Vrienden! Uw altoos goedgemutste hoofdredacteur van de Portugal Post is op reis door Andalusië voor de bengels van GeenStijl maar is er toch in geslaagd om de paleistuinen van Alhambra een prachtig special voor u te maken, met een schitterende voorpublicatie van Portugal, stukje bij beetje, de nieuwe bestseller van mijn grote vriend Cees Groenewegen en ter afsluiting de vertrouwde medische rubriek van dokter Kildare.
Om maar even de uitgever van Cees te citeren:
“Een kleurrijke schets van Portugal in hapklare brokken. Doorspekt met anekdotes en ervaringen. Een ontspannen kennismaking met de meest westelijke uithoek van het Europese continent. Portugal wordt bewierookt maar ook ongegeneerd de maat genomen. Dit boek gaat over alles en soms over niets. Over eten en muziek. Over seks en belastingen. Over politiek en zon. Over details maar ook over grote lijnen. Het is geen reisgids maar eerder een karakterschets, die ook verschillen met Noord-Europa benoemt. En soms verklaart. Dit boek pretendeert geen volledigheid, maar er staat wel verrekte veel in! Lees het en je leert het bijzondere Portugal kennen. Een land waar bescheidenheid en trots op unieke wijze worden gecombineerd. Een land waar het leven best goed is.”
Het is stil geworden in Portugal sinds de dood van Gerrit Komrij en het vertrek van Heleen van Royen en Tessa de Loo maar gelukkig hebben nog één chroniqueur van de dagelijkse beslommeringen der Nederlandse expat in Lusitania.
Ik hoor u denken: ho ho ho, niet te bescheiden, Don Arturo, u heeft ons in uw vijfhonderd columns voor de Volkskrant toch ook een aardig inkijkje gegeven in dat prachtige Portugal en met name over uw Zwitserleven in de Algarve. Dat is waar. Maar u moet mij niet altijd serieus nemen hoor, want ik steek graag de draak met de trouwe lezer.
Ik ben niet bijster ordinair, maar toch zet daarom ik in de tweede helft van december dagelijks dezelfde kiek van mijzelf op Twitter en Facebook: half naakt, gebronzeerd, proostend met een glas bubbels op een zonovergoten strandterras in de Algarve en bij voorkeur omringd door een half dozijn stoeipoezen in bikini (als ik tenminste voldoende centjes bij me heb om de troostmeisjes te bezoldigen). Dan hoor ik vriend en vijand in de Lage Landen knarsetanden van jaloezie en machteloze woede en kraai ik van pret als een baby of een gek in een warm bad.
Ieder jaar krijg ik hetzelfde commentaar: “Wat ben je toch een mazzelaar, Tuurtje. Alles overkomt jou maar. Lekker de hele winter in het zonnetje zitten pimpelen. En wij maar ploeteren en belasting betalen in het ijskoude moeras dat Holland heet.” Na het zoet krijgt ik het zuur: “Doe eens wat aan je dikke pens, je lijkt Frans Timmermans wel. Of Bertje Koenders, met je man boobs. En pas maar op dat je geen huidkanker en levercirrose krijgt!” Nou moe, denk ik dan, ik sterf liever aan tanorexia dan dat ik doodvries. Bij de Arabieren is een vetschort een teken van welvaart en de drank is zo goedkoop in de Algarve dat ik niet ga zeuren over mijn lever perikelen. Cirrose hoort bij mijn vrolijke bacchanalen als drank bij Bonnie St. Claire en is net als couperose en geheugenverlies niks meer dan collateral damage.
Artikel gaat verder na afbeelding.
Mijn moedertje zaliger zou geroepen hebben: het is allemaal de kift, Tuurtje, ze gunnen je het licht in de ogen niet omdat jij lekker overwintert op die schitterende plek onder de zon en hullie niet. Zulks schrijf ik natuurlijk niet op, want rancune en verbittering zijn mij vreemd. Bovendien is bescheidenheid my middle name. Meestal reageer ik daarom hoffelijk en ingetogen en som ik geduldig alle voordelen van het overwinteren op: een vliegticket naar Faro kost in de winter een paar tientjes. De Algarve heeft vierduizend zonuren per jaar, eten en drinken kost er geen drol. Overal in de Algarve worden menu’s van zes euro aangeboden. Dat is inclusief soep, wijn, hoofdgerecht, salade, toetje en koffie.
