Redenen om nooit naar Indonesië te gaan (deel 1)

05-02-2012 20:12

De massagemevrouw is een jaar of zestig en haar gezicht is dichtgeplamuurd als dat van een wannabe geisha. Daarom is het des te onthutsender dat ze vraagt of ze mij zal aftrekken. Of eigenlijk gebaart ze het, want de Engelse taal is ze niet machtig. Ineens is een tot dan toe professionele en ook prettige massage veel te intiem. De vrouw wordt niet verlegen van de afwijzing en even later stelt ze voor me te pijpen. Blijkbaar is het in het universum van de vrouw logisch dat iemand die niet wil worden afgetrokken door een vrouw die twee keer zo oud is, wel door diezelfde vrouw wil worden gepijpt.

De massagetoko zit aan de Jalan Jaksa, een afgeleefde straat in Jakarta waar een opmerkelijk amalgaam aan toeristen, expats, hoeren en homo’s samenklontert. Jalan is overigens Bahasa Indonesia voor straat, en Bahasa Indonesia is op zijn beurt de officiële Indonesische taal. De taal zag in 1848 het levenslicht en heeft nagenoeg geen grammatica. De werkwoorden kennen geen vervoegingen en in het geval van een meervoud zeg je hetzelfde woord twee keer. De woorden worden nagenoeg fonetisch gespeld en de taal kent veel leenwoorden uit het Nederlands en het Engels, zoals: asbak,  brandwir, en bisnis.

‘Soms is het trekken van een stevig mes praktischer’
Toch weerhield de simpelheid van deze taal de ouders van Richard er niet van om hem simpelweg niet te kunnen spreken. Nederlands spreken ze dan weer wel. Richard komt oorspronkelijk uit Noord-Sumatra en ik kom hem tegen in de Jalan Jaksa. Het is een christen van een jaar of vijftig en een taxichauffeur die de hele dag op de luchthaven op zoek is naar klantjes. En hij heeft een uitgesproken hekel aan moslims. Dat dit best lastig uit kan pakken blijkt wel uit het feit dat hij vorige week met spoed naar huis werd geroepen omdat zijn eveneens christelijke zoon een paar moslim-buurtjongens een mes op de keel had gezet. Richard en zijn gezin zijn de enige christenen in een dorpje met zo’n tweeduizend zielen. Dat heeft tot gevolg dat hij en zijn vrouw en kinderen de godganse dag voor ‘kaffer’ worden uitgescholen. Maar sinds het mesincident is het rustig. Eigenlijk vindt hij als goed christen natuurlijk dat het beter is de andere wang toe te keren, maar soms is het trekken van een stevig mes blijkbaar praktischer.

Arabische mannen en meisjes
Maar wat hem qua islam nog het meest dwars zit zijn Arabische mannen die naar Indonesië komen, een gearrangeerd huwelijk sluiten met één of meerdere meisjes en dan na een maand of drie na een scheiding de plaat poetsen. Doorgaans blijven de meisjes zonder een cent en met wat kroost in aankomst achter, en natuurlijk met de eeuwige vraag waarom dit toch de wil Allah is. Overigens kan Richard de nog steeds groeiende populariteit van de Islam makkelijk verklaren: als christen mag je maar één vrouw trouwen, als moslim met een schier oneindige rits. Op het moment dat hij het zegt, glijdt er een wat droevige trek over zijn gezicht. Blijkbaar is het er op nahouden van maar één vrouw toch het zwaarste kruis dat deze vrome christen moet torsen.

Veel mensen denken dat Indonesië het grootste moslimland ter wereld is, maar dat is niet correct. Het is het land met de grootste moslimpopulatie ter wereld. Maar ook die cijfers zijn zwaar vertekend. Atheïsme is namelijk illegaal. Om een legitimatiebewijs te verkrijgen, moet je een religie opgeven. Dat heeft tot gevolg dat met name veel jongeren dan maar de religie van hun ouders invullen, want je moet tenslotte iets. En dat moslims de neiging hebben het voortplanten enigszins te overdrijven is algemeen bekend. Als je dan ook nog meerdere vrouwen hebt om je kroost te werpen, is het ook om die reden logisch dat de hoeveelheid paspoorten waarin moslim de religie is snel toeneemt. Het verdient overigens aanbeveling om je ongelovige gevoelens niet op bijvoorbeeld Facebook te posten, zoals een gemeenteambtenaar op Sumatra recentelijk ondervond. De beste man zit de komende vijf jaar in de gevangenis. Tenzij hij genoeg geld heeft om zo links en rechts wat mensen om te kopen, maar de kans dat een gemeenteambtenaar op Sumatra over dergelijk bronnen beschikt kunnen we rustig als non-existent terzijde schuiven.

Fotograaf Maarten Brante trekt met enige tegenzin door Indonesië en doet daarvan verslag op DeJaap.