Column

De schapen, ach de schapen

27-04-2010 12:00

In een tijdsbestek van nog geen halfuur, werd Geert Wilders zondagavond in Zembla vergeleken met de nazi’s én de oorlogsmisdadigers uit het Joegoslavië van begin jaren ’90. Ach, de schapen! Gezien de reacties op Twitter, was ik niet de enige die de aflevering tendentieus en dom vond. Twitteraars, van Femke Halsema tot Wouke van Scherrenburg, spraken zich uit.

Kees Driehuis (eindredacteurschaap van Zembla), lichtte een dag later op Radio 1 toe waarom hij de ophef niet begreep. ‘Wij zetten alleen de feiten op een rij en vergelijken deze met andere (historische) feiten’. Dit staat de redactie van Zembla uiteraard vrij. Intelligent is echter anders. Zij pleegt namelijk een Godwin. Essentie: in iedere discussie trekt uiteindelijk altijd wel iemand de vergelijking met de nazi’s en die vergelijking leidt tot een automatische nederlaag in de discussie. Tot zover de geloofwaardigheid van Zembla.

Smakeloos
Elke serieus te nemen historicus, socioloog of antropoloog, zal beamen dat dergelijke verwijzingen per definitie mank gaan. De door Zembla uitgebreid aan het woord gelaten Ton Zwaan, valt dan ook niet onder die categorie. Ik heb les gehad van ‘genocide-expert’ Zwaan. Dat waren interessante (politieke) verhandelingen van een man met zeer veel feitenkennis. Met wetenschap had het vaak echter weinig te maken. Zodra docenten aan de universiteit dingen gaan zeggen als: ‘Ik hoop dat ik kan helpen Milosevic onder de tram te krijgen waar hij wat mij betreft onder hoort’, moet je de deur uitlopen en een goed boek gaan lezen. Je mag zoiets vinden, je mag zoiets zeggen, maar je mag het nooit verkopen als wetenschap. Het is een smakeloze vorm van opinie. Ditzelfde geldt voor de Godwin.

‘Maar’, hoor ik de schapen denken, ‘wat is er dan mis met een lekkere Godwin op zijn tijd?’  Ten eerste komt hij voort uit een technische redeneerfout. Omdat de (sociaal-historische) context onvergelijkbaar is, is een vergelijking met willekeurig welk historisch fenomeen in beginsel al kortzichtig. Door te stellen dat iemands retoriek ‘doet denken aan…’ insinueer je dat de gevolgen ervan ‘ook wel eens…’ Daarmee wordt een element uit iemands discours gelicht, om een 1 op 1 vergelijking te kunnen maken met een ander (discutabel) discours. Maar doordat de verschillen achterwege worden gelaten, ontstaat een eenzijdig beeld. Zo is Wilders een verklaard liefhebber van Israël en ziet hij ‘de Joden’ als belangrijke medestander. Nu is het natuurlijk best denkbaar dat iemand een pro-Joodse variant op de nazi-ideologie verzint, maar het voorbeeld laat wel zien dat belangrijke verschillen bij deze vergelijking achterwege worden gelaten. Bovendien kan uit de retoriek van vrijwel alle politici wel een analogie met dubieuze figuren worden gehaald.

Bovendien is het een retorisch trucje. Afgezien van de vraag of angst voor rassenrellen of iets dergelijks als gevolg van een verschijnsel als Wilders reëel is, vervuilt het de discussie. Zodra iemand een dergelijk predicaat opgeplakt krijgt, maakt het hem/haar namelijk inherent moreel discutabel. En aangezien die betiteling niet rechtstreeks voortkomt uit een inhoudelijk oordeel, maar veeleer uit een vergelijking met Het Grote Kwaad, betreft het dus een vorm van karaktermoord. Het is hetzelfde als elke linkse ideologie failliet verklaren, zijnde een exponent van Stalin ‘die toch 20 miljoen mensen heeft vermoord’.

Weerstand
Daarnaast is het strategisch dom om op deze wijze de strijd aan te gaan met Wilders. Iedereen die hem volgt, krijgt daarmee namelijk het stempel ‘Duitser in de jaren ’30’ opgedrukt. Veel mensen voelen aan dat dit niet deugt en gaan in de tegenstand. Hen overkomt namelijk hetzelfde als ‘de Moslims’ in de retoriek van Wilders: ze worden op een hoop gegooid en volledig gedelegitimeerd in hun beweegredenen, terwijl een alternatief hen niet wordt geboden. Waar onze Geert vervolgens weer dankbaar op inspeelt. Door Wilders met zijn eigen wapens te bestrijden, versterkt men dus het effect van die wapens.

Wilders claimt zaken te ‘benoemen’. Zembla hanteert bij monde van Driehuis hetzelfde credo. Het punt is echter dat hier geen sprake is van het benoemen van de werkelijkheid, maar van het creëren ervan. Wilders, maar bijvoorbeeld ook PvdA-rechtsbuiten Jeroen Dijsselbloem, stimuleert een simplistische werkelijkheidsbeleving door te doen alsof ‘de Cultuurkloof’ ten grondslag ligt aan alle problemen in dit land. Zembla stimuleert de beleving dat Wilders(aanhang) fascistoïde is en derhalve dreigt een burgeroorlog te veroorzaken. Beide veronderstellingen zijn volstrekt bezijden de werkelijkheid, die toch uit meer facetten bestaat. Zembla draagt op de gekozen wijze dan ook niet bij aan de oplossing voor het probleem, maar is er een onderdeel van.

Aan de redactie van Zembla: noblesse oblige. U dicht uzelf de wijsheid toe de Boze Tovenaar van Den Haag te kunnen ontmaskeren. Doe het dan wel goed. Het is niet  zo moeilijk op intelligente wijze te laten zien dat de PVV schadelijk is voor Nederland, dat 80 procent van haar eigen aanhang onder haar bewind zwaar benadeeld zou worden  en dat Wilders gebruikmaakt van aantoonbare ongerijmdheden in zijn retoriek. U doet nu echter hetzelfde.

Samir Bashara is raadslid voor Groen Links in Hoorn.

cc foto: ‘3268zauber’