SWIFT-akkoord: omstreden en onbegrepen

03-12-2009 13:35

De berichtgeving in de Nederlandse media over het SWIFT (Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunications)-akkoord van afgelopen maandag 30 november is van een bedenkelijk niveau. Sterker nog, in verschillende media wordt de indruk gewekt dat het om iets ‘nieuws’ zou gaan. Niets is minder waar. In feite komt het neer op voortzetting van de huidige praktijk. Dit maakt het akkoord overigens niet minder omstreden.

In juni 2006 meldde The New York Times dat de Amerikaanse autoriteiten zich (kort na 9/11) toegang hadden toegeëigend tot de vertrouwelijke financiële databank van SWIFT, het internationale betalingsnetwerk met hoofdkantoor in Brussel en een dataverwerkingscentrum in de VS. Dit alles in het kader van het zogenaamde USA Terrorist Finance Tracking Programme (TFTP). De Amerikaanse autoriteiten hadden echter niet de moeite genomen om hun Europese counterparts hiervan op de hoogte te stellen. Europa werd wakker geschud en de gemoederen liepen, terecht, hoog op. Op geen enkele wijze werd immers rekening gehouden met de Europese regels op het terrein van gegevensbescherming en privacy terwijl het ging (en gaat) om de toegang tot bankgegevens van miljoenen en miljoenen Europeanen.

Akkoord
In antwoord hierop werden er in allerijl (op verzoek van de EU-lidstaten) onderhandelingen opgestart en in 2007 bereikte de Europese Commissie een akkoord met de VS over de voorwaarden waarop de overdrachten van SWIFT-gegevens konden worden toegestaan en aldus gecontinueerd. Duidelijk moet zijn dat dit alles uiteindelijk vooral resulteerde in een eenzijdig, dus door de Amerikanen opgelegde, overeenkomst waarbij niet alle Europese wensen rondom gegevensbescherming werden gehonoreerd. Het Europees Parlement werd in deze überhaupt niets gevraagd.

Niet veel later kondigde SWIFT echter aan de gegevens van Europese klanten vanaf 2010 alleen nog in Europese centra te bewaren, te weten: in Zwitserland en Nederland. Die ‘verhuizing’ brengt met zich mee dat de Amerikanen, op basis van de huidige overeenkomst, niet langer toegang hebben tot de gegevens.

‘Daten nutzlos’

Het zal niemand verrassen dat de Amerikaanse autoriteiten van mening zijn dat deze situatie tot veiligheidsrisico’s leidt en dat een nieuw akkoord aldus noodzakelijk wordt geacht. De Amerikanen kregen in deze bijval van enkele EU-lidstaten. De SWIFT-gegevens, zo werd gesteld, hebben immers belangrijke ‘leads’ opgeleverd voor Europa. Of die ‘leads’ ook daadwerkelijk aanslagen hebben voorkomen of tot veroordelingen hebben geleid, blijft onduidelijk. Sterker nog, vandaag kopte de Financial Times Deutschland: ‘Swift-Daten bei Terrorfahndung nutzlos‘. De Bundesanwaltschaft stelt dat de SWIFT-gegevens ‘keine erkennbare Rolle gespielt hätten‘ en ‘die Übermittlung von Kontodaten aus Europa an die USA hat weitaus geringere Vorteile für hiesige Terrorfahnder, als die EU behauptet‘.

Waar staan we nu? De Europese ministers van Justitie hebben afgelopen maandag inderdaad een akkoord bereikt over een nieuwe SWIFT-overeenkomst met de Amerikanen. Overigens hebben 4 EU-lidstaten (Duitsland, Oostenrijk, Griekenland en Hongarije) zich bij stemming onthouden. Het gaat om een tijdelijk akkoord met een duur van 9 maanden om de ‘verhuizing’ van SWIFT in goede banen te leiden en aldus geen gat te slaan in de gegevensoverdracht. Medio 2010 zou er dan een definitief akkoord moet komen waarbij ook het Europees Parlement ten volle betrokken wordt conform het Verdrag van Lissabon.

Nut en noodzaak
Het tijdelijke akkoord is, in vergelijking met de huidige overeenkomst, een stap vooruit. Desalniettemin heeft het tot grote irritatie en controverse in het Europees Parlement geleid. Van links tot rechts. Nut en noodzaak van een dergelijke overeenkomst, de wijze waarop dit alles tot stand is gekomen en ga zo maar door. De vraag is nu wat het Europees Parlement met dit tijdelijke akkoord gaat doen. Het Parlement moet immers nog instemming verlenen, ja of nee zeggen. Klinkt wellicht eenvoudig, is het niet. De EU-lidstaten moeten hiertoe een formeel verzoek indienen bij het Parlement maar alles wijst erop dat dit eindeloos vertraagd zal worden waardoor het tijdelijke akkoord, conform planning, gewoon in werking treedt op 1 februari 2010.

De voorstanders van het akkoord verwijten de twijfelaars al snel dat zij willens en wetens de veiligheid van de Europeanen op het spel zetten. Een argument waarvoor velen (begrijpelijkerwijs) gevoelig zijn. Dit wil je niet op je geweten hebben. Zij gaan echter volledig voorbij aan het feit dat bevoegde autoriteiten hoe dan ook, en te allen tijde, juridische onderbouwde verzoeken kunnen indienen bij SWIFT indien dit noodzakelijk is voor bijvoorbeeld een onderzoek. Ook negeren zij het feit dat we met deze werkwijze (een deel van) ons antiterrorismebeleid uitbesteden aan de Amerikanen. Zij stellen ‘that it is in the EU’s interest to ensure the sustainability of the TFTP notwithstanding SWIFT’s new architecture, and thus to ensure legal certainty for the transfer of relevant data to the US Treasury Department, as Member State Services have been the main beneficiaries of TFTP leads‘.

Amerikaanse afhankelijkheid
EU-lidstaten zijn, met andere woorden, afhankelijk van de Amerikanen als het gaat om de beoordeling van Europese bankgegevens in de strijd tegen het terrorisme. Hoe acceptabel is dat eigenlijk? De vraag is dan ook waarom de EU dit niet zelf oppakt. Hiermee zou immers een einde komen aan de oeverloze discussies over het al dan niet naleven van de Europese privacyregels door de Amerikanen. En alleen met een Europees TFTP kan Europa toegang krijgen tot de bankgegevens van Amerikanen en kan er dus gewerkt worden op basis van wederkerigheid.

De EU-lidstaten zijn echter onwillig om een Europees Terrorist Finance Tracking Programme in het leven te roepen. De kosten zouden niet opwegen tegen de baten, zo werd mij vanmiddag door de Europese Commissie verteld. Zegt dat niet genoeg?

Jeanine Hennis-Plasschaert is lid van het Europees Parlement voor de VVD.