Een paus die opstapt. Dat is maar één keer eerder gebeurd. Pausen horen te sterven in het harnas. Maar Joseph Ratzinger weet als geen ander wat de gevolgen daarvan kunnen zijn. Hij is immers getuige geweest van het veel te lange pontificaat van Karol Wojtyla.
De Poolse paus die overduidelijk op veel te jonge leeftijd tot paus werd verkozen. Wojtyla heeft een cruciale bijdrage geleverd aan de val van het Oostblok, en de wederopleving van de kerk in Oost-Europa. Maar daarnaast heeft hij, vanwege zijn jonge leeftijd, een veel te groot stempel kunnen drukken op de kerk. Vrijwel iedereen die nu in functie is, wat voor functie dan ook, heeft zijn benoeming (of ‘creatie’, zoals dat heet bij bisschoppen) aan Johannes Paulus II te danken. De Pool was een enthousiast vereerder van Maria, was in politieke en morele kwesties aartsconservatief en bovendien geloofde hij heilig in de heilzame werking van het scheppen van zoveel mogelijk heiligen.
Onder Johannes’ pontificaat werden de oude strenge regels daarvoor aanmerkelijk opgerekt, zodat tegenwoordig een enkel gerucht van een wonder al voldoende is om de machinerie tot heiligverklaring in werking te kunnen zetten. Leuk voor hen die dromen van de goeie ouwe tijden, maar op de buitenwacht maakte dit alles een volstrekt anachronistische indruk. En hij ging maar door. Omdat Karol maar blééf zitten, konden zijn persoonlijke opvattingen de kerk tot op alle niveaus doordringen. En daar kwam bij dat Johannes Paulus de laatste jaren van zijn leven vrijwel niet meer aanspreekbaar was, waardoor het hele katholieke apparaat ontregeld raakte. Cruciale beslissingen bleven liggen. De Kerk zakte ineen. Tot hij in het harnas stierf.
Ratzinger leek een uitstekende opvolger. Theologisch ook een conservatief; bijzonder bang voor homoseksualiteit, dat hij beschouwt als een duivels, anti-kerkeljk complot; maar opgegroeid in het Vaticaan, dus uitstekend op de hoogte van wat er daar allemaal speelt – of kan spelen. Maar juist dat Vaticaan deed hem de das om. Schandaal volgde op schandaal. Met name de recente commotie rond zijn persoonlijk secretaris die documenten achterover bleek te drukken, heeft, zo zeggen ingewijden, zijn geest gebroken. En daar kwam bij dat hij qua gezondheid de laatste jaren ernstig achteruit is gekacheld. Ratzinger wist dat hij geen greep had op de Vaticaanse bureaucratie – en dat hij dezelfde via dolorosa dreigde te gaan als Johannes Paulus II. En dat terwijl de kerk nog maar nauwelijks een beetje hersteld is van de verstarring onder JPII. Hoog tijd voor een generatiewisseling , moet Ratzinger hebben gedacht. Voordat ik hier met mijn zwakke beentjes en kruipende dementie de Kerk nog tien jaar op stilstand zet. En hij nam het moedigste besluit dat een paus ook maar zou kunnen bedenken.
Wie het wordt? Een Italiaan, ongetwijfeld. Een hoogbejaarde Italiaanse bisschop. Na het veel te lange pontificaat van Johannes Paulus II, en dit mislukte pontificaat van Ratzinger, is het weer hoog tijd voor iemand die weet hoe in Italië zaken worden gedaan – en die op tijd vertrekt.