ThePostOnline

Het probleem van ACTA: de vertaalslag van analoog naar digitaal

08-02-2012 11:00

 “The average age of Senators at the beginning of the 112 Congress was 62.2 years” Great, so our parents want to run the internet. How could anything go wrong?

Deze (voor de goede orde: gekopieerde) uitspraak van een bezorgde internetter raakt de kern. Namelijk: het gebrek aan besef over de reikwijdte van het internet. Zowel bij degenen die het ACTA verdrag hebben opgesteld, als bij degenen die er vervolgens over besluiten. Generatiekloof of niet, er bestaat geen excuus om als volksvertegenwoordiger niet op de hoogte te zijn van hetgeen waar je over stemt of als rechter een vonnis over velt.

De rechter heeft BREIN in het gelijk gesteld door op 11 januari jl. te besluiten dat Ziggo en XS4ALL toegang tot de Piratebay dienen te blokkeren. Er wordt namelijk via de site muziek en films uitgewisseld zonder toestemming van de rechthebbende. Torrents zijn de cassettebandjes van deze eeuw, twintig jaar geleden werden rondzwevende radiogolven opgevangen op een bandje: tegenwoordig kopieert men rondzwevende bestanden van het internet. Maar dat kopiëren mag niet. Dus moet de zender uit de lucht. Hier wringt de schoen: in hoeverre zijn het ACTA verdrag en huidige rechterlijke uitspraken proportioneel? Eigendomsrechten zijn zeer belangrijk, het schenden van auteursrechten vormt zeker een probleem wat niet uitgevlakt mag worden. Inkomstenderving is immers de nachtmerrie van elke ondernemer, daar mag geen twijfel over bestaan. Het gaat dan ook niet om de pogingen deze te beperken, dat is een goed recht, maar des te meer om de rigoureuze middelen die ingezet worden. De hoofdvraag in deze is waar de piketpaaltjes van proportionaliteit gezet dienen te worden in een oneindig internet? Probleem met internet is dat elke actie, elke handeling in feite een kopie is. De tekst die u nu leest is een kopie, Uw mail is een kopie, elke website die u aanklikt: het internet is het grootste kopieerapparaat ter wereld. Kopiëren verbieden op het internet is inderdaad, het verbieden van internet. De vraag is in hoeverre de rechter zich hiervan bewust is geweest.

Hooghartige internetjunks
Kamerleden, de minister en staatsecretaris, rechters: allen gaan ze uit van het elimineren van een ‘tussenpersoon’. Alsof een zwakke schakel verwijderd wordt. Het spreken van ‘tussenpersonen’ was van toepassing op Napster, maar anno 2012 zijn we 12 jaar en een aantal generaties netwerken verder. De simplistische politieke discussie doet vermoeden dat er de afgelopen 12 jaar niets is veranderd in internetland en is van hetzelfde kaliber als Wim Kok die zich in 2002 afvroeg hoe een computermuis moest worden bediend.  Tegenwoordig moet de kiezer het doen met de tweet  “wie of wat is een torrent?”. De levende zorg of ze in Den Haag wel enig idee hebben waar ze aan beginnen, is zeer terecht. In het kleine beetje publieke debat dat plaatsvond werden de bezwaren direct weggezet als zijnde afkomstig van ‘hooghartige’ internetjunks. In plaats van het debat aan te gaan mopperde men liever pruillippend dat het niet leuk was om zo aangesproken te worden: ‘alsof wij het internet niet begrijpen’. Een andere columnist haastte zich te zeggen dat elke vorm van sympathie voor hackerscollectief Anonymous gelijkstond aan sympathie voor terroristen.

Analoge wetten in de digitale wereld
De Nederlandse politiek en rechterlijke macht vormen in deze zeker geen uitzondering, ook in Amerika worstelt men hiermee. Een van de architecten van de voorlopers van ACTA (de SOPA / PIPA wetgeving), Lamar Smith, kwam in opspraak toen bloggers hem er op wezen dat hij onder zijn eigen wetgeving vervolgd zou worden. Er stonden namelijk foto’s op zijn website waar geen auteursrechten over waren betaald en die duidelijk waren gekopieerd. Een uitglijder, maar ook een teken dat de directe implicaties en de verstrekkende gevolgen van internetwetgeving stelselmatig onderschat worden. De beste man had er waarschijnlijk niet eens bij stilgestaan omdat hij het internet gebruikt als iedereen ander: namelijk een nietsvermoedende kopieerder. Daarnaast weet ook de rechterlijke macht in de VS zich niet altijd raad met het fenomeen internet. Joel Tenenbaum diende voor het downloaden van 31 liedjes 675.000 dollar schadevergoeding te betalen. Dit zijn schoolvoorbeelden van het klakkeloos 1-op-1 vertalen van analoge wetgeving naar de digitale wereld. Door de reikwijdte van internet kunnen, en zullen, zaken snel escaleren.

Een wereldwijd netwerk met 1.581.571.589 gebruikers, waar schattingen over de grootte (zoals het aantal servers, omvang van dataverkeer, etcetera) kunnen verschillen met een factor van vijf, omdat het geen kwestie is van ‘even doormeten’, laat zich lastig vertalen in wetgeving. Inderdaad: personen die denken dat het ‘verbieden van een torrentsite’ een kwestie is van een knopje omdraaien opdat nooit meer auteursrechterlijk beschermd materiaal zal worden gekopieerd, snappen het internet niet en spelen paniekvoetbal. Zorgelijk is dat juist deze analoog redenerende personen momenteel het digitale landschap aan het hervormen zijn zónder zich te bezinnen op hoe juridische proportionaliteit zich verhoudt tot een oneindig internet.

Dit artikel is een voorpublicatie van het artikel “Welkom op in-ter-net: liberale kanttekeningen bij ACTA“, dat in zijn geheel te vinden is op de website van de Teldersstichting (HTML). Het rapport in PDF-formaat staat hier.

Dieuwertje Kuijpers is wetenschappelijk medewerker van de prof. mr. B.M. Teldersstichting, het wetenschappelijk bureau gelieerd aan de VVD en ten behoeve van het liberalisme.