Het ergerde me, de lobbybrief die VNO-NCW onlangs schreef over de hulp aan Curaçao, Aruba en Sint Maarten. Een groep bekende Nederlanders eiste dat ons land geen voorwaarden zou stellen aan die steun. Dat Hans de Boer, de voorman van de grote bedrijven, dit initiatief nam dat begrijp ik wel. Veel Nederlandse ondernemers, consultants en fiscalisten verdienen grof geld op de eilanden, waar de arme bewoners niets van terug zien. Wel was ik verbaasd over de steun voor deze lobby van Alexander Pechtold (D66) en Paul Rosenmöller (GroenLinks). Politici die de eilanden heel goed kennen. Rosenmöller heeft in het verleden onderzoek gedaan naar de corruptie op Curaçao. De eilanden zijn rijk, maar de verschillen tussen de mensen zijn schrijnend. Als Nederland geen eisen stelt komt dat geld niet terecht bij de armen die onze steun hard nodig hebben. Dan komt de hulp niet bij de mensen die hun werk hebben verloren en niet bij de gezinnen waar kinderen te weinig te eten hebben.
George Jamaloodin werd in 2010 de eerste minister van financiën van het autonome land Curaçao. Nu zit deze politicus gevangen en is hij veroordeeld tot 28 jaar celstraf, voor zijn betrokkenheid bij de moord op de politicus Helmin Wiels, zijn toenmalige coalitiegenoot. Begin 2010 had Jamaloodin het hoofd van de beveiliging van de geheime dienst van Curaçao (VDC) omgekocht. In september, een maand voordat op 10 oktober 2010 Curaçao een autonoom land werd, reisde Jamaloodin samen met dit hoofd beveiliging af naar Sint Maarten. Daar hadden zij een privé-onderhoud met Gerrit Schotte, de toekomstige premier van Curaçao; met Theo Heyliger, dat was de machtigste politicus op Sint Maarten, en met Francesco Corallo, de Italiaanse maffiabaas. Schotte en Heyliger zijn ondertussen veroordeeld tot lange celstraffen voor fraude en corruptie. Corallo staat terecht in Italië, voor grootschalige fraude en het omkopen van politici.
Ik weet van deze bijeenkomst door berichten die ik in bezit kreeg, die laten zien hoe vóór oktober 2010 de criminele onderwereld al voorbereidingen trof om de macht in Curaçao en Sint Maarten over te nemen. Door een duivelse drie-eenheid van de gokindustrie, die banden heeft met de Italiaanse maffia; van consultants, die vaak afkomstig zijn uit Nederland, en van lokale politici die bereid zijn om zich te laten omkopen. Een jaar nadat Schotte op Curaçao aan de macht kwam werd de geheime dienst VDC leeggeroofd. Alle aanwezige informatie zou toen zijn vernietigd, gekopieerd of zijn meegenomen. Daarbij zouden ook gegevens van onder meer de AIVD en de CIA in handen zijn gekomen van de onderwereld. Schotte probeerde ook maffiabaas Corallo (of diens financiële rechterhand) tot president te maken van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten. Iets wat mede door het goede optreden van enkele Tweede Kamerleden op het nippertje is voorkomen.
De relaties tussen Nederland en de andere landen van het Koninkrijk zijn slecht, zo moeten we tien jaar na de autonomie van Curaçao en Sint Maarten constateren. De steun die ons land wil geven voor de bestrijding van de gevolgen van de Coronacrisis hebben geleid tot forse beschuldigingen, vooral vanwege de voorwaarden die aan de steun worden gesteld. Toch zijn deze eisen niet zo vreemd, ze moeten verzekeren dat het geld terecht komt bij de mensen die het meest door de crisis zijn getroffen. Ook vraagt Nederland dat lokale bestuurders een bijdrage leveren, door een korting op hun vaak zeer riante vergoedingen. Tevens wordt gevraagd dat de miljonairs op de eilanden hun bijdrage leveren en fatsoenlijk belasting gaan betalen. Dat is de laatste tien jaar helemaal niet gebeurd. Als de eigen achterban van VNO-NCW zich wat fatsoenlijker zou gedragen, zouden de landen Curaçao en Sint Maarten financieel veel gezonder zijn en meer kunnen investeren.
In 2005 kwam minister Pechtold voor een gesprek naar de Eerste Kamer, om met de senatoren te spreken over de toekomst van het Koninkrijk. Dat jaar was op Curaçao een referendum gehouden en had de bevolking niet gekozen om onafhankelijk te worden, maar om een autonoom land te worden binnen het Koninkrijk. Ik was destijds lid van de Eerste Kamer (in 2006 zou ik naar de Tweede Kamer gaan). Pechtold kreeg in de senaat vragen over de onderhandelingen en vertelde dat Nederland ruim twee miljard euro had toegezegd aan schuldsanering. Daarna viel er in het zaaltje in de Eerste Kamer een diepe stilte. Een oude senator nam het woord en vroeg wat de minister daar voor terug had gekregen. Het antwoord leidde tot een schok: helemaal niets. Geen eisen aan goed bestuur en goede financiën. Nadat Gerrit Schotte en zijn ministers waren aangetreden bleek dat zelfs geen screening had plaatsgevonden. De onderwereld had de macht overgenomen.