Nog goedkoper is het buffet van de supermarktketen Intermarché. Regelmatig zag ik daar landgenoten tijdens het opscheppen stiekem eten in een plastic tas schuiven. Ik kan daar woedend over worden en eens brulde ik: “Moet ik even aan het personeel vragen of ze die zak met eten in de blender willen smijten om het vervolgens klismatig bij jelui in te brengen, stelletje vrekken?”
Het wemelt hier van de Nederlanders, dus je kan gewoon je moerstaal spreken. Voor Hollandse gezelligheid met kroketten, frikandellen en Coebergh met ijs ga je naar café Ed & Willem Bever in Monte Gordo en naar Atlantico in Quarteira, waar ze ook nog eens drop en hagelslag verkopen en waar ik graag naar wedstrijden van de Keuken Kampioen Divisie mag kijken, die daar live worden uitgezonden. Bovendien ligt in Atlantico altijd de leesmap op tafel met de Margriet, de Libelle, de Panorama en de Aktueel. Twaalf weken oud weliswaar, dus alle kruiswoordpuzzels zijn ingevuld en in de Panorama en de Aktueel ontbreken de pagina’s met de ondeugende foto’s en ik wil liever niet weten wat ome Henk of ome Kees daarmee doet in zijn sleurhut.
Overigens zijn de biertjes in die Nederlandse kroegen twee keer zo duur als bij de Portugees dus leg ik altijd een bodempje in vunzige visserskroegjes waar een pijpje Super Bock of Sagres slechts een eurootje kost. Als ik dan voldoende tipsy ben, strompel ik naar het Hollands feestcafé om de leesmap én de column van oom Rob Hoogland in De Telegraaf te lezen, gratis en voor niks.
Maar er is meer. De Nederlandse Club Algarve (NCA) organiseert hartstikke knusse, op Oudhollandsche leest geschoeide feestjes met zaklopen, koekhappen en toiletpottenwerpen. Iedere vrijdagmiddag kun je om 14.00 uren bridgen in het Klederdrachtmuseum van São Brás de Alportel. Des zondags kunnen vrome kloten naar Nederlandstalige kerkdiensten in bijvoorbeeld Albufeira. De diensten in het Sodom en Gomorra van de Algarve worden gehouden in Hotel Brisa Sol en in de Flashback Bar.
Albufeira is handig qua Frühschoppen: vanwege het contingent Engelsen houden veel pubs al om elf uur ’s ochtends happy hour, het hele jaar rond. De meeste Nederlanders kennen de Oostenrijkse variant van Frühschoppen: men bezoekt eerst de zondagse mis en daarna wordt onder het genot van bier en wijn een stevige maaltijd genuttigd met streekproducten, zoals huisgemaakte worsten, spek, jams, taarten, brood aangevuld met likeuren en schnaps. Ik ga regelmatig Frühschoppen in Albufeira maar sla dan kerk en eten over.
Een niet onbelangrijk feitje over de Algarve: er is nauwelijks misdaad. Overwinteren in de Algarve is kortom één groot feest met voor elk wat wils. Wie wil er nou niet overwinteren bij mij? Koop dat ticket van dertig eurootjes naar Faro dan, schrijf ik regelmatig op mijn Facebookwandje en op Twitter. Vervolgens kruipt de aap uit de mouw van de thuisblijvers: “Ja maar, ik moet naar het kerstdiner van mijn ouders en op Tweede Kerstdag moet ik met Jantien naar haar ouders in Bodegraven. En op Derde Kerstdag zing ik met ons koor in bejaardentehuis Avondrood in Dronten-West.”
En dat zijn dan nog de gelukkigen wier ouders niet gescheiden zijn. Ik ken stellen die vier keer moeten gourmetten of kaasfonduen of steengrillen met de Kerst omdat alle ouders een nieuwe partner hebben. Het is het jaarlijks terugkerend drama: wat doen we voor, tijdens en na de donkere dagen voor Kerstmis? Hoe vermijden we dit jaar een extreem bloederige familicide? Mijn motto is: wegwezen. Overwinteren is overleven.
Het is heus niet alles goud wat er blinkt in de Algarve. Zo kan het hier steenkoud zijn. De traditionele huizen zijn nauwelijks te verwarmen. De meeste cafés en restaurants hebben geen kachel. Algarvianen, toch al niet de uitvinders van de gezelligheid, eten gewoon met hun jas aan en de sjaal om in een door tl-buizen verlichte tent. Ik woon aan het strand en dat is geen pretje zodra de zon ondergaat, bij een luchtvochtigheid van negentig procent. Ik hoest me de longen uit het lijf (en dat komt echt niet door de drie pakjes Chesterfield per dag), de verf krult van de muren en alles is kletsnat, doorweekt en klam ’s morgens, inclusief mijn hele garderobe in mijn inloopkast.
