Begin jaren ’70 werd de Nederlandse film gedomineerd door Scorpio Films, het productiebedrijf van Pim de la Parra en Wim Verstappen. Met Blue Movie (1971) zetten ze zich onuitwisbaar op de kaart. De erotische film met Carry Tefsen en de eind vorig jaar op 88-jarige leeftijd overleden Kees Brusse werd een enorm succes en bracht een hoop geld in het laatje. Met dat geld besloten De la Parra en Verstappen meer persoonlijke films te financieren. En zo maakte Verstappen in 1974 onze Fijne Filmklassieker van deze week: de vliegeniersfilm Dakota, met opnieuw een hoofdrol voor Brusse.
De opnames werden geplaagd door onenigheden. Cameraman Jan de Bont had destijds een relatie met Monique van de Ven, die een belangrijke rol had in de film. Nadat het filmen van een peperduur shot waarin Van de Ven op waterski’s staat drie uur kostte om te draaien, raakte de toch al bemoeilijkte werkrelatie tussen De Bont en Verstappen op een breekpunt. De Bont werd ontslagen en vertrok, samen met Van den Ven, naar Nederland. De laatste zou uiteindelijk nog een schadeclaim aan haar broek krijgen, omdat ze weigerde terug te komen en Verstappen daarmee dwong zijn script nagenoeg volledig te herschrijven.
