een honderd procent witte school in Buitenveldert. Mijn voorstel is dat al die jonge demonstranten hun vakantie opofferen om bijlessen te geven aan kinderen uit zwarte scholen die al veel leerachterstand hadden en dubbel de klos zijn van de lockdown. Als pedagoog maak ik mij enorme zorgen hierover omdat er een kans is dat die achterstand nooit meer ingehaald kan worden en op andere terreinen een ongunstige invloed zal hebben.
Een tweede voorstel betreft de armoedebestrijding. Er zijn wijken waar veel armoede en veel werkloosheid heerst. Dat zal er helaas de komende tijd niet op verbeteren. Er zijn al veel solidariteitsacties, zoals voedselbanken, maar er is meer nodig. Er kunnen structureel netwerken van solidariteit georganiseerd worden, van waaruit hulp wordt geboden waar nodig. In die netwerken werken bijvoorbeeld blanke loodgieters en klusjesmannen samen met allochtone collega’s om gratis onderhoudswerken uit te voeren bij arme gezinnen. Of zoals in de Verenigde Staten waar in achterstandswijken in de zogenaamde ’Full Service Community Schools’ er wasmachines staan waar de gezinnen gebruik van kunnen maken, waar ook gezorgd wordt voor opvang van de kinderen zodat de moeders ook wat vrije tijd kunnen hebben of waar trainingen worden gegeven om te leren solliciteren.
Het zijn slechts voorbeelden. In elke wijk kunnen andere constructieve initiatieven tot stand komen (er zijn trouwens al veel voorbeelden aanwezig en het is hartverwarmend wat in Nederland gebeurt). De mensen in die wijken krijgen hierdoor het gevoel dat er mensen zijn die om hen geven, ook en vooral blanken. Als therapeut heb ik ervaren dat bij psychische nood de beste resultaten worden bereikt als er verbondenheid ontstaat met anderen. Helaas wordt door verkeerde acties eerder haat gezaaid.