Column

Reality-TV als instrument van de heersende klasse

27-04-2012 15:00

Veel mensen zien het kapitalisme als waarheid, als oplossing, als de juiste manier om de samenleving in te richten. Zij vinden dit niet omdat ze op school de hele dag ‘kapitalisme is goed’ moesten herhalen. Volgens de Franse filosoof Althusser wordt ideologie niet als een statisch geheel opgelegd door de heersende klasse. In plaats daarvan wordt de ‘waarheid’ van een ideologie steeds herhaald en herbevestigd, waardoor het een soort common sense wordt. Ideologische staatsapparaten spelen hierbij een centrale rol: sociale instituties die ideologieën subtiel doorgeven. De school is er één van, maar ook taal, familie en de media zijn ideologische staatsapparaten. In onze tijd maken ideologische staatsapparaten ons tot neoliberale burgers. En geen enkel ander genre in de massamedia doet dat zo goed als reality-TV.

Neoliberalisme kan gezien worden als reactie op verzorgingsstaat-denken. Het neoliberalisme stelt individuele verantwoordelijkheid boven het idee van gemeenschap. Vrijemarktprincipes gelden onder het neoliberalisme niet alleen voor de markt, maar ook voor de overheid, gezondheidszorg en alle andere dimensies van het sociale leven. Het veronderstelt een rationele, vrij handelende burger die uit is op persoonlijke maximalisatie, op competitie en uiteindelijk – daarmee – op gewin. Sociale mobiliteit is impliciet in het neoliberale vertoog. Denk aan de American Dream: iedereen kan worden wat hij wil zolang hij maar goed zijn best doet.

‘It’s up to you to be smart’
Werken aan jezelf is een bekend fenomeen in onze tijd. Aan een individu kan eindeloos gesleuteld worden. Niet de samenleving, maar het ik is maakbaar. Het gesleutel aan het ik krijgt bijvoorbeeld vorm in zelfhulpboeken, die je aan de hand van expertadvies en opdrachten vertellen hoe je een betere moeder, minnaar of ZZP’er wordt. Het werken aan het ik staat ook centraal in reality-TV, het genre dat sinds de jaren ’90 de kijkbuis domineert.

Het meest zichtbaar is dit in makeoverprogramma’s. In Extreme Makeover en The Swan worden lelijk eendjes omgetoverd in mooie zwanen. De kandidaat moet zich in deze transformatie volledig inzetten en allerlei psychologische barrières overkomen. Neem MTV’s Plain Jane: een muurbloempje gaat eerst bungeejumpen en krijgt dan nieuwe kleren, haar en make-up in combinatie met ‘coaching’ van de presentator. Daarna is ze eindelijk zo ver dat ze haar stille liefde kan vertellen wat ze voelt. Ze heeft haar ik opnieuw uitgevonden, op de juiste manier aan zichzelf gewerkt en wordt dan beloond met romantische, heteroseksuele liefde.

Dat werken aan jezelf doe je door te consumeren: je kunt een beter ik gewoon kopen, door de juiste producten en diensten af te nemen. Daarbij draait het niet alleen om financieel kapitaal, maar ook om cultureel kapitaal. Reality-TV gaat dan ook over het doorgeven van middenklassewaarden. De deelnemers aan reality-TV zijn zelf meestal niet afkomstig uit de middenklasse, maar zijn individuen die ‘falen’ in een of meerdere ‘lifestyle-aspecten’ en die door ‘experts’ geholpen worden. Trinny en Susannah van What Not To Wear leggen je uit dat met grote borsten een goede bh onontbeerlijk is. Supernanny geeft les over de juiste kinderopvoeding. Jamie Oliver vertelt je wat gezond eten is.

Lachen om arme mensen
Ook in andere vormen van reality-TV zien we neoliberale ideeën terug. Deelnemers aan programma’s als Oh Oh Cherso of – van vroeger – Sex Voor De Buch falen ook, maar hun falen wordt niet verholpen maar dient ter lering en vermaak. Alle clichés worden getoond, de afwijkende individuen worden belachelijk gemaakt en de kijker ziet hoe hij het vooral niet moet doen. Het genre kent ook programma’s als Expeditie Robinson en Big Brother waarin mensen een gemeenschap moeten vormen. Ook hier geldt steeds dat het individu uiteindelijk zegeviert. Big Brother bevat nog een belangrijk element: de constante surveillance en het weten dat je bekeken wordt. Ook dit wordt overgenomen in het dagelijks leven: niet zonder mascara naar de Albert Heijn.

Alles in reality-TV draait om eigen verantwoordelijkheid: jij bent verantwoordelijk voor je uiterlijk, voor je relatie, voor je lot. De veranderingen die nodig zijn voor een beter ik komen neer op zelfdisciplinering waarbij je jezelf moet aanpassen tot de norm. Of het nu Topchef is of So You Think You Can Dance, de kandidaat wordt getoetst op en getraind in vaardigheden en kennis – vormen van kapitaal. Degene met het meeste kapitaal, wint.

Heersende klasse
Reality-TV leert ons over het belang van middenklasse-waarden, waar uiteindelijke de hogere klasse belang bij heeft. Zij zijn in dit verhaal de afwezige maar lachende winnaar. Reality-TV laat ons geloven in de sociale mobiliteit die het neoliberalisme belooft. We geloven dat je met hard werken en de juiste schoenen sociaal kunt klimmen, want we zien de succesverhalen op televisie. We voeden onszelf met de waarden en normen van het neoliberalisme waardoor we erin gaan geloven en het kapitalisme gaan zien als juiste manier van samenleven. Cruciaal daarbij is de illusie van keuze: je kunt veranderen, iedereen kan veranderen. De keerzijde is uiteraard dat degene die het niet haalt, zelf verantwoordelijk is voor zijn falen. Had hij maar beter zijn best moeten doen.

Linda Duits is geïnteresseerd in macht en doet onderzoek naar populaire cultuur.