Ik weet niet hoe het met u zit qua roken, maar de liefhebbers van tabak bestaan in verschillende gradaties. Ik ben vooral een ‘horeca-roker’. Thuis rook ik ook hoor, hele sloffen gaan er doorheen. Maar dan ben ik aan het werk, ik houd praktijk aan huis moet u weten. Roken gaat dan op de automatische piloot, heel slecht inderdaad. Maar van die 20 tot 40 sigaretten per dag geniet- genoot! – ik vooral in het café of restaurant.
Oh, oh, oh, wat mocht ik toch graag na het diner een sigaret roken! Lekker getafeld en dan een glas cognac met de sigaret in de hand. Kijken hoe de rook omhoog kringelt. Maar de sigaret is uitgebannen in de meeste restaurants. Terwijl ik er vroeger zo van kon genieten. Het moment tussen de tapa’s, of tijdens het wachten op het dessert: de fik ging in die peuk.
Ik mis dat, het roken tijdens de lunch, de borrel of het diner. Nu staan we buiten. Dan in de sneeuw, dan in de zon. Beiden heeft zijn charme, natuurlijk. Maar toch. Roken. De maaltijd vieren. Het mag dus gewoonweg niet meer.
U zou eens moeten komen kijken in mijn Utrechtse stamcafé. Het zit op de brug, meer kan ik niet kwijt want anders komt u met z’n allen. In 2008 werd het rookverbod ingevoerd en toch konden we daar blijven roken. De boetes betaalden we met z’n allen. Hebben we drie keer gedaan, ik denk dat het in totaal zo’n 2500 euro heeft gekost. Daarna stopten ze met controleren. Solidariteit werkt!
Er zat een weeffout in de anti-rookwet van toenmalig minister van Volksgezondheid Ab Klink (CDA): de argumentatie dat het personeel beschermd moest worden tegen de kwalijke sigarettenrook van de klanten ging niet op bij de eenmanszaken. En als de uitbater dus zelf een roker was, zou er niets aan de hand moeten zijn.
Dat snapte Thom, de sigaar-rokende kastelein van mijn Utrechtse stamcafé, dus. Vond ook Rutte I, roken in eenmanszaken werd gedoogd. De asbakken staan nog steeds op tafel. En dat moet maar eens afgelopen zijn vindt PvdA-Kamerlid Myrthe Hilkens. Daarom steunde ze onlangs een motie van de ChristenUnie die pleit voor een totaal-rookverbod in de horeca. De uitzonderingsregel van het vorige Kabinet gaat dus de prullenbak in, wat de PvdA betreft. En nu is het zover, ook al was het het Haagse gerechtshof dat de knoop doorhakte en niet de politiek.
De sociaal-democraten spelen een dubieuze rol in de discussie, de PvdA blijft namelijk draaien op het gebied van het rookverbod in de kleine horeca. In 2008 steunde de partij de wet van het kabinet waar ze zelf van deel uitmaakte. In 2010 zei toenmalig lijsttrekker Job Cohen vervolgens dat hij een uitzondering wilde voor de kleine horeca en nu zegt Hilkens dat het totaalverbod er weer wél moet komen. De wet was ingevoerd om het personeel te beschermen tegen kwalijke sigarettenrook en niet de klanten. De draai van de PvdA geeft goed aan waar het de sociaal-democraten eigenlijk om te doen is: de klanten. Alsof de consument nog niet genoeg gepakt wordt heden ten dage.
Draaien is een kunst. En dan heb ik het niet over een shaggie.