Thijs tikt: Partij2030 en de revolutie van de welgestelden

07-02-2012 12:00

Afgelopen zaterdag was ik bij de eerste brainstorm van de nieuw op te richten Partij2030. De eerste aanzet daarvoor was op 23 januari gegeven in NRC Next. Initiatiefnemer Joop Hazenberg schreef toen de zin: “Nederland heeft geen strategische blik en raakt zijn weerbaarheid kwijt. Daarom wil ik Partij2030 oprichten, om ons land met een radicaal hervormingsprogramma klaar te stomen voor de toekomst.” Ondanks de chaos op het spoor was zo’n 35 man naar een kleine ruimte in de Beurs van Berlage in Amsterdam gekomen om aan zijn oproep gehoor te geven. De initiatiefnemers zelf streven er in ieder geval naar om in de zomer een organisatie op poten te hebben die in 2015 zo’n 1 miljoen stemmen moet gaan halen.

Revolutie
“We moeten een revolutie maken voordat die uitbreekt”, zei Hans van Mierlo in 1968. De revolutie zal vermoedelijk niet zijn begonnen op 4 februari in Amsterdam. De bijeenkomst was niet bepaald de Eed op de Kaatsbaan, de gebeurtenis die geldt als het startpunt van de Franse revolutie.

Wel was het de samenkomst van een groep enigszins machteloze hogeropgeleiden die zich met name zorgen maakten om hun eigen belangen. Vrijwel alle aanwezigen kwam uit de Randstad. Bij de afgelopen verkiezingen had veruit het grootste deel op D66, Groenlinks en de PvdA gestemd. Op één mbo’er na was iedereen hoogopgeleid, en allochtonen waren er niet. Niet erg natuurlijk, maar wel als je niet in staat bent ook de beperkingen van dat perspectief in te zien. Dat lukte echter niet zo.

Common sense
Tijdens de bijeenkomst kreeg niemand er zijn vinger achter waarom het toch zo slecht gaat met alle gewenste hervormingen, de Europese eenwording, de langetermijnvisies voor de toekomst. Met alles eigenlijk. “Alles wat hier gezegd wordt, dat is toch gewoon common sense”, riep een vrouw op een zeker moment vertwijfeld uit. De woorden zoemden vervolgens als buzzword rond door alle andere bijdragen. Ook veelgehoord: “De mensen zijn bang, en er moet een visie komen om ze te vertellen wat in hun belang is.”

Voor hoogopgeleide blanke Randstedelingen is de vlucht naar voren misschien common sense. Nauwelijks in staat zich te verplaatsen in een SP- of PVV-stemmer reduceren zij die kiezers tot boze, bange burgers die het allemaal niet begrijpen. Met zo’n grondhouding zal het nog een flinke dobber worden om die miljoen stemmers te verleiden.

Vorig voorjaar publiceerde de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) een advies over de toenemende kloof tussen hoog- en laagopgeleiden in Nederland. Uit een onderzoek van TNS NIPO, uitgevoerd in opdracht van de RMO, blijkt dat maar liefst 59 procent van de ondervraagden aangeeft dat mensen van verschillende opleidingsniveaus steeds minder contact met elkaar hebben. Bijna 80 procent van de lager opgeleiden vindt dat de mening van hoog opgeleiden teveel doorklinkt in de politiek, tegenover slechts 46 procent van de hogeropgeleiden.

Vorige maand gaf het kabinet haar officiële reactie. Terechte zorgen, conclusies en aanbevelingen over de wijder wordende kloof die Nederland verdeelt werden vooral weggeschreven.

Reactionairen
Al jaren horen we regelmatig berichten over de groter wordende verschillen in levenskansen en geluk tussen hoger- en lager opgeleiden. Somber stemmende berichten over verschillen in sociale mobiliteit, gezondheid en welzijn. De kloof strekt echter verder dan sociaaleconomische factoren alléén. De verschillen zijn ook cultureel: de manier waarop iemand naar de wereld kijkt hangt samen met het toekomstperspectief. Voor laagopgeleiden zijn die aanzienlijk minder rooskleurig dan voor mensen die aan een hogeschool of universiteit hebben gestudeerd. Nederland segregeert.

Partij2030 is één van de manifestaties van die segregatie. Tegenover elkaar staan steeds vaker politieke reactionairen, of ze nu tot de elite of ‘het volk’ behoren. Over en weer groeien de frustraties. Toen werd gevraagd wie er nog geloofde in het huidige systeem en de huidige politieke partijen, stak de helft van de aanwezigen een hand op. Als het systeem zo evident de belangen van de vooruitgang dwarsboomt, dan moet er iets mis zijn, leek de conclusie. Ik vraag me af wat Marx ervan gemaakt zou hebben. Mensen die de vruchten van het mondiale kapitalisme en de globalisering die daarmee samengaat plukken, maar die het blijkbaar nog niet snel genoeg gaat met het afschaffen van vaste contracten en het de-collectiviseren van de verzorgingsstaat.

Nieuw geloof
De grotere vraag is wat dit alles betekent voor Nederland. Samen een natiestaat vormen vereist op zijn minst een gemeenschappelijk geloof. Iets wat de verschillen in klasse overstijgt en mensen ertoe beweegt zich samen in te zetten voor een groter ideaal. Is dat er nog, een geloof in iets dat het persoonlijke overstijgt en ons bindt aan anderen die niet zo zijn als wijzelf?

“We moeten een revolutie maken voordat die uitbreekt”, zei Van Mierlo. De Franse revolutie luidde de komst van Napoleon en de opkomst van de moderne natiestaat in. Zonder nieuw geloof zal een volgende revolutie de natiestaat weer vernietigen.