Voetbal

Marco van Basten had zijn leven lang analist moeten blijven

29-01-2013 13:35

Ik vind het altijd moeilijk om gevallen helden te aanschouwen. Maar op de een of andere reden blijf je toch kijken. Een gevallen held is als een gruwelijk ongeluk op de A58. Pijnlijk om te zien, verschrikkelijk zelfs. Je weet dat het door de hoofdrolspeler niet bepaald op prijs wordt gesteld dat je zo aan het staren bent, maar toch kijk je niet weg.

Ik heb een beetje een dubbel gevoel als ik nu naar Marco van Basten bij Heerenveen kijk. Medelijden, dat ten eerste. Het siert de man dat hij na een imposante carrière het heeft aangedurfd om zijn naam te grabbel te gooien en trainer te worden. Maar ik voel me ook erg opgelucht. Een gevoel dat ook helden gewone stervelingen zijn. Dat er maar een paar echt heel groot zijn en de rest kijkt daar maar tegenop. Het blijkt nu dat Marco van Basten nou eenmaal leuk tegen een balletje kon trappen maar dat was het dan wel zo’n beetje. Dat we dit nu weten, had voorkomen kunnen worden.

Trainersloopbaan

Toen San Marco van de beloften van Ajax in een klap bondscoach werd, was zijn imago nog onbeschadigd. Goed, het was nogal een grote stap maar dat was best te verklaren. Kom op, het was dé Marco van Basten die voor de groep ging staan. Kon. Niet. Fout. Gaan. Op zich deed hij het ook best aardig. Zijn makke was vooral dat hij niet met de topspelers om wist te gaan. Daar stelde hij tegenover dat hij spelers als Martijn Meerdink, Romano Denneboom en Dave van den Bergh liet debuteren. Van Basten zag en ziet blijkbaar dingen die wij niet zien.

Zo ook toen hij weer was aanbeland op het oude nest. Van Basten werd hoofdverantwoordelijke bij Ajax en hij kreeg een flinke zak geld mee om zich te versterken. Hoe het uiteindelijk is afgelopen met zijn topaankopen Sulejmani en Cvitanich hoef ik u vast niet te vertellen. Een goede 25 miljoen euro is in rook opgegaan. Dat Ajax hem afgelopen zomer nog als technisch directeur wilde, is dan ook te bizar voor woorden.

Hij ondervond teveel weerstand (…) en weigerde. In plaats daarvan koos hij ervoor zijn blazoen op te poetsen in het hoge noorden. De levende legende werd verwelkomd alsof de messias was binnengehaald. De toch al succesvolle voorhoede – bestaande uit Luciano Narsingh, Oussama Assaidi en Bas Dost – zouden de fijne kneepjes van het vak geleerd krijgen van de oude meester. Kon. Niet. Fout. Gaan. Heel Nederland voorzag al dat dit trio hun heil elders gingen zoeken behalve Van Basten. Hij zag het net wat anders.

Goed paard is geen goede ruiter

Van Basten ziet de dingen net wat anders dan u en ik. En dat is prima. Maar dat maakt hem niet geschikt als trainer. Dat zie je vaak bij oud-topvoetballers: ze kunnen hun visie niet overbrengen. Of dat komt doordat ze zelf bepaalde zaken als vanzelfsprekend beschouwen wat simpele zielen niet snappen of iets dergelijks, weet ik niet. Maar met terugwerkende kracht kunnen we stellen dat Co Adriaanse gelijk had over Van Basten. Een goed paard is inderdaad geen goede ruiter.

Maar dat is juist hetgeen wat Van Basten een prima analyticus maakt. Dingen nét even wat anders zien waardoor u en ik met open mond voor de televisie zitten. “God, wat heeft die man een gelijk.” Het is een functie die hem past als een handschoen. Zo kan hij toch zijn kennis over het spelletje tentoonstellen zonder ooit af hoeven te gaan. Lekker veilig. En als je lekker kan schreeuwen vanaf de zijlijn – oh de ironie – dan heb je altijd gelijk.