Zoals u van mij gewend bent ervaar ik veel uitzendingen van de NPO als een invuloefening en ben ik, al schrijvende, niet in staat een zekere mate van verveling of groeiend sarcasme daarover te verhullen. Toch zijn er hier en daar sprankjes hoop. Je moet weliswaar goed zoeken, maar gelukkig bestaan er ook programma’s op de NPO-zenders waarvan ik niet denk dat ze overbodig zijn, maar integendeel uitgebreid mogen worden. Zo’n programma is Medialogica van de ogenschijnlijk wat marginale omroep Human. Zoals de titel al suggereert heeft Medialogica de media zelf tot hoofdonderwerp en dat is geen overbodige luxe in een tijd dat vrijwel alle mensen al of niet met kennis van zaken de media nalullen of becommentariëren.
Afgelopen zondag draaide de uitzending van Medialogica om een type conflict waar we, in mijn meest sombere toekomstverwachting, nog veel vaker in verstrikt zullen raken. Zelden heb ik een belangengroep, in dit geval die van de transgenders, zozeer misbruik zien maken van een gecombineerde slachtoffer-heldenrol, zoals die in Medialogica’bloot kwam te liggen. Focuspunt was een NRC-artikel van een witte mannelijke journalist, Peter Vasterman, die vraagtekens durfde te zetten bij de snelle stijging van de vraag naar transoperaties (van man naar vrouw of vice versa). Louter het kritisch agenderen van het onderwerp bleek voor de transactivisten genoeg hem als ‘transfoob’ te framen. Als ik de logica van deze activisten volg omdat hij met het stellen van vragen over dit onderwerp mogelijk de uitbreiding van zorg aan transgenders zou dwarsbomen en hen dus, in de ogen van de activisten, als een aparte (minderwaardige) groep nadelig zou behandelen of neerzetten.
Credits voor Medialogica dat ze vervolgens in het spoor doken van het in het NRC-artikel aangehaalde onderzoek van een Amerikaanse wetenschapper. Deze had op lokale schaal onderzocht waar een plotselinge piek in de vraag naar transoperaties nu precies vandaan kwam en benadrukte dat ze transpersonen in het geheel niet wilde belemmeren in hun wensen (integendeel, ze stond daar vierkant achter), maar zich als wetenschapper domweg afvroeg wat de achtergrond van die piek kon zijn. Haar door de transactivisten niet gepruimde conclusie was – in gewone mensentaal – dat jongeren elkaar aanmoedigden psychische problemen op te lossen via een geslachtsverandering, in wetenschappelijke taal: een door ‘sociale bemiddeling’ veroorzaakte hausse in ROGD, te weten Rapid Onset Gender Dysphoria. Ook een progressieve Amerikaanse journalist die het waagde zich over ROGD te buigen kreeg het etiket ‘transfoob’ opgeplakt.
Het ijzingwekkende van deze aflevering was natuurlijk niet dat er wetenschappers en journalisten bestaan die vragen stellen, maar dat er extreme transactivisten rondlopen die zichzelf beurtelings – en met een schizofrene ideologie die nota bene gehoor vindt bij D66-minister Van Engelshoven – als slachtoffer en held presenteren. Slachtoffer omdat de buitenwereld hen zou tegenwerken in hun wens van geslacht te veranderen. Held omdat ze als enigen zien dat gender ‘een sociaal construct’ is en in hun ogen met de lichtzinnigheid van wat medisch knip- en plakwerk niet alleen veranderd kan, maar als de klant ook maar even een kik geeft tevens móet worden.
Iedereen die in Medialogica pleitte voor een degelijke poortwachtersfunctie (om te kijken of de betreffende persoon de consequenties van de transoperatie enigszins goed inschatte en de verwachtingen omtrent het eindresultaat niet buitensporig hoog had opgeschroefd) werd door de activisten eveneens als ‘transfoob’ op de schroothoop gegooid. Ineens begreep ik op welke golven van losgezongen activisme Harry Potter-auteur J.K. Rowling volgens een kleine, maar invloedrijke groep aan de verkeerde kant van de geschiedenis is beland en het stigma ‘transfoob’ met zich mee moet torsen.
Mind you! Zelfs transgenders die een geslaagde geslachtsverandering hebben ondergaan en zich senang voelen bij de realiteit dat ze nu een mannentoilet mogen bezoeken in plaats van een vrouwentoilet, of vice versa, zijn al op het stapeltje ‘transfobe personen’ beland. Omdat ze zich verzetten tegen de opheffing van het onderscheid en hen mogelijk alleen nog het als toppunt van emancipatie voorgespiegelde genderneutrale toilet rest.
Ik zou er graag om lachen. Maar de uit een minuscule groep transactivisten afkomstige tactieken en verdachtmakingen zouden, helaas, wel eens de absurde contouren kunnen schetsen van een nóg hardere cancelcultuur die ons te wachten staat.
Het moment dat het simpelweg ‘zijn’ van man of vrouw al gezien wordt als beledigend of kwetsend, zou wel eens sneller dichterbij kunnen komen dan we hopen of denken. Erger: misschien is het achter onze rug al zover.
Lees ook van Hans van Willigenburg: