Door: Jan Omvlee, TPO- Er is volgens de Raad van State geen sprake geweest van financieel wanbeheer bij he Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam, dat schrijft NRC. De Raad gaat hiermee in tegen een oordeel uit 2019 van toenmalig minister voor Onderwijs Arie Slob (ChristenUnie). Slob had het bestuur van het Haga Lyceum opgedragen om af te treden, na een rapport van de Onderwijsinspectie.
De school kwam in 2019 vaker slecht in het nieuws, met zelfs een waarschuwing van de AIVD aan burgemeester Halsema. Het Haga zou mogelijk ruimte bieden aan extremistische opvattingen. Ook die verdenking werd later teruggeschaald.
Het Haga Lyceum is een islamitische middelbare school. De toenmalig directeur van de school, Soner Atasoy, zou volgens de Onderwijsinspectie verantwoordelijk zijn geweest voor wanbeheer. Het bestuur, inclusief Atasoy, moest van minister Slob weggestuurd worden, anders zou er gekort worden op de overheidssubsidie. Het Haga ging naar de rechter, en die bepaalde dat Slob onvoldoende reden had voor de zware maatregel.
Atasoy bleef nog een jaar directeur, maar werd uiteindelijk toch ontslagen na een intern conflict met het schoolbestuur. Wel bleef een deel van het overheidsoordeel over zijn wanbeheer staan, tot nu dan.
Ook die laatste aantijgingen van wanbeleid zijn volgens de Raad van State ongegrond. Atasoy zou zichzelf verrijkt hebben met een bedrag van bijna 25.000 euro, maar daar blijkt achteraf niets van waar te zijn. Volgens de Raad ging het om een terechte onkostenvergoeding die Atasoy kreeg voor kosten die hij maakte in de aanloop naar de opening van de school. Alle uitgaven en vergoedingen van de schoolleiding lijken te onderbouwen met facturen.