In 2010 heb ik tegen de nieuwe staatskundige verhoudingen gestemd. Ik gunde de mensen op de eilanden van harte autonomie, maar ik had geen vertrouwen in de toekomst van Curaçao en Sint Maarten, omdat de eilanden hier volgens mij niet klaar voor waren. En omdat de relatie met Nederland onduidelijk bleef. De landen werden autonoom en verantwoordelijk voor hun eigen politiek, maar Nederland bleef ook in deze nieuwe verhoudingen verantwoordelijk voor goed bestuur en gezonde financiën. Niet duidelijk was hoe we die verantwoordelijkheid konden waarmaken – en dat is ons land dan ook niet gelukt. Het geld verdween snel nadat op Sint Maarten Theo Heyliger en op Curaçao Gerrit Schotte aan de macht kwamen. De rechter zei in de veroordeling van Gerrit Schotte dat de premier zich had gedragen als een ‘marionet’ van de gokindustrie. Van gokbazen als Corallo, wiens boekhouding jarenlang werd gedaan en werd goedgekeurd door de accountants van KPMG.
Op mijn initiatief (in april 2015) is er een grootschalig onderzoek gestart naar de verbondenheid tussen de onderwereld en de bovenwereld op alle eilanden, vooral tussen de internationale gokindustrie en de lokale politiek. Dat heeft er mede toe geleid dat de oud-premier Schotte van Curaçao en de grote man van Sint Maarten Heyliger achter slot en grendel zitten en ook veel andere politici, consultants en gokbazen zijn veroordeeld of onderwerp zijn van onderzoek (de laatste tijd ook in Aruba). Dat is goed, omdat de eilanden geen toekomst hebben zolang ze in de greep zijn van de criminele onderwereld. Maar het is erg dat Nederland het ooit zover heeft laten komen. Tien jaar geleden hebben we landen gemaakt en die direct in handen laten komen van criminelen. Dat is een zware verantwoordelijkheid voor alle partijen die daar mee hebben ingestemd. Ook van het D66 van Alexander Pechtold en het GroenLinks van Paul Rosenmöller.
In juli 2015 ontving ik een brief van advocaat Gerard Spong. Die daagde mij voor de rechter, omdat ik zijn cliënt Francesco Corallo een maffiabaas had genoemd. Tot een rechtszaak is het echter nooit gekomen, omdat Corallo ook een maffiabaas is. Dat kon ik staven met gegevens van onder meer de Italiaanse geheime dienst. Corallo staat nu in dat land terecht voor grootschalige fraude en witwassen en het omkopen van politici uit de regering van Berlusconi. Dat Corallo mij die brief stuurde vond ik niet vreemd, op de eilanden is dit soort intimidatie helaas gewoon. Wel vond ik het opmerkelijk dat advocaat Spong zich leende voor intimidatie van een parlementariër in Nederland. Veel mensen op de eilanden zullen tegen dit soort bangmakerij niet bestand zijn. Ik weet zeker dat er ook veel politici zijn op Curaçao, Aruba en Sint Maarten die het beste voor hebben met hun mooie eiland, maar zich in de huidige situatie niet meer vrijelijk durven uitspreken.
Ik steun de hulp die Nederland biedt aan de andere landen in het Koninkrijk, dat zijn we ook aan onze Koninkrijksgenoten verplicht. Maar tegelijk moeten we een einde maken aan de duivelse drie-eenheid van de Antilliaanse politiek. Ik heb geprobeerd als Kamerlid mijn bijdrage te leveren. Door de gokmaffia aan te pakken, zoals in het grote onderzoek naar de lokale politiek en de internationale gokindustrie. En door de consultants aan te spreken die witwassen mogelijk maken, ik ben dan ook trots dat vorig jaar KPMG in de Caraïben is gesloten. Maar het doet me pijn dat we nu problemen moeten oplossen die Nederland vooral zélf heeft laten ontstaan. De foute gokbazen, of de dubieuze consultants, zijn vaak mensen van buiten en niet van de eilanden zélf. Een kleine rijke kliek op de eilanden verrijkt zichzelf dankzij het slechte bestuur. Vooral de arme bevolking betaalt daarvoor de prijs. Dat doet zij nu, met deze coronacrisis. Maar dat doen deze bewoners eigenlijk al tien jaar.
In alle vier de regeringscentra wordt nu nagedacht over de toekomst. In Den Haag, in Willemstad, in Oranjestad en in Philipsburg, overal moet de conclusie zijn dat we zo niet verder kunnen. Dit Koninkrijk is mislukt en het is nu aan de inwoners om te bepalen hoe het verder moet. Laat de bewoners van de eilanden een keuze maken. Wat willen zij dat hun bestuurders doen – en waar Nederland zich niet meer mee bemoeit. Welke taken hebben zij liever dat Nederland uitvoert – waarbij Den Haag ook de mogelijkheid moet krijgen om dit écht te doen. In juli vorig jaar heeft de Tweede Kamer een voorstel van mij aangenomen waarin alle vier de landen wordt gevraagd om hun eigen visie te geven op het Koninkrijk en aan te geven wie daarin voor welke taken verantwoordelijk is. Met steun van de partijen van Pechtold en Rosenmöller. Ik blijf pleiten voor hulp aan de mensen op de eilanden, die verdienen onze steun. Maar ook D66 en GroenLinks zullen moeten leren van de fouten die de partijen hebben gemaakt.
Bekijk ook de dossiers over Gerrit Schotte, Theo Heyliger en Francesco Corallo.