ThePostOnline

Weigerambtenaren

18-10-2011 10:00

HomotrouwringenNegen uur. Ontbijt op, krant gelezen. Tijd om te gaan. Je staat voor de spiegel. Pittig, kort kapsel. Klassiek grijs jasje. Rok over de knie. Bordeauxrode coltrui. Kettinkje eronder. Perfect. Precies wat mensen van mij verwachten op zo’n speciale dag, denk je tevreden. Hup. Naar buiten. De regen in. Vijzelgracht. Rechtsaf naar de Amstel. Parkeergarage in. Trap op. Jas uit. Eerst een kop koffie. Cappuccino of toch een dubbele espresso? Je drukt op de knop. Niets. Nog een keer. Weer niets. Je kijkt om je heen. Wangen worden rood. Eerst de geiser stuk, net die harde regen en nu geen koffie? Je voelt het al. Dit wordt een dag dat alles fout gaat. Een dag dat misschien wel… Opeens schrik je. Nee. Nee. Zo moet je niet denken. Het is altijd goed gegaan. Zoiets overkomt mij niet.

Diep ademhalen. Ferme stappen naar de zaal. Langs het portret van koningin Beatrix. Je glimlacht. Trots. In dienst van de staat. Geroezemoes. De gasten wachten al. Nog een laatste blik in de spiegel. Jasje goed. Rok recht. Kettinkje toch maar over de coltrui. Zodat iedereen het kruisje goed ziet. Trots.

Hand om de knop. Deur open. Je stopt. Verstijft. Handen beginnen te trillen. Schichtig kijk je achter je. Kan ik nog weg, vraag je je af. Nee. Te laat. Ze hebben je al gezien. Stralend kijkt een meisje je aan. Hoopvol. Twee grote ogen. Je kijkt naast haar. Nog twee grote ogen. Nog hoopvoller. Nog een meisje. Je slikt. Stiefelt naar voren. De warmte kruipt van ergens rond je onderbuik naar boven. Twee meisjes. Eén donker. Eén blond. Allebei lang haar. Allebei mooi. Allebei in een witte jurk. Waarom ik, denk je. Waarom hier? Flashbacks naar vanochtend. Naar de krant. Alles ging mis vanochtend. Dat was een teken.

Je kijkt haar aan. Ogen ontmoeten elkaar. Het geroezemoes stopt. De sfeer shift. Wat moet ik doen? Je schuifelt door. Stap voor stap. Voet voor voet. Denkt aan het kettinkje. Dat je vanochtend zo trots om hebt gedaan. Dit is niet ok. Dit kan niet. Dit is tegen alles waar ik in geloof. De zaal is vol. Iedereen kijkt verwachtingsvol. Gespannen. Je geeft een hand. De andere nog ferm om het kruisje geklemd. “Ik ben Iris.” “Ik ben Laura.” “Wij gaan trouwen.”

Je neemt een stap terug om ze eens goed te bekijken. Twee meisjes. Hele gewone meisjes. Duidelijk in love. Handen vast. Je hart klopt al iets minder snel. Mijn werk is mijn leven, denk je. Er is niets mooiers. Liefde. Tussen twee mensen. Maar dan wel tussen twee gewone mensen. Man en vrouw. Zo hoort het. De mensen in de zaal zijn er nog. Wachten. Onrustig. Je moet iets doen. Nu.

Gevoelens gaan door je heen. Twee mensen. Twee homo’s. Zo heeft God het niet bedoeld. Zo heb ik mijn werk niet bedoeld. Gedachten gaan door je hoofd. Je kijkt nog een keer naar de meisjes. Echte liefde. Mijn werk is mijn leven. Trouwen is trouwen. En dat is wat ik al jaren doe. Een grote stap naar voren. Hoofd omhoog. Trots? Je schraapt je keel. En zegt.

“Het spijt me. Mijn werk is mijn leven. Maar mijn leven is van God.”

#durfteaccepteren

CC Foto: Jeff Belmonte