College skippen oorzaak broodjekaassoufléverslaving

17-08-2011 14:26

Je studententijd is de beste tijd van je leven, zegt men weleens. Voor menig cabaretier reden om zich af te vragen of mensen die dit roepen niet gewoon enorm ingekakt zijn na de studententijd. Feit is dat menigeen zich vooral de vrijheid van die tijd weet te herinneren, zeker in inmiddels langvervlogen tijden zonder ‘BSA’ of verplichte aanwezigheid. Vrijheid blijheid, maar soms ook pure noodzaak om de wankele driehoeksverhouding faculteit-docent-student in stand te kunnen houden. Zo was het ook bij mijn allereerste college-uur, dat ik uiteraard direct gemist heb.

Met een andere student, die ik vaag kende van de introductieweek was ik het faculteitsgebouw doorgelopen en had ik onze aankomende studententijd besproken. Af en toe een uurtje skippen hoorde er bij, wisten we wel, maar eigenlijk was onze afwezigheid bij het allereerste college gewoon te verklaren uit logistieke redenen. Onze eerste kennismaking met hoe zo’n universiteit een beetje werkt was namelijk de boekenverkoop. Men was zo slim geweest de eerste colleges wat later te plannen dan gebruikelijk, zodat je eerst je boeken kon kopen. Heel stom natuurlijk om dat dan ook echt te gaan doen, want er was nu ook weer niet zo veel tijd ingepland dat je redelijkerwijs ook écht je boeken kon gaan aanschaffen.

Dan maar de kantine
Zo stonden we, met boeken, voor een gesloten deur. Twijfelend alsof we net op de middelbare school waren aangekomen keken we elkaar aan: “Vijf minuten te laat, zouden we nog naar binnen mogen?”. “Ach, dat is dan ons eerste gemiste uur”, besloot ik en haalde mijn studiegenoot over de eerder ontdekte kantine te bezoeken. Hier stonden een stel terminals waar je je email kon lezen, laptops deden we destijds nog niet aan, en zo konden we ons gloednieuwe emailadres en het kantinevoer tegelijk testen. Ik kan u vertellen dat een jarenlange verslaving aan broodjes kaassoufflé hier is begonnen.

Mijn studiegenoot heette waarschijnlijk Klaas of Piet, maar ik zou het u nu niet kunnen vertellen. Zover ik weet heb ik hem na die eerste studiedag nog slechts een enkele keer gezien, maar in ieder geval nooit meer bewust als medestudent meegemaakt. Ergens zou het me totaal niets verbazen als uiteindelijk was gebleken dat hij die dag naar de verkeerde faculteit was gelopen, en dientengevolge ook nog de verkeerde boeken had aangeschaft.

Driehoeksverhouding
De verhouding tussen docent, student en faculteit was er dus uiteindelijk op gebaseerd dat iedereen rekening hield met elkaar, maar niet teveel. Bij de faculteit leek er altijd wel iemand te zijn die zich druk maakte over bezoekersaantallen bij colleges, opvallend genoeg vaak over een teveel aan studenten. Docenten, hoogleraren en professoren speelden daar dan in mee, maar leek het verder eigenlijk weinig te kunnen schelen: zolang je je vakken maar haalde. Als student dartelde je daar, met meer of minder succes, dan tussendoor.

Ongetwijfeld wisten docenten ook precies wat wel en niet kon. Zo wilde de man die zijn collegeserie begon met de woorden “vorm allemaal een groepje van 4 in de collegezaal” ook gewoon een vrije middag. Een luid gemor, we wisten zelfs nog niets van de vakinhoud, steeg op uit de collegezaal. Wie het niet zinde, moest maar weg, werd ons te verstaan gegeven. Ik hoef u niet uit te leggen dat hier na de voltallige collegezaal leegliep en de docent in kwestie opgelucht zijn spullen weer inpakte. Nog steeds weet ik niet welke opdracht we in groepjes voor onze kiezen gekregen zouden hebben dat zou in moeten gaan op geheugenbeheer, wel dat we het dichtstbijzijnde café ontdekten. Oók een onmisbare brok informatie, moet je maar denken.

CC-Foto: Sv. i.d.