Angstig Oranje doet eigenlijk niets goed

10-06-2012 10:00

Ooit een ploeg tegen degradatie zien voetballen? Het grote verschil met een ploeg die voor de titel speelt is de angst om te verliezen, om iets fout te doen. Als jij als individuele speler maar niet de persoon bent die de cruciale fout maakt die tot degradatie leidt. Het is die angst die spelers verleidt tot een tikkie breed of terug, ook als je achterstaat, want daarmee beperk je risico’s. Het is precies die mentaliteit die Oranje zaterdag liet zien tegen de Denen vanaf het moment dat Michael Krohn-Dehli zijn ploeg uit het niets op voorsprong zette.Tenenkrommend om juist Krohn-Dehli de enige treffer te zien maken. Twee keer werd hij te licht bevonden voor Ajax en de eredivisie. Een matige voetballer die blij mocht zijn als hij op de bank en niet op de tribune plaats mocht nemen. Juist hij maakte in de 24e minuut de winnende treffer, niet vanwege sublieme vaardigheden of een tactische meesterzet, maar omdat hij in tegenstelling tot zijn tegenstanders bleef gaan en het bleef proberen.

Verdediging
Dat de Nederlandse verdediging niet de sterkste linie van het elftal is, mag voor niemand een verrassing zijn. Dat hoeft niets te geven als de rest van het team zich doet gelden, maar het controlerende blok voor de verdediging, tijdens het WK nog de bikkelharde linie die een groot aandeel had in het succes, deed werkelijk niets goed. Nigel de Jong en Mark van Bommel lieten de Denen ongestoord opbouwen, besloten na de eerste twintig minuten dat jagen maar vermoeiend was en vielen alleen op als ze het spel vertraagden in de opbouw. Een goed schot van van Bommel daargelaten, hadden de twee uitgebluste controleurs net zo goed niet mee kunnen spelen.

In de aanval was het al niet veel beter. Robben is een topspeler maar valt teveel terug op een vaste truc als het niet loopt. Vanaf rechts probeert hij zijn tegenstander uit te dagen en uit stand te passeren, om vervolgens de bal voor zijn linker voet te leggen en uit te halen. Goede voorzetten, slimme loopacties en onverwachte handelingen waren ver te zoeken. Hoewel Oranje de bal vaak makkelijk – en helaas soms slordig – rond liet gaan, leidden ook de individuele kwaliteiten van de rest van de voorhoede tot veel te weinig echte uitgespeelde kansen. En als die er waren resulteerden ze in niets; kans na kans werd verprutst.

Dillema
Opvallend was ook het gebrek aan een echte spits. Het eeuwige dillema van Oranje is nog altijd niet opgelost. Van Persie komt goed naar de bal toe maar staat veel te vaak uit positie als er een voorzet of steekpasje komt. Hoe subliem hij ook is in een systeem waarbij er ook een andere aanvaller vaak voor de goal komt, als enige spits in een bewegelijk Oranje komt hij niet uit de verf. De enige man die positief opviel, die in ieder geval tot het einde bleef jagen en zich niet wilde neerleggen bij het inspiratieloos rond tikken van de bal alsof er een 3-0 voorsprong op het scorebord stond, was Rafael van der Vaart. Dat kan echter ook gekomen zijn omdat hij maar vijftien minuten op het veld stond.

Het systeem met twee controleurs en drie aanvallende spelers kort achter één spits is al jaren heilig voor Oranje. Toch was het juist dat systeem dat tot niets leidde tegen Denemarken. De controleurs voegden niets toe en de aanvallende middenvelders kregen de bal niet goed bij een spits voor de goal. Sneijder en Affelay lieten regelmatig zien goed te kunnen passen en over goed inzicht te beschikken, maar zonder een echte drive om te winnen, met hangende hoofden na een onverwachte tegengoal en dankzij een gebrekkige synergie in de voorste linies leverden een paar mooie pasjes veel te weinig op.

Voor de wedstrijden tegen Duitsland en Portugal zal er echt iets moeten veranderen. De bondscoach zal zijn spelers moeten laten voelen dat het passieloze en angstige spel tegen Denemarken consequenties heeft. Er moet meer voetbal in de ploeg, er moet een spits voor de goal die niet steeds uit positie staat en er moet boven alles meer energie in een ploeg komen die niet bang is om gezichtsverlies te lijden als één van de favorieten voor de eindoverwinning. Oranje speelde alsof het niets te winnen en alles te verliezen had en juist die mentaliteit heeft het in zich om een self-fulfilling prophecy te worden.

Adriaan Andringa pleitte voor het EK al voor een extra spits ten koste van een controleur in Oranje om meer voetbal in het team te krijgen.