Zodra het stormt en regent en onwedert in de Algarve, ga ik met mijn drie hondjes puur voor de lol parkeerplaatsen voor campers inspecteren. Daar zitten de snowbirds dan, meesmuilend en mokkend te patiencen in hun sleurhut op de parkeerplaats van de Aldi en de Lidl. Met mijn gele oliejas, lieslaarzen en een zuidwester (de lezer moet daar een vleeshaak bij fantaseren) jaag ik ze de stuipen op het lijf. Niemand in de Algarve houdt van de overwinterende camperaars en de Portugezen zijn dolblij als ze massaal terugreizen naar Nederland, zo tegen Pasen.
Maar goed, ik heb alweer genoeg over mijzelf gezeverd en laat ik het woord geven aan Cees Groenewegen. Ik heb drie fragmenten uit zijn bestseller voor u gekozen, over themata die u zeker zullen aanspreken! En na Cees is uw vertrouwde dr. Kildare er weer met een probleem dat menige Hollander in zuid-Europa zal aanspreken.
Artikel gaat verder na afbeedling.
Nederlanders voelen zich al snel bekocht. Minder belangrijk dan de eigenlijke prijs is het gevoel niet bedonderd te zijn. Zolang de Nederlander maar denkt het onderste uit de kan te hebben geschraapt, is zij of hij gelukkig. De Portugese makelaarscourtage van 5% wordt als diefstal opgevat want thuis betalen we immers maar een procent of twee. Dat zijn inderdaad de kale feiten.
Maar we moeten ons wel realiseren dat in de internationale vergelijking Nederland de uitzondering is, niet Portugal. Hoe houdt die Nederlandse makelaar die zo weinig verdient dan het hoofd boven water? Door daadwerkelijk van alles en nog wat door te belasten. In Nederland begin je al te betalen voor het adviesgesprek, vervolgens voor de fotoreportage, daarna voor de publicaties op de website, natuurlijk ook voor het afdrukken in het makelaarsblaadje en dat iedere maand weer. Lukt de verkoop niet, dan zie je dat geld nooit meer terug. En als de verkoop wel eindelijk is geschied dan trekt de makelaar er vliegensvlug zijn handen vanaf. De kersverse huiseigenaar mag het allemaal verder zelf oplossen.
Artikel gaat verder na afbeelding.
De Portugese makelaar gaat met je mee naar de notaris. De Nederlandse makelaar weet niet eens waar de notaris kantoor houdt. Laat staan dat zij of hij je helpt bij alle bureaucratische rompslomp die het kopen of verkopen van een huis nu eenmaal met zich meebrengt. Nu is de een handiger dan de ander natuurlijk, maar het blijft fijn als een ervaren makelaar de contracten voor waterlevering en elektralevering op jouw naam laat overzetten. En met je meegaat naar de notaris om alles uit te leggen en te vertalen.
In de top tien van moeilijkst te vertalen woorden in de gehele wereld staat het Portugese ‘saudade’ op de zevende plaats, net onder het Nederlandse ‘gezellig’ (plaats zes). Het zijn begrippen die je langzaam gaat begrijpen naarmate je de taal steeds beter beheerst. Saudade is een mix van heimwee en verlangen met melancholie en weemoed. Er moet dus iets zijn wat er niet is. Niet meer of gewoon op dat moment even niet. Het is een gevoel dat je kunt hebben voor een overleden vriend maar ook voor een frikandel. In verschillende gradaties natuurlijk. Het heeft vaak ook met omstandigheden te maken. Lang liep ik in Portugal eens per week langs een tent waar ik een frikandel kon kopen, op zo’n lekker zacht wit broodje met een dikke klodder mayonaise. Nooit heb ik het gedaan. Ik liep met mijn basgitaarkoffer in de hand naar een concert en voelde me Portugees onder de Portugezen. Maar als ik dan een paar maanden later op familiebezoek ging in Nederland dan liet de gedachte aan zo’n frikandel me vanaf de landing niet meer los. Ik weet uit ervaring dat op een modern vliegveld van allerlei lekkers te verkrijgen is maar een doodnormale oer-Hollandse frikandel niet. Na de landing zo snel mogelijk de snelweg verlaten dus, op zoek naar een friettent. Saudade, beter kan ik het niet uitleggen.
Als Nederlander heb je in Portugal een enorm voordeel: het nationale gezondheidssysteem behandelt je net zoals een Portugese burger. En dat is best goed en vrijwel gratis. In Portugal is de gezondheidszorg namelijk nog steeds een staatsaangelegenheid. De staat heeft gezondheidscentra (‘centros de saúde’) door het gehele land evenals ziekenhuizen. Iedere Portugees kan daar een beroep op doen tegen een kleine eigen bijdrage. Denk aan een euro of vijf voor een doktersafspraak of een röntgenfoto. Engelsen waren dat thuis ook gewend en hebben dus decennialang in Portugal geleefd zonder een ziektekostenverzekering af te sluiten. Tot Brexit natuurlijk, toen was dat voorbij.
Nederlanders zijn zo gewend geraakt aan het afsluiten van een ziektekostenverzekering dat ze die ofwel aanhielden, ofwel er in Portugal eentje afsloten. Nu heeft dat ook wel voordelen. Naast het het hele stelsel van staatsgezondheidszorg is er namelijk ook nog een hele serie privéklinieken, privéartsen en privéziekenhuizen. Daar kun je ook terecht, mits je betaalt. Dat betekent geen of nauwelijks wachtlijsten en volgens sommigen ook een betere behandeling.
Ik denk dat het heel erg afhangt van wat er aan de hand is. Ik ken een Engelsman die een kankerbehandeling heeft gehad in het nationale gezondheidssysteem en daar bijzonder goed over te spreken is. Mijn buurman heeft zijn heup gebroken en is ook prima behandeld in het staatsziekenhuis. Maar natuurlijk halen de berichten over bomvolle ziekenzalen en patiënten in de gangen soms het journaal. Nogal wat mensen sluiten daarom een ziektekostenverzekering als vangnet af. Dan gebruik je in eerste instantie gewoon de staatsgezondheidszorg, maar als je wilt kun je zo overstappen. Dat kost je op dat moment dan vaak een dikke eigen bijdrage maar daartegenover staat dat je de overige maanden niet al te duur uit bent geweest. Al met al ben ik voor mijn maandelijkse ziektekostenverzekering veel minder kwijt dan in Nederland en word ik eerder beter dan slechter behandeld. Of het systeem op de lange termijn houdbaar zal zijn, is de grote vraag.
Ik hoop dat u hebt genoten van deze exclusieve voorpublicatie! En nu we het toch over dokters hebben: hier is de enige echte dokter Kildare, uw medische steun en toeverlaat in de Algarve.
Artikel gaat verder na afbeelding.
Bom Dia beste TPO-fans en ander olijk lezersvolk!
Om maar met de deur en geur in huis te vallen, amigas en amigos, het was me het weekje wel!
Uw immer bemind en gezwind van hot naar her laverende doutore dr. James trok uitgebreid ten strijde tegen buikgriep, buikloop, de dunne, poeperij, racekak, rees, schijterij, spuitpoep, dun door de broek lopen en secreet van soortgelijke constitutie. Alsof het in de lucht zat!
Zoals u bekend, noemen we bovengenoemde gesel ‘diarree’. Het woord bestaat uit de twee uit het Grieks vertaalde woorden ‘dia’ (door) en ‘rhee’ (loop). Doorloop dus.
Nou beste strandlezers en terrasplakkers, een betere benaming had niemand kunnen bedenken, want als het in de Algarve begint ‘door’ te lopen, dan loopt het ongeëvenaard door!
Diarree kan grofweg in twee soorten worden onderverdeeld, de chronische en de acute vorm, waarbij de acute zonder twijfel de mooiste verhalen en actiefste lachspieren oplevert natuurlijk! Het mishagen wordt meestal veroorzaakt door een geïrriteerd of ontstoken darmstelsel waardoor er te weinig vocht uit de ontlasting wordt gehaald en het dus waterig uitscheidt.
De Portugese zon, zee en strand bezoekers met een chronische vorm (b.v. ziekte van Crohn) leven natuurlijk al langer met het probleem en kunnen dat meestal goed handelen. Acute aanvallen is een heel ander en zéér veel voorkomend lastig ongemak en ongerief.
‘Normale’ acute diarree kan zowel een virale (norovirus en andeen) als bacteriële (salmonella, e-coli en anderen) oorzaak hebben en daarnaast het (tijdelijke) gevolg zijn van medicijngebruik zoals antibiotica. Maar ook het ‘andere’ eten in den vreemde, bijvoorbeeld de olijfolie of een allergie, kan een oorzaak zijn.
U kunt zich voorstellen dat uw médico de férias vaak met spoed wordt gemaand om door middel van de één of andere medicamenteuze wonderpil stante pede een eind aan het ongemak te maken zodat het actieve lustleven weer als vanouds kan worden hervat.
En juist dat, beste lezers, heeft niét de voorkeur bij acute diarree, om de simpele reden dat de vaak parasitaire veroorzaker die zich in de darmen heeft genesteld, letterlijk ‘uitgespoeld’ dient worden. Lekker laten doorlopen dus en de indringer richting plee spoelen (‘plee’ is overigens niet ordinair zoals vaak gedacht, maar een woord uit adellijke omgeving).
En dat, ondanks de accessoir frequente wc-zit en het node gemis aan terrasbezoek met stoere verhalen over vroeger én uiteraard het nuttigen van de nodige alcoholische versnaperingen aldaar!
De beste remedie blijft dan ook uitzieken, waarbij, zeker bij ouderen, veel gedronken moet worden om uitdroging te voorkomen. Overigens is daar een goede en eenvoudige test voor. Zolang uw zweet zilt smaakt (lik aan uw transpiratie) is er niets aan de hand, is dat niet meer zo dient u actie te ondernemen door bijvoorbeeld ORS (rehydratie) in te nemen! Drinken (en niet de alcoholische vorm) is eerste advies en noodzaak!
Opmerkingen zoals ‘had ik maar een kurk dokter, hahaha’ toveren al lang geen glimlach meer bij de dokter, beste vrienden, integendeel, humor van die strekking wordt steevast afgestraft met een extra week alcoholverbod! En dan is het ‘hahaha’ snel verdwenen en komt de glimlach bij uw zonnige genezer lieve lezers! Zeker als de echtgenote dat verbod nog eens met stelligheid herhaalt richting lijdend voorwerp! ‘Hahaha’!
Overigens is de oorzaak van buikloop niet zelden te danken aan de gebrandmerkte zuunigheid van de overwinterbejaarden zelf. Want van Groningers tot en met ‘ons bent zuunig’ Zeeuwen hebben de herberg overwinteraars vaak de ‘slimheid’ om tijdens het ontbijt een (uiteraard gratis) lunchpakket aan te maken (lees: stelen) voor onderweg op de fiets!.
Voor de weldenkenden onder u zal het duidelijk zijn dat het tijdens het ontbijt gemaakte bammetje met ham en kaas zichzelf onder Algarviaanse temperaturen al snel omtovert tot een bommetje salmonella beste glimlachers, en de rest kunt u raden, de excrementen passeren de darmkronkels sneller dan Max zijn bochten neemt! Karma!
Uw geneesheer heeft zich overigens lange tijd afgevraagd waarom de overwintermeute altijd voorzien is van heuptasjes rondom hun korte broek (die steevast begint onder de oksels en eindigt onder de knie). Nou dat bleek een praktisch doel, dat heuptasje is namelijk gevuld met een halve rol wc-papier op een bedje van vochtige Zwitsal babybillendoekjes. Goed idee natuurlijk als je plots de natuur in moet om een cactusvrij (hoeft geen betoog) plekje te zoeken en te voorkomen dat je je benen moet wassen. Dan is het natuurlijk fijn dat je je Aldi wc-rol-uit-de-aanbieding bij je hebt in plaats van bladeren van de Alfarroba (Johannesbrood)boom of enig ander groen te moeten gebruiken die daarvoor niet bedoeld zijn.
Maar, hoor ik u vragen, waarvoor dan die vochtige billendoekjes onderin dat tasje beste médico? Ik noemde al het gezegde ‘dun door de broek lopen’ trouwe lezers en dat is geen grap! Integendeel, zelfs een Jansen en Tilanus is niet tegen het ‘dun doorlopen’ bestand! En dan is het toch fijn dat het huurfietszadel even wordt gereinigd met zo’n vochtig babybillendoekje nietwaar?
Hou dié vrolijke gedachte vast als u weer eens een fiets huurt in zonnig Algarve vakantiegebied beminde reiziger!
Até o próximo domingo queridos leitores!
Uw dokter James Kildare!
P.S.
Komt een dokter bij een patiënt met geweldige buikloop en geeft de beste man een paar pillen om de nood te slechten. Bij thuiskomst ontdekt de dokter dat hij per ongeluk Valiumpillen heeft gegeven!
Dus gebeld naar patiënt met de vraag hoe hij zich voelt! Krijgt hij als antwoord met dubbele tong: “Geweldig dokter, ik heb nooit geweten dat het zo’n rustgevend gevoel geeft als de diarree langs je benen druipt, tussen je tenen sijpelt en over je schoenen loopt!”
Lees meer van De Portugal Post: