Een ‘politieke thriller’, zo noemde D66-senator Boris Dittrich het debat woensdag in de Eerste Kamer. De oud politiek leider en actief thrillerschrijver neemt deze woorden niet zomaar in de mond. In de Tweede Kamer was die dag het debat over de val van het kabinet en de affaire bij de kindertoeslag, die ook de diepe kloof blootlegde tussen de beleidsmachines in Den Haag en het leven van mensen in het land. Terwijl in de Tweede Kamer werd gesproken over de crisis in de politiek werd in de Eerste Kamer mijn wetsvoorstel voor een bindend correctief referendum besproken, dat ertoe zou kunnen bijdragen om het vertrouwen in de politiek te vergroten. Lang zag het ernaar uit dat de wet geen meerderheid zou halen, omdat GroenLinks en PvdA niet meer voor de wet willen stemmen. Vandaag was de eindstemming. Het bleef lang spannend, maar het is gelukt. Opnieuw is een belangrijke stap gezet op weg naar het referendum.
Tweede Kamerleden van PvdA, GroenLinks en D66 hebben in het verleden het initiatief genomen voor een bindend correctief referendum en dat ook met succes door de Tweede en Eerste Kamer gekregen. Omdat het hier gaat om verandering van de Grondwet moest dit wetsvoorstel na de verkiezingen van 2017 opnieuw in beide Kamers worden behandeld. PvdA en GroenLinks waren ondertussen tégen het referendum. Zij steunden het kabinet om het bestaande raadgevend referendum af te schaffen en waren niet meer bereid om hun eigen voorstel voor een bindend referendum opnieuw te verdedigen. Dit was echter in strijd met de Grondwet én in strijd met het politieke fatsoen. Daarom heb ik namens de SP die taak op mij genomen en het bindend referendum zélf in de Tweede Kamer verdedigd. Waar de wet geen steun kreeg, mede door de tegenstem van PvdA en GroenLinks. Het referendum leek voorgoed dood en begraven.
Daarna gebeurde iets opmerkelijks. Nog geen jaar na deze poging tot moord kwam het referendum weer volop tot leven. In 2018 presenteerde een staatscommissie onder leiding van Johan Remkes een diepgravende analyse van de crisis van onze democratie en adviseerde die het bindend correctief referendum aan als middel om het vertrouwen in onze democratie te herstellen. Door mensen de mogelijkheid te geven de politiek terug te fluiten. Ik ben direct in actie gekomen en heb de oude wet van PvdA, GroenLinks en D66 opnieuw ingediend en vorig jaar een meerderheid gekregen in de Tweede Kamer, mét de steun van deze drie partijen. Dit referendum maakt alleen maar kans als het na de verkiezingen – wanneer het opnieuw moet worden besproken – kan rekenen op brede steun in beide Kamers. Om dat mogelijk te maken heeft de Tweede Kamer een ‘uitkomstdrempel’ in de wet gezet om het referendum geldig te maken.
De ‘uitkomstdrempel’ die de Tweede Kamer in de wet heeft gezet is gerelateerd aan de opkomst bij verkiezingen. Dat is hoog, omdat de opkomst bij veel referenda lager is. Om te voorkomen dat bij referenda telkens de opkomst te laag is hebben de Tweede Kamer en het kabinet afgesproken om die referenda zoveel mogelijk te houden samen met de Tweede Kamerverkiezingen, dan is dat probleem opgelost. Soms zal dat niet mogelijk zijn en zal het veel moeilijker worden om de drempel te halen. Dan kan de situatie ontstaan dat er een heldere uitslag is én een hoge opkomst is, maar net niet genoeg om de wet vanzelf van tafel te halen. Dat vind ik jammer, omdat dit afbreuk doet aan het ‘bindende’ karakter van het referendum. Als de uitkomstdrempel niet wordt gehaald blijft een raadgevend referendum over zoals we eerder hebben gehad. Dan is het aan de partijen in de Kamer om te bepalen wat met de uitkomst moet gebeuren.
Over het referendum is aan het Binnenhof vijfentwintig jaar gesproken. Vele voorstellen zijn hier gedaan en evenveel wetten zijn er gesneuveld. Als ik een voor mij ideaal referendum zou mogen maken dan zou dat niet dít zijn. Maar ik heb niet hét SP-referendum gemaakt, omdat dit voorstel het nooit zo halen. Ik heb samen met de Tweede Kamer een referendum gemaakt dat het wél kan halen, als partijen bereid zijn om over hun eigen schaduw heen te stappen. Deze wet kreeg niet de steun van PvdA en GroenLinks, behalve van GroenLinks-Eerste Kamerlid Farah Karimi. Na de verkiezingen zal de wet opnieuw behandeld moeten worden en zal er brede steun nodig zijn. Ik zal mijn wet dan niet meer verdedigen, omdat ik niet zal terugkeren in de Kamer. Een andere SP’er zal deze taak op zich nemen. Het is nog maar kort geleden dat het referendum dood werd verklaard, nu is het referendum terug van nooit weggeweest. De strijd gaat voort!
Van Ronald van Raak verscheen onlangs het boek Denken op de dijken.