Redactie, 3 februari 2025 – Met deze laatste subsidieronde wil het ministerie nog eens 1 miljoen leerlingen extra ondersteunen. Het uiteindelijke doel is om 95 procent van alle leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs te bereiken om zo de basisvaardigheden van zoveel mogelijk kinderen te versterken.
Voor deze vierde en tevens laatste subsidieronde is een bedrag van 512 miljoen euro beschikbaar, wat neerkomt op 615 euro per leerling. Scholen die nog niet eerder subsidie uit het Masterplan basisvaardigheden hebben ontvangen, kunnen hier gebruik van maken.
De subsidie kan worden ingezet voor verschillende doeleinden, zoals trainingen voor leraren, het aanstellen van een taal- of rekencoördinator, de aanschaf van specifieke leermiddelen of extra lessen in taal en rekenen. Scholen met een ‘zeer zwak’ of ‘onvoldoende’ oordeel van de Inspectie van het Onderwijs worden actief benaderd om een aanvraag in te dienen.
Volgens de laatste voortgangsrapportage van het Masterplan basisvaardigheden laten veel scholen, met name in het primair onderwijs, al vooruitgang zien in de leerprestaties van hun leerlingen. Toch blijft er een dringende behoefte om de basisvaardigheden verder te verbeteren, vooral in het voortgezet onderwijs.
Vanaf 1 januari 2027 wordt de subsidie vervangen door een nieuwe vorm van financiering: de gerichte bekostiging. Hiermee krijgen alle scholen in het primair en voortgezet onderwijs automatisch geld voor het verbeteren van basisvaardigheden. Dit bespaart scholen tijd en administratieve lasten, omdat een aanvraag niet meer nodig is.
Het wetsvoorstel voor de gerichte bekostiging is onlangs in consultatie gegaan. Na vijf jaar wordt geëvalueerd of deze vorm van financiering moet worden verlengd of kan worden opgenomen in de reguliere bekostiging. Staatssecretaris Paul benadrukt dat deze aanpak ervoor zorgt dat het geld daadwerkelijk wordt besteed aan het versterken van de basisvaardigheden.
De gerichte bekostiging draagt ook bij aan het terugdringen van het aantal losse subsidies voor scholen, zoals afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord van het kabinet. Tegelijkertijd wordt samen met het onderwijsveld bekeken hoe verdere vereenvoudiging mogelijk is.
In sommige gevallen blijven tijdelijke subsidies noodzakelijk om specifieke groepen scholen extra ondersteuning te bieden.
Bron: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)