Op 16 juli 1945 werd in New Mexico de eerste atoombom tot ontploffing gebracht. 75 jaar later hebben slechts acht landen nucleaire wapens, althans volgens de officiële verklaringen. Diplomaten zullen dit een groot succes vinden van het non-proliferatieverdrag. Daar schuilt een zekere naïviteit in: de fabricage van nucleaire wapens is zo immens ingewikkeld en kostbaar dat slechts weinig landen in staat waren die wapens te maken. Dit kan veranderen omdat ook in ontwikkelingslanden de industrialisatie voortgang boekt en de technologie is een vorm van open source software geworden die voor iedereen toegankelijk is en waarmee experimenten gesimuleerd kunnen worden. Na Noord-Korea, Pakistan en op korte termijn Iran, zullen meer landen volgen. Ik voeg hier Israël niet bij omdat al te duidelijk is dat dit land over atoomwapens moest beschikken, anders was Israël al lang van de kaart geveegd. In de eerder genoemde landen is de bevolking uiterst arm, terwijl Israël een bloeiende en welvarende democratie is die slechts uit zelfverdediging tot militaire actie overgaat.
De fabricage van nucleaire wapen is een traag en expensief proces dat een groot industrieel complex vereist. Het noodzakelijke materiaal moet beschikbaar zijn alsook de expertise. Daarom is detecteren door andere landen van de fabricage vrij makkelijk. Het non-proliferatieverdrag heeft gewerkt dankzij moeilijk te overbruggen problemen in de fabricage. Zo’n verdrag wordt moeilijker als het materiaal voor kernfusie door nieuwe technologieën makkelijker beschikbaar zou zijn, maar hiervoor zijn niettemin duizenden centrifuges, meerdere reactoren en tientallen deeltjesversnellers nodig. Ook hier gaat het om apparaten die extreem ingewikkeld zijn. Het gevaar zit hem in de fabricage die is toegestaan voor wetenschappelijk onderzoek of voor medische isotopen. Overdracht van de technologie naar het maken van kernwapens wordt hierdoor vergemakkelijkt. Hetzelfde geldt voor kernreactoren die gebruikt worden voor energieopwekking waarmee plutonium kan worden geproduceerd.
Het gaat mij hier niet om de technische details. Feit is dat landen als Noord-Korea, Pakistan en wellicht ook Iran beschikken over kernwapens. Andere landen kunnen zeker volgen. Volgens Khaled Talaat, onderzoeker in de nucleaire wetenschappen aan de universiteit van New Mexico, moeten we in de 21ste eeuw tegelijkertijd politieke en technologische middelen gebruiken om verdere proliferatie van kernwapens tegen te gaan. Er zijn veel landen die in staat zijn om die wapens te maken en zich toch houden aan de internationale afspraken. Talaat: “Beperking van de proliferatie start met een effectieve politiek, oplossen van conflicten en met veiligheidsgaranties zodat de vraag naar kernwapens afneemt”.
Hiermee kom ik bij de kern van mijn verhaal. Er zijn landen, of liever: er zijn politici, die uit machtswellust conflicthaarden het liefst in stand houden en die lak hebben aan internationale afspraken. Deze politici willen hun macht behouden door het volk arm te houden en tot haat tegenover vermeende vijanden op te zwepen. Dit geldt in het bijzonder en vrijwel uitsluitend voor landen in het Midden-Oosten. Hamas wil helemaal niet dat er vrede en welvaart komt in de Gazastrook. Hezbollah wil niet dat Libanon opnieuw de parel van het Midden-Oosten wordt, zoals in de jaren 60 toen de christenen nog niet massaal gevlucht waren en door de massale komst van moslims uit Jordanië tot een minderheid herleid werden. Iran wil helemaal geen vrede in Syrië of in Irak. Indien die machthebbers het wel zouden willen dan zouden ze al lang vrede hebben gesloten met Israël zodat dankzij de kracht en de technologie van dit land het gehele Midden-Oosten welvarend zou worden. Dat mag echter niet want in de Koran staat dat de joden gedood moeten worden en dat is voor de machthebbers hét excuus om de massa in een cyclus van haat te houden. Dit is de ergste vorm van misbruik van religie. Als Allah toelaat dat mensen worden gedood voor hun overtuigingen dan gaat dit in tegen het heiligste morele principe. Dan liever de barmhartige God van de christenen en de joden.
Wat in de Koran staat is een doorslaggevend argument om islamitische landen te verbieden over atoomwapens te beschikken. De islam is een triomfalistische religie die uit is op wereldoverheersing. Het Westen moet hier absoluut een sterke vuist maken omdat anders de ellende niet te overzien zal zijn. Het is onverantwoord dat onze regeringsleiders toelaten dat islamitische landen beschikken over atoomwapens. Stel dat een Europese stad met een atoombom wordt vernietigd en dat meerdere steden hetzelfde lot zullen ondergaan tenzij we ons en masse onderwerpen aan de islam. Dat is de natte droom van de moellahs. Dit scenario is niet zo onwaarschijnlijk als het lijkt want de Europese legers stellen niet veel voor.
Wat zou een sterke vuist tegen dit immense gevaar kunnen betekenen? Het gaat niet om de Palestijnen, de Libanezen of de Iraniërs. De overgrote meerderheid van de volkeren in het Midden-Oosten wil het liefst in vrede, welzijn en welvaart leven. De meesten werken hard om hun gezin te onderhouden, willen hun steentje bijdragen aan een rechtvaardig beleid en willen goede buren zijn met andere landen, ja ook met Israël (waar de Palestijnen terecht kunnen voor uitstekende medische verzorging). Het probleem zit hem in de corrupte machthebbers die een enorm deel van het nationaal inkomen besteden aan bewapening terwijl de bevolking honger lijdt. Deze machthebbers kunnen we niet vergelijken met wat in beschaafde landen het geval is. Deze machthebbers sturen in ambulances militairen naar het slagveld en terroristen naar de plek waar een zelfmoordaanslag moet worden gepleegd. Deze machthebbers plaatsen raketinstallaties naast scholen en ziekenhuizen. Deze machthebbers hebben in Iran ambassadepersoneel gegijzeld, wat tegen elke fatsoensnorm is en ze zijn er nog trots op ook. Deze machthebbers vermoorden elke moslim die als politicus voor een gematigd beleid kiest, een geschiedenis die zich in Libanon voortdurend herhaalt. Deze machthebbers verzetten zich tegen repatriëring van criminele landgenoten.
Moeten we met deze onbeschaafde schurken zaken doen? Hoe kunnen we de goedwillende moslims redden uit de klauwen van hun tirannen? Mogen die schurken hun vertegenwoordigers afvaardigen in internationale organisaties? In de 21ste eeuw komt er zoveel op ons af (pandemieën, klimaatverandering, niet meer af te betalen staatsschulden…) dat het onverantwoord is om de schurken vrij spel te geven. Veel spanningen worden nu al zichtbaar en die kunnen escaleren. Zelfs in westerse landen wordt het steeds moeilijker om massa’s opstandige burgers in toom te houden
Tot in de verste uithoeken van de wereld moeten immorele politici aan de schandpaal genageld worden. Toegang tot beschaafde landen moet hen worden geweigerd. Zij kunnen geen gebruik maken van financiële diensten. Er wordt gezorgd dat ze volkomen geïsoleerd raken en via de sociale media worden hun wandaden continu openbaar gemaakt. Het argument dat we met hen in gesprek moeten blijven om nog enige invloed te kunnen uitoefenen gaat niet op. Het gaat hier om leven en dood en om bevrijding van volkeren die in verschrikkelijke omstandigheden onder tirannie moeten leven. Gesprekken met die lieden schuiven de oplossing steeds verder weg. De Verenigde Naties promoten helemaal niet de vrede in de wereld want de tirannen krijgen er een te belangrijke stem. Westerse politici die deze machthebbers een platform geven alsof ze serieus genomen moeten worden zijn medeplichtig aan de grofste schending van de mensenrechten. Met de duivel is het beter geen zaken doen.