Leven

Mijn naam is Ebru Umar en ik ben een junk

25-02-2013 11:00

We gaan het anders doen. In mijn hoofd begint kortsluiting op te treden, ik ben klaar met de twee ons naar beneden, één ons naar boven. Ik overweeg een analoge weegschaal te kopen maar zet het snel uit mijn hoofd. Twee weegschalen in één huis is er nog steeds één teveel. Dat wegen wordt een obsessie die zich uit in niet-eten: als ik niet eet, dan weeg ik morgen minder. Als ik de volgende dag niet 1.5 kilo minder weeg maar 1.5 ons begint er een gedachtenkettingreactie die ik niet de baas kan:

Het lukt niet.
Het gaat wel erg langzaam.
Werkt het wel.
Als het toch zo langzaam gaat kan ik net zo goed wél een omelet eten. Of koek.
Zo wordt het nooit wat.
Wordt het ooit nog wat?
Die bikini, jezus, waarom overkomt me dit toch ieder jaar?

Het allerergste is misschien nog wel de honger. Niet eten – of groente eten, met vis, kip of garnalen – wél honger krijgen en niet afvallen. Althans niet in de mate dat je wilt.

Het zit ‘m in het volhouden, hou ik mezelf voor.
Ik sms de begeleidend arts: “twee kilo in twee weken, onwaarschijnlijke honger en ik vind het langzaam gaan.”
Hij adviseert de dosis van de druppels te verhogen naar 2x per dag, ’s ochtends en ’s avonds 8 druppels. Prima. Dat ga ik doen. En misschien wel het allerbelangrijkste: ik ga mezelf minder wegen. In de hoop dat ik dan opeens 6-8 ons verschil zie. Er moet gewoon nog zes kilo af. Tot 15 maart 3. En daarna mag het langzamer maar in dit tempo zie ik het niet gebeuren – ondanks dat als je het terugrekent naar onsjes per dag, het moet lukken. Dát doet lijnen met je: het tast je hersenen aan. Morgen begin ik weer met intensief sporten. Althans, als de griep me niet in z’n greep krijgt.