Het Kabinet heeft de belofte gebroken dat Somalische piraten alleen vroegtijdig zouden worden vrijgelaten als ze vervolgens Nederland zouden verlaten. Vrijdag werden drie piraten vrijgelaten en vervolgens in vreemdelingenbewaring geplaatst om daar hun asielaanvraag af te wachten. Dat staat haaks op uitspraken van minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) in december 2012. PVV-Kamerlid Sietse Fritsma wil nu opheldering van Opstelten.
De drie hebben twee derde deel van hun gevangenisstraf uitgezeten en kwamen daarom in aanmerking voor voorwaardelijke vrijlating. Opstelten schreef echter op woensdag 5 december 2012 aan de Tweede Kamer:
“Aan betrokkenen kan (-) strafonderbreking worden verleend na ommekomst van twee derde van de opgelegde gevangenisstraf, indien de vreemdeling Nederland aantoonbaar verlaat en niet terugkeert.”
Fritsma wil nu dat Opstelten zijn belofte gestand doet en piraten ‘per onmiddelijke ingang’ de rest van hun straf laat uitzitten.
De drie piraten maakten deel uit van een groep van in totaal negen Somaliërs die op 21 maart in hoger beroep werden veroordeeld tot 4,5 jaar cel. Zij maakten zich in april 2011 in de Indische Oceaan bij Somalië schuldig aan piraterij. Nederlandse mariniers pakten de negen toen na een schotenwisseling op. Bij deze actie werden twee piraten gedood. Omdat volgens het hof dat hen veroordeelde, niet meer was vast te stellen wie er precies verantwoordelijk voor het schietincident was, zijn de piraten voor die beschuldiging vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Daarom vielen hun straffen veel lager uit dan de door het Openbaar Ministerie geëiste 10 jaar cel.
Overigen schreef Opstelten in 2012 ana de Kamer dat hij geen reden ziet tot asiel voor Somalische piraten. Volgens hem ligt het in de lijn der verwachting dat asielaanvragen worden afgewezen op grond van artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag. Daarnaast wordt een asielaanvraag ook afgewezen wanneer betrokkene veroordeeld is tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden of meer.