Gwenette M. zit sinds begin november vast. Hij wordt met drie andere verdachten beschuldigd van voorbereiding van moord en -afpersing, alsmede witwassen en illegaal wapenbezit. Donderdag diende een pro-formazitting waarin zijn advocaat mr. Meijering alvast vooruitliep op de inhoudelijke zitting: “De aanhouding is op onrechtmatige gronden verricht, waardoor het verkregen bewijs dient te worden uitgesloten van het dossier. Er blijft niets over.”
Zou Gwenette M. dan weer een vrije doorgang door de wetten van strafrecht en -strafvordering hebben gevonden? De beruchte crimineel die ooit door Badr Hari werd geëerd tijdens een vechttoernooi in Tokio, is in het verleden al vaker voor de rechter verschenen, en steeds kwam hij er vrij goed vanaf. De hoogste straf die hij kreeg opgelegd was zeven jaar cel wegens vermeende heroïnehandel en witwassen, maar nadat M. in 2008 ontsnapte uit de gevangenis en in 2009 weer werd opgepakt, kwam hij in 2012 op vrije voeten omdat de Hoge Raad oordeelde dat de zaak opnieuw moest worden behandeld.
Ditmaal wordt hij verdacht van voorbereiding van moord – en afpersing, alsmede witwassen en illegaal wapenbezit. Op 31 oktober 2012 werd hij met drie vrienden druk pratend en handenschuddend gesignaleerd bij de Dam. Reden voor de politie om de heren naar hun identiteitspapieren te vragen en te fouilleren, waarna bij het viertal twee doorgeladen pistolen, een kogelvrij vest, een zonnebril, een geprepareerde panty (gezichtsbedekking) en een pruik werd gevonden. Ook een briefje met een kenteken kwam tevoorschijn.
Tijdens de huiszoekingen die volgden trof de politie nog meer wapens, munitie, grote geldbedragen en dure horloges aan. In het licht van de recente liquidatiegolf en de rol die M. toegedicht wordt in de onderwereld, houden politie en justitie rekening met een geplande moord door de vier verdachten.
De advocaten stelden zich, door elkaar gesteund doch allen afzonderlijk, op een onrechtmatige staande- en aanhouding van hun cliënten. “De Grondwet wordt met voeten getreden. Gwenette M. kan niet eens over straat lopen of hij wordt gecontroleerd. Sterker nog, je kan maar beter niet naast hem lopen want dan ben je ook aan de beurt.” De advocaten menen dat er geen redelijke verdenking -en zeker geen noodzaak- bestond om het viertal staande te houden.
Wat deden de heren verkeerd? Uit welk handelen bleek concreet gevaar? “Er wordt van alles gesuggereerd, maar het is geenszins aannemelijk dat onze cliënten opzet hadden om een liquidatie voor te bereiden”, aldus mr. Meijering. “De aanhouding is apert onrechtmatig en het bewijs dat als gevolg hiervan is verzameld dient te worden uitgesloten van het dossier. Dan blijft er niets over.”
De rode draad in het betoog van de advocaten is duidelijk: ze lopen vooruit op vrijspraak. “Er zijn in ieder geval geen ernstige bezwaren waarop onze cliënten langer in voorarrest zouden moeten blijven. Het is een gekunsteld dossier met hoogstens vermoedens”, stelt mr. Tuinenburg. “Het kogelvrije vest is uit zelfbescherming gedragen en het briefje met een kenteken erop zegt werkelijk niets over op handen zijnde plannen”, vult mr. Meijering nog maar eens aan.
Toch blijft de officier van justitie bij zijn standpunt dat de aanhouding rechtmatig heeft plaatsgevonden, waardoor de resultaten van de doorzoekingen ook als geldig bewijs kunnen worden ingebracht. De rechtbank volgt deze lijn en oordeelt dat met de vondst van de wapens en de grote geldbedragen momenteel voldoende ernstige bezwaren aanwezig zijn om de verdachten voorlopig vast te houden. Wanneer de zaak inhoudelijk wordt behandeld is nog niet bekend.
Voorlopig zit Gwenette M. dus in ieder geval nog vast. Gezien de overtuiging van de advocaten dat het bewijs onrechtmatig verkregen -en ook nog eens zeer zwak- is, is het echter de vraag hoe lang zijn detentie ditmaal zal duren.
