Business

Laat de ZZP’er maar snel uitsterven!

22-11-2012 13:15

Eén hoeraatje voor het nieuwe kabinet. Rutte en Samsom hebben maatregelen genomen die het leven van de ZPP’er een stuk moeilijker maken. Een uitstekend idee. Hoe harder deze groep wordt aangepakt, hoe beter. ZZP’ers komen mij namelijk de neus uit. Ik kan ze niet meer luchten of zien. Weg ermee!

Mijn afkeer dateert al van jaren geleden, toen deze armzalige types nog de illusie koesterden dat zij de uitverkorenen van de economie waren, en mij voortdurend aan het hoofd zeurden hoe fijn het wel niet was om ZZP’er te zijn. Moest ik ook doen! Dan was je je eigen baas! Je kon je eigen tijd indelen! En enorm veel verdienen! Ik moest maar zo snel mogelijk ontslag nemen (bij dagblad De Pers) om deze ultieme vrijheid te kunnen proeven.

Klotige baasjes
Maar ik had in die tijd geen enkele reden om daar te vertrekken. Ik kon daar doen en laten wat ik wilde, en zag ik mijn bazen nauwelijks. Terwijl ik donders goed zag dat die ZZP’ers ronduit zaten te liegen. In plaats van één, moesten zij een hele rits klotige baasjes tevreden stellen. Maar daarover zwegen ze dan als het graf.

Alleen als je stevig doorvroeg (en er nog wat drank in goot), dan kwamen de verhalen. Over het geleur om opdrachten, het geslijm en gelik, over het eeuwige wachten op je centen, van opdrachtgevers die hun minachting nauwelijks konden verbergen. Je moest stevig doorzuipen, want een ZZP’er mag niet huilen. Hij (of zij) heeft immers zélf voor de ‘vrijheid’ gekozen.

Blackberry
De meest irritante eigenschap van die ZZP’ers was niet dat pathologisch optimisme, die arrogante grijns waarmee ze zichzelf feliciteerden, maar hun slavenmentaliteit. Ze hadden het niet eens door: heel hun leven stond in het teken van werken. De godganse dag staarden ze naar hun laptop, mobieltje of Blackberry – doodsbang een opdrachtje mis te lopen.

Als je met ze uit eten ging, legden ze steevast al hun elektronica rondom hun bord. Een goed gesprek was simpelweg onmogelijk. Steeds gleed de blik bangig naar het beeldschermpje. Je kon zeggen dat je dat vervelend vindt. Dat hielp vijf minuten. Ik begon ze te haten, die ZZP’ers.

Hyena’s om een vers kadaver
Ze volgden elkaar. Voortdurend. Quasi-geïnteresseerd, quasi-vriendelijk – in de hoop de kans te krijgen de ander de loef af te steken. Grommend en snuffelend draaien ze om elkaar heen, als hyena’s om een vers kadaver. Maar het meest triest om te zien was hun gelik richting elke oude, en elke potentieel nieuwe opdrachtgever.

Overal, op elke domme Facebookfoto, op de lulligste tweet, moesten ze heel snel ‘leuk’ of ‘enthousiast’ reageren, in de hoop aandacht te kunnen trekken. Want wie weet leverde dat weer een opdracht op. Gelukzalig keken ze mij dan aan. Slim hè! Nooit hadden ze rust.

Lamgeslagen, altijd moe

Terwijl de gewone werknemer om vijf uur de deur achter zich dichttrekt en de baas de dikke middelvinger geeft, waren zij dag en nacht in de weer om hun baasjes de reet te likken. Terwijl gewone werknemers nog weten dat er een leven bestaat naast het werk, is het echte leven voor de ZZP’er achter de horizon verdwenen.

Hij werkt altijd, alle avonden, alle weekends, en tijdens zijn zogenaamde vakantie gaat het werk ook rustig door. En sinds de crisis, sinds ze zich realiseren dat hun ‘succes’ niks voorstelde, zijn ze lamgeslagen, altijd moe, altijd opgejaagd.

Geveinsde interesse
Wat blijft, is dat zielloze fanatisme. Ze donderen in een zwart gat, maar blijven licht zien aan het eind. Vraag een ZZP’er nooit uit geveinsde interesse hoe hij zijn zaken regelt, of hij hij met het UWV of de Belastingdienst omgaat, want dan volgt een stortvloed aan adviezen en vermaningen die uiteindelijk op de lachspieren gaat werken.

Maar je mag ze niet uitlachen. ZZP’ers zijn uiteraard zielig, maar ze willen dat niet weten. Ze hunkeren naar bevestiging van hun armzalige keuze. Ze vinden het heerlijk als je al hun overspannen gekakel tegemoet treedt met bewondering en respect, zo van: Goh… wat ben je slim bezig! En: jullie hebben het eigenlijk best lastig! Daar kunnen ze enorm van genieten. Totdat hun aandacht weer getrokken wordt door het Blackberry-schermpje. Was daar iets?

‘Crisis?’
Tegenwoordig hoeft er gelukkig minder drank in om ze aan het snotteren te krijgen. Dankzij de crisis zijn hun rangen versterkt met duizenden losers die het ook eens willen proberen. ZZP’er en loser zijn nu praktisch synoniem. En hun inkomen is vaak tot beneden het bestaansminimum gedaald.

Een minderheid denkt nog steeds dat de wereld gek bedonderd kan worden (‘Crisis? Nee hoor! Merk ik niks van!’), maar de meesten zie je elke week weer verder ineenkrimpen. Grauwer worden. Lispelen over lullige opdrachtjes die ze met beide handen aangrijpen – voor een hongerloontje. Of helemaal niks. Om maar wat te doen te hebben. Zodat opdrachtgevers denken…

Ik zou moeten huilen, maar ik kan het niet. Ik heb ze nog arrogant zien blazen, overtuigd van hun eigen voortreffelijkheid. Eigen schuld. Er is een god. En er is Rutte II.