ThePostOnline

Vrees voor perswet als Hongarije uit schijnwerpers verdwijnt

11-01-2011 10:00

Nu de Hongaren het EU-voorzitterschap in handen hebben en ook de president zijn krabbel onder de omstreden perswet heeft gezet, is het spitsroeden lopen voor Hongarije begonnen. Van alle kanten wordt premier Viktor Orbán gegeseld en gedwongen de wet aan te passen. Vlak voor de jaarwisseling sprak ik in Boedapest met een journalist van dagblad Népszabadság, dezelfde krant die op 3 januari uit protest opende met de zin “In Hongarije is de persvrijheid opgeheven” in alle officiële talen van de EU.

Welles-nietes discussie
Hoewel premier Orbán aanvankelijk ongevoelig was voor de kritiek van Europese hoogwaardigheidsbekleders, de in werking getreden wet zou volgens de regering immers in lijn zijn met wetgeving in andere EU-landen, liet hij 6 januari tijdens een persconferentie in Boedapest weten bereid te zijn de schaar in het akkoord te zetten. Maar alleen wanneer de wet in strijd blijkt met de regels van de Europese Unie. Én op voorwaarde dat overige EU-landen met dezelfde wetgeving dat ook doen.

De woordenwisselingen hebben vooral het karakter van een welles-nietes-discussie. Niemand lijkt immers te kunnen verzekeren hoe de nieuwe mediawet in de toekomst zal uitpakken. Natuurlijk, dankzij het implementeren van de mediawet, sámen met een reeks andere beleidshervormingen, heeft Orbán de verdenkingen zelf op zijn hals gehaald; de media-autoriteit, bestaande uit vijf Fidesz-sympathisanten, kunnen immers met het uitdelen van torenhoge boetes ‘onevenwichtige’ en immorele’ media monddood verklaren.

Ice-T mocht waarschijnlijk ook niet in Nederland
Dat media zonder enkele nuance berichtten dat de Hongaarse media-autoriteit vol enthousiasme het nieuwe jaar in ramde door een onderzoek te starten naar de radiozender Tilos Radio, omdat het vroegtijdig enkele nummer van de grofgebekte rapper Ice-T (overigens al in september) had gedraaid, vergroot de hysterie rondom de perswet. Had zoiets in Nederland wel gemogen? Ik gok van niet.

Fidesz wacht tot Hongarije uit de schijnwerpers is verdwenen
Orbán zal zich dan ook niet nog eens in de vingers snijden. Zolang Hongarije de EU-voorzittershamer hanteert, laat hij het wel uit zijn hoofd om zijn verworven machtsmiddelen in te zetten. Ook Népszabadság-journalist Tóth Ákos verwacht dat de media-autoriteit het komende half jaar geen hoge boetes op zal leggen: “Pas wanneer de Hongarije uit de schijnwerpers is verdwenen en Fidesz aan populariteit verliest, zal de media-autoriteit van zich laten horen”.
Dan kan de regeringspartij de publieke opinie via de media beïnvloeden, verwacht Ákos. En dat kan Fidesz.

Ákos verwijst naar een recent incident in Groot-Brittannië waar de correspondent van Népszabadság door Fidesz geweigerd werd bij het bezoek van Orbán aan Downing Street. De reden? Népszabadság gebruikt kopij van het Hongaarse persbureau MTI en Fidesz is het niet eens met de manier waarop MTI nieuws verslaat. Voor Ákos is dit een teken dat Fidesz niet bang is om de perswet in de toekomst te zullen gebruiken.

Népszabadság is niet bang
Ákos is echter niet bang voor de nieuw verworven macht van Fidesz: “We zullen niet minder kritisch zijn.” Maar Népszabadság gaat wel stappen nemen tegen de nieuwe wet, laat hij weten. “De hoofdredactie van Népszabadság wil de wet aankaarten bij het Constitutionele hof omdat wij denken dat de perswet in strijd is met de Hongaarse grondwet.”

Erik de Jong is freelance journalist en blogger voor ‘Het Rondje van Pavlov‘.