DEN HAAG – De Hoftrammm heeft dinsdagavond de duizendste rit gevierd. Het rijdende tramrestaurant van chefkok Pierre Wind en ondernemer Bobby van Galen ontpopte zich in drie jaar tijd tot de belangrijkste culinaire attractie van Den Haag.
“Het is ons streven om mensen hier gelukkig te maken”, stelt Wind, die al duizend ritten het menu samenstelt, dinsdagavond. Twee dagen per week staat de Haagse chefkok zelf in de keuken; dinsdag werd hij vergezeld door tramkok Jaimy Kreffer. “Dat de tram al drie maanden van tevoren tjokvol zit, is mooi meegenomen. Het is leuk dat mensen meegaan in onze droom.” Een bezoek aan de Hoftrammm moet niet alleen een culinair feestje zijn. “Ik hou van interactie en verrassingen. In ons menu zit altijd iets raars: een smaakpil, een soephengel of hamertje tik.”
Wind voert over zijn wilde plannen vaak discussie met eigenaar Bobby van Galen over de haalbaarheid. “Dan zegt hij: waar haal ik vijftig minuscule hamertjes vandaan? Ik ga dan graag de uitdaging aan en knutsel tot diep in de nacht wat in elkaar. Alles om de gast de ultieme ervaring te bezorgen.”
Halte
De duizendste rit door de Haagse binnenstad werd dinsdagavond gereden met Haagse prominenten en vrienden en vaste klanten van het tramrestaurant. Eigenaar Bobby van Galen zette speciaal gastvrouw Channa van Rheenen in het zonnetje, de enige maître die vanaf de eerste rit in de tram heeft gestaan.
Van Galen bood de genodigden ook een sneakpeak in Het Trammmhuys, de nieuwe vaste ‘halte’ van de Hoftrammm in Voorburg. Langs het spoor van de voormalige tramlijn 10 verrijst een nieuw restaurant in de stijl van het rijdende restaurant. Het Trammmhuys opent eind november de deuren.
Net als in de Hoftrammm wordt het menu samengesteld en bereid door Pierre Wind. “Cuisine a la table staat centraal”, vertelt Van Galen. “Veel van de gerechten zullen deels aan tafel worden bereid.” De ludieke, experimentele wijze waarop Wind zijn gerechten samenstelt, zal ook in Het Trammmhuys terug te vinden zijn. “Zo wilde Pierre altijd al iets met stikstof doen. Dat is te gevaarlijk in een tram, maar straks kan dat dus wél.”