ThePostOnline

Wonen met Wilders en van Dam

04-11-2010 12:00

Vorige week heeft de Tweede Kamer besloten om een vurige wens van Europa uit te voeren. De Europese Commissie wil namelijk dat woningcorporaties hun sociale huurhuizen voortaan toewijzen aan inkomens onder de 33.000 euro. Daarboven moet je particulier huren of kopen. Woningcorporaties en huurders verzetten zich hevig omdat zij vrezen dat middeninkomens (tussen 33.000 en 43.000 euro) in de problemen raken. Aanvankelijk was er zelfs een linkse meerderheid (PVV, SP, PvdA, GL) voor een motie tegen de maatregel. Maar op het allerlaatste moment draaide de PVV en steunde, net als de VVD en D66, CDA-minister Donner. Dit tot grote ergernis van vooral de SP die Geert Wilders ervan beschuldigde huurders in de kou te laten staan voor Europa.

Een week eerder bemoeide ook oud PvdA coryfee Marcel van Dam zich ermee. Hij schreef in zijn Volkskrant column dat de Europese maatregel verdere liberalisering van de Nederlandse woningmarkt betekent. Met de toename van segregatie, probleemwijken en getto’s als gevolg. Dit deed hij trouwens in reactie op een artikel waarin deze auteur schreef dat huurders echt niet beter worden van een Haags achterhoedegevecht tegen Europa. Al met al dus veel aandacht voor de woningmarkt en dat is maar goed ook. Want de Nederlandse woningmarkt is ziek.

Feiten en cijfers
Allereerst hebben we met 2.4 miljoen huizen de grootste sociale sector van Europa. Vandaar ook de maatregel. Want in Nederland bestrijken corporaties een groot deel van de huurmarkt, op basis van een voordeel dat private bouwers niet hebben. Corporaties kunnen namelijk tegen lagere rente lenen vanwege een garantie door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Ongelijke concurrentie dus. Aan de koopkant hebben we met 600 miljard euro (twee keer wat heel Nederland in een jaar verdient) de hoogste hypotheekschuld van Europa. Desondanks hebben we toch de hoogste woonlasten van Europa. Kortom, we stoppen met meeste geld in ‘subsidies’ voor zowel woningbezitters als huurders, maar ze hebben er relatief weinig aan.

Behalve de woonlasten is ook de toegankelijkheid van de woningmarkt een probleem. Ondanks de grote hoeveelheid sociale huurhuizen zijn er in steden als Arnhem, Utrecht en Amsterdam jarenlange wachtlijsten (soms tot bijna tien jaar). Dat komt omdat veel mensen met een gestegen inkomen in hun goedkope huurhuis blijven zitten. Deze scheefwoners kunnen ook niet zoveel anders. Want er is haast geen particulier huursegment voor middeninkomens beschikbaar. Dit terwijl een koophuis voor hen ook onbereikbaar is vanwege de zo fors gestegen huizenprijzen (verdubbeling in twaalf jaar tijd). De oorzaak daarvan ligt weer in de huidige hypotheekrenteaftrek die het maken van hoge schulden fiscaal aantrekkelijk maakt. Wie heeft er tegenwoordig geen aflossingsvrije hypotheek? Je bent haast gek als je aflost!

Halve maatregelen
Als het aan het nieuwe kabinet ligt, komen er alleen wat kleine ingrepen in de huurmarkt. Corporaties moeten terug naar hun kerntaak en krijgen een heffing van 750 miljoen euro per jaar. Huurders krijgen bovendien het recht om hun corporatiewoning over te kopen. En om de doorstroming te bevorderen mogen de huren voor inkomens vanaf 43.000 euro stijgen met inflatie plus 5%. Omdat er aan de koopkant niets gebeurt, zijn dit halve maatregelen en bovendien weinig praktisch. Want de corporatieheffing maakt investeringen in nieuwe huizen, buurten en wijken haast onmogelijk. Zeker in combinatie met de Europese maatregel. En het kooprecht voor huurders is een aardig idee, maar wel met haken en ogen. Niet alleen is er sprake van onteigening die juridisch onhoudbaar is, ook is het financieel risicovol. Want huurders met een laag inkomen kunnen alleen de werkelijke waarde voor hun huis betalen via een hypotheek die boven hun macht ligt. Zo creëer je schuld en schijneigendom. Tot slot ligt de inkomensgrens voor huurstijging met 43.000 te hoog. Dit zet geen zoden aan de dijk omdat alle mensen met een inkomen tussen de 33.000 en 43.000 kunnen blijven zitten. Fijn voor deze grote groep Nederlanders (Henk en Ingrid) maar ze verwijzen de groepen met een lager inkomen wel naar een wachtlijst.

Wat zou er dan moeten gebeuren?
Aan koopzijde moet de hypotheekrenteaftrek geleidelijk worden versoberd. Dit zodat uiteindelijk iedereen tot maximaal 30% van het aankoopbedrag kan aftrekken (voor hogere inkomens is het nu tot 52%) over een periode van maximaal 30 jaar. Dit laatste bewerkstelligen we door het aftrekbare bedrag jaarlijks met 3.3% te verlagen. In ruil voor deze maatregel kunnen we dan de overdrachtsbelasting afschaffen. Dit scheelt voor starters op de woningmarkt gemiddeld 15.000 euro per huis. Aan huurzijde moet een jaarlijkse inkomenstoets worden ingevoerd. Op basis hiervan gaan mensen met hoge inkomens (beginnend vanaf 30.000 euro) meer huur betalen,ze verhuizen naar een particulier huurhuis, of ze kopen hun huis van de corporatie. Dit zodat er ruimte ontstaat voor de mensen die deze huizen het hardst nodig hebben. Waar mogelijk zal D66 de handreiking van het kabinet benutten om deze plannen waar te maken. Hopelijk kunnen we daarbij opnieuw rekenen op de betrokkenheid van Geert Wilders en Marcel van Dam!

Kees Verhoeven is Tweede Kamerlid voor